1 / 34

Predictoren en gevolgen van fragiliteit

Inhoud presentatie. Een aantal definities van kwetsbaarheid / frailtyKwetsbaarheid, ziekten en beperkingenReeds ontwikkelde meetinstrumentenKwetsbaarheid in LASA - gevolgen en predictorenBeleid. Definities van kwetsbaarheid / frailty (1). Woodhouse 1988 (Q J Med)Kwetsbare bejaarden: personen v

lane
Download Presentation

Predictoren en gevolgen van fragiliteit

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


    2. Inhoud presentatie Een aantal definities van kwetsbaarheid / frailty Kwetsbaarheid, ziekten en beperkingen Reeds ontwikkelde meetinstrumenten Kwetsbaarheid in LASA - gevolgen en predictoren Beleid

    3. Definities van kwetsbaarheid / frailty (1) Woodhouse 1988 (Q J Med) Kwetsbare bejaarden: “personen van 65 jaar en ouder, die afhankelijk zijn van anderen vor hun ADL en aan verschillende ziekten lijden” Frailty wordt met name de laatste 15 jaar veel gebruikt. Het is een containerbegrip voor problemen die ouderen ervaren. Er is nog geen overeenstemming over de definitie en criteria. Daarvoor werd ook wel failure to thrive gebruikt om de vele problemen die ouderen hadden te beschreven en disuse syndrome van Bortz. De eerste definities zijn afkomstig uit eind jaren 80 begin jaren 90. Deze definities geven een algemene omschrijving van wat met name tegenwoordig gezien wordt als de gevolgen van frailty, namelijk afhankelijkheid en niet meer zelfstandig kunnen functioneren. Op deze dia kan je twee van de eerdere definities van frailty zien. Frailty wordt met name de laatste 15 jaar veel gebruikt. Het is een containerbegrip voor problemen die ouderen ervaren. Er is nog geen overeenstemming over de definitie en criteria. Daarvoor werd ook wel failure to thrive gebruikt om de vele problemen die ouderen hadden te beschreven en disuse syndrome van Bortz. De eerste definities zijn afkomstig uit eind jaren 80 begin jaren 90. Deze definities geven een algemene omschrijving van wat met name tegenwoordig gezien wordt als de gevolgen van frailty, namelijk afhankelijkheid en niet meer zelfstandig kunnen functioneren. Op deze dia kan je twee van de eerdere definities van frailty zien.

    4. Definities van kwetsbaarheid / frailty (2) Campbell & Buchner 1997 (Age & Ageing) Kwetsbaarheid: “het verlies van het vermogen om weerstand te bieden aan lichte belasting door de omgeving” Strawbridge et al 1998 (J Gerontol B) Kwetsbaarheid: “een syndroom dat tekorten op twee of meer terreinen betreft, namelijk lichamelijke, voedingsgerelateerde, cognitieve en zintuiglijke vermogens” De meer recente definities omvatten het verminderd lichamelijk functioneren in de definitie maar niet meer de negatieve gevolgen van frailty in de definitie. Zoals ADL-beperkingen en afhankelijkheid van anderen De meer recente definities omvatten het verminderd lichamelijk functioneren in de definitie maar niet meer de negatieve gevolgen van frailty in de definitie. Zoals ADL-beperkingen en afhankelijkheid van anderen

    5. Dit is een voorbeeld om aan te geven dat hoe meer er gebeurt hoe minder goed het herstel is van mensen met afname van lichamelijke reservevermogens. Dit is een voorbeeld om aan te geven dat hoe meer er gebeurt hoe minder goed het herstel is van mensen met afname van lichamelijke reservevermogens.

    6. Voorbeeld hoe frailty achteruitgang in meerdere gebieden tegelijkertijd inhoudt.Voorbeeld hoe frailty achteruitgang in meerdere gebieden tegelijkertijd inhoudt.

    7. Definities van kwetsbaarheid / frailty (3) Fried & Walston 1999 (Med Clin North Am) Kwetsbaarheid: “een toestand van leeftijd-gerelateerde fysiologische kwetsbaarhei die voortkomt uit verstoorde homeostatische reserve en een verminderd vermogen om weerstand te bieden aan belasting” Meest gebruikte definitie van frailty in onderzoek is deze definitie van Fried en Walston 1999. Personen zijn frail wanneer drie van de 5 criteria aanwezig zijn. De criteria zijn veel gebruikt in vele Amerikaanse onderzoeken en waren geassocieerd met allerlei negatieve gevolgen zoals vallen, mobiliteitsafname, adl-beperking, opname in ziekenhuis en sterfte in de CardioVascular Health Study en later in Women’s health and Aging studies (WHAS). Meest gebruikte definitie van frailty in onderzoek is deze definitie van Fried en Walston 1999. Personen zijn frail wanneer drie van de 5 criteria aanwezig zijn. De criteria zijn veel gebruikt in vele Amerikaanse onderzoeken en waren geassocieerd met allerlei negatieve gevolgen zoals vallen, mobiliteitsafname, adl-beperking, opname in ziekenhuis en sterfte in de CardioVascular Health Study en later in Women’s health and Aging studies (WHAS).

    8. Mogelijke gevolgen van kwetsbaarheid Vallen (Fried et al. J of Gerontol Med Sci 2001) Lichamelijke achteruitgang (Chin A Paw et al. 1999 J Clin Epi, Fried et al. 2001, Puts et al. 2005 J of Clin Epi) Opname in een ziekenhuis (Fried et al. 2001) Opname in een verzorging-/verpleeghuis (Rockwood et al. 1996 JAGS, Rockwood et al. 1999 Lancet, Puts et al. 2005 Eur J Ageing) Sterfte (Chin A Paw et al. 1999, Fried et al. 2001, Mitnitski et al 2002, Rockwood et al. 1999, Puts et al. 2005 JAGS) Afname kwaliteit van leven (Strawbridge et al. 1998 J of Gerontol Psy Sci) Uitkomsten artikel fried Vallen Hazard ratio 3 jaar 1.29 Opname in een ziekenhuis hazard ratio 1.29 Adl HR 1.98 Sterfte 2.24 Bij ons onderzoek OR decline static frailty 2.44, selfeported , dynamic frailty 1.77 Voor verpleeghuisopname static frailty HR 1.93 en dynamic frailty HR 1.69 Voor sterfte (zie ook volgende dia) HR man 2.3 en vrouw 2.6 voor vrouwen en dynamic man 1.3 en vrouw 2.5Uitkomsten artikel fried Vallen Hazard ratio 3 jaar 1.29 Opname in een ziekenhuis hazard ratio 1.29 Adl HR 1.98 Sterfte 2.24 Bij ons onderzoek OR decline static frailty 2.44, selfeported , dynamic frailty 1.77 Voor verpleeghuisopname static frailty HR 1.93 en dynamic frailty HR 1.69 Voor sterfte (zie ook volgende dia) HR man 2.3 en vrouw 2.6 voor vrouwen en dynamic man 1.3 en vrouw 2.5

    9. Vraag 1 Welk aspect moet in elk geval in screening op kwetsbaarheid voorkomen: a. ondergewicht b. sociaal isolement c. cognitieve beperking d. somberheid Op dit moment zijn er vele definities van frailty in omloop en er komen er steeds meer bij. Uiteindelijk zo dit moeten leiden tot een algemeen geaccepteerde definitie van frailty wil hij bruikbaar zijn in de praktijk voor huisartsen en geriaters. Meerdere studies tonen aan dat ondanks het criteria van ondergewicht voor frailty, fraile mensen vaker obese zijn. In buikvet worden ook ontstekingsfactoren geproduceerd en dit proces zou mogelijkerwijs tot frailty leiden maar er is meer onderzoek nodig om deze samenhang uit te zoeken. Iedere maand verschijnen studies over mogelijke biologische risicofactoren en deze kunnen mogelijkerwijs in een later stadium gebruikt worden om mensen die een grote kans op frailty hebben vroegtijdig op te sporen maar dat is voorlopig nog niet mogelijk. Alle onderzoeken die nu gedaan zijn, zijn bevolkingsstudies met relatief lange tijdsperioden tussen de meetmomenten. Daardoor kan het verloop van het frailty proces nog niet goed in kaart gebracht worden omdat in een periode van 3 jaar heel veel gebeurt. Er is dus onderzoek nodig met kortere perioden tussen de metingen om het beloop beter in kaart te brengen. Als er meer inzicht is in het beloop en risicofactoren dan kunnen interventies worden ontwikkeld om frailty vroegtijdig op te sporen en gerichte interventies te starten. Juist op het gebied van lichamelijke activiteit, voeding, depressie, mastery zijn er wel al interventies ontwikkeld . Ook hebben een aantal studies waarbij ouderen thuis bezocht werden door verpleegkundigen aangetoond dat dit soort interventies alleen nut heeft wanneer deze uitgevoerd worden door een multidisciplinair team met meerdere follow-up bezoeken en in de beginstadia van frailty. Op dit moment zijn er vele definities van frailty in omloop en er komen er steeds meer bij. Uiteindelijk zo dit moeten leiden tot een algemeen geaccepteerde definitie van frailty wil hij bruikbaar zijn in de praktijk voor huisartsen en geriaters. Meerdere studies tonen aan dat ondanks het criteria van ondergewicht voor frailty, fraile mensen vaker obese zijn. In buikvet worden ook ontstekingsfactoren geproduceerd en dit proces zou mogelijkerwijs tot frailty leiden maar er is meer onderzoek nodig om deze samenhang uit te zoeken. Iedere maand verschijnen studies over mogelijke biologische risicofactoren en deze kunnen mogelijkerwijs in een later stadium gebruikt worden om mensen die een grote kans op frailty hebben vroegtijdig op te sporen maar dat is voorlopig nog niet mogelijk. Alle onderzoeken die nu gedaan zijn, zijn bevolkingsstudies met relatief lange tijdsperioden tussen de meetmomenten. Daardoor kan het verloop van het frailty proces nog niet goed in kaart gebracht worden omdat in een periode van 3 jaar heel veel gebeurt. Er is dus onderzoek nodig met kortere perioden tussen de metingen om het beloop beter in kaart te brengen. Als er meer inzicht is in het beloop en risicofactoren dan kunnen interventies worden ontwikkeld om frailty vroegtijdig op te sporen en gerichte interventies te starten. Juist op het gebied van lichamelijke activiteit, voeding, depressie, mastery zijn er wel al interventies ontwikkeld . Ook hebben een aantal studies waarbij ouderen thuis bezocht werden door verpleegkundigen aangetoond dat dit soort interventies alleen nut heeft wanneer deze uitgevoerd worden door een multidisciplinair team met meerdere follow-up bezoeken en in de beginstadia van frailty.

    10. Vraag 2 Welk aspect moet in elk geval niet in screening op kwetsbaarheid voorkomen: a. ondergewicht b. sociaal isolement c. cognitieve beperking d. somberheid Op dit moment zijn er vele definities van frailty in omloop en er komen er steeds meer bij. Uiteindelijk zo dit moeten leiden tot een algemeen geaccepteerde definitie van frailty wil hij bruikbaar zijn in de praktijk voor huisartsen en geriaters. Meerdere studies tonen aan dat ondanks het criteria van ondergewicht voor frailty, fraile mensen vaker obese zijn. In buikvet worden ook ontstekingsfactoren geproduceerd en dit proces zou mogelijkerwijs tot frailty leiden maar er is meer onderzoek nodig om deze samenhang uit te zoeken. Iedere maand verschijnen studies over mogelijke biologische risicofactoren en deze kunnen mogelijkerwijs in een later stadium gebruikt worden om mensen die een grote kans op frailty hebben vroegtijdig op te sporen maar dat is voorlopig nog niet mogelijk. Alle onderzoeken die nu gedaan zijn, zijn bevolkingsstudies met relatief lange tijdsperioden tussen de meetmomenten. Daardoor kan het verloop van het frailty proces nog niet goed in kaart gebracht worden omdat in een periode van 3 jaar heel veel gebeurt. Er is dus onderzoek nodig met kortere perioden tussen de metingen om het beloop beter in kaart te brengen. Als er meer inzicht is in het beloop en risicofactoren dan kunnen interventies worden ontwikkeld om frailty vroegtijdig op te sporen en gerichte interventies te starten. Juist op het gebied van lichamelijke activiteit, voeding, depressie, mastery zijn er wel al interventies ontwikkeld . Ook hebben een aantal studies waarbij ouderen thuis bezocht werden door verpleegkundigen aangetoond dat dit soort interventies alleen nut heeft wanneer deze uitgevoerd worden door een multidisciplinair team met meerdere follow-up bezoeken en in de beginstadia van frailty. Op dit moment zijn er vele definities van frailty in omloop en er komen er steeds meer bij. Uiteindelijk zo dit moeten leiden tot een algemeen geaccepteerde definitie van frailty wil hij bruikbaar zijn in de praktijk voor huisartsen en geriaters. Meerdere studies tonen aan dat ondanks het criteria van ondergewicht voor frailty, fraile mensen vaker obese zijn. In buikvet worden ook ontstekingsfactoren geproduceerd en dit proces zou mogelijkerwijs tot frailty leiden maar er is meer onderzoek nodig om deze samenhang uit te zoeken. Iedere maand verschijnen studies over mogelijke biologische risicofactoren en deze kunnen mogelijkerwijs in een later stadium gebruikt worden om mensen die een grote kans op frailty hebben vroegtijdig op te sporen maar dat is voorlopig nog niet mogelijk. Alle onderzoeken die nu gedaan zijn, zijn bevolkingsstudies met relatief lange tijdsperioden tussen de meetmomenten. Daardoor kan het verloop van het frailty proces nog niet goed in kaart gebracht worden omdat in een periode van 3 jaar heel veel gebeurt. Er is dus onderzoek nodig met kortere perioden tussen de metingen om het beloop beter in kaart te brengen. Als er meer inzicht is in het beloop en risicofactoren dan kunnen interventies worden ontwikkeld om frailty vroegtijdig op te sporen en gerichte interventies te starten. Juist op het gebied van lichamelijke activiteit, voeding, depressie, mastery zijn er wel al interventies ontwikkeld . Ook hebben een aantal studies waarbij ouderen thuis bezocht werden door verpleegkundigen aangetoond dat dit soort interventies alleen nut heeft wanneer deze uitgevoerd worden door een multidisciplinair team met meerdere follow-up bezoeken en in de beginstadia van frailty.

    11. Al ontwikkelde screeningsinstrumenten (1) Clinical Global Impression of Change in Physical Frailty (CGIC-PF) Studenski et al. JAGS 2004 Het instrument is ontwikkeld als aanvulling op zelfrapportage door de patiënt om klinisch relevante verandering als gevolg van de behandeling te meten. Ieder item (13) een score tussen 1-7 Geriaters hadden minder dan 10 min nodig om de CGIC-PF in te vullen voor hun eigen patiënten Op dit moment zijn er een aantal instrumenten ontwikkeld om frailty te meten in de klinische praktijk. Dit instrument is ontwikkeld op basis van panelmeetings met experts, literatuuronderzoek en testen en aanpassen van het instrument. Dit instrument is nog niet gevalideerd in andere populaties. Op dit moment zijn er een aantal instrumenten ontwikkeld om frailty te meten in de klinische praktijk. Dit instrument is ontwikkeld op basis van panelmeetings met experts, literatuuronderzoek en testen en aanpassen van het instrument. Dit instrument is nog niet gevalideerd in andere populaties.

    13. Al ontwikkelde screeningsinstrumenten (2) Clinical Frailty Scale Rockwood et al. CMAJ 2005 7-punts frailty schaal die ontwikkeld is in de Canadian Study of Health and Aging Deze schaal voorspelde beter het risico op sterfte na 18 maanden dan maten van cognitie, functioneren en co-morbiditeit (area under the curve 0.77) Deze vragenlijst kan gebruikt worden door geriaters om de ernst van de frailty vast te stellen. Deze lijst is vergeleken met de modified mini mental state examination (3ms) score van 77 of minder. Met de cumulative illness rating scale Vergeleken met De medische geschiedenis van een persoon qua vallen, delier of diagnose van dementie Vergeleken met CSHA rule based definition of frailty (lancet artikel 1999) Vergeleken met Adl beperkingenDeze vragenlijst kan gebruikt worden door geriaters om de ernst van de frailty vast te stellen. Deze lijst is vergeleken met de modified mini mental state examination (3ms) score van 77 of minder. Met de cumulative illness rating scale Vergeleken met De medische geschiedenis van een persoon qua vallen, delier of diagnose van dementie Vergeleken met CSHA rule based definition of frailty (lancet artikel 1999) Vergeleken met Adl beperkingen

    15. Al ontwikkelde screeningsinstrumenten (3) De Groningen Frailty Indicator (GFI) Schuurmans et al. J of Gerontol Med Sci 2004 Dit instrument is ontwikkeld om ouderen voor interventies te selecteren. De schaal meet met 15 items 4 domeinen van functioneren; lichamelijk, cognitief, sociaal en psychologisch Dit instrument is ook nog niet gevalideerd in andere populaties. Dit instrument is ook nog niet gevalideerd in andere populaties.

    16. Een score van 4 of hoger is frail. Een score van 4 of hoger is frail.

    19. Kwetsbaarheidsindicatoren in LASA Wij (in LASA) hebben gekozen voor een statische en dynamische definitie van frailty. De hier opgesomde 9 criteria zijn afkomstig uit onder andere de definitie van Fried et al. Wij hebben ervoor gekozen om ook meer psychologische variabelen toe te voegen omdat we vinden dat het erg belangrijk is hoe je je voelt als je lichamelijk achteruitgaat. Frailty wordt gezien als een gezondheidstoestand met een hoog risico op lichamelijke achteruitgang maar tot nu toe zijn de definities gebaseerd op statische kenmerken, slecht functioneren op 1 moment. Frailty=de aanwezigheid van 3 of meer kenmerken. Wij (in LASA) hebben gekozen voor een statische en dynamische definitie van frailty. De hier opgesomde 9 criteria zijn afkomstig uit onder andere de definitie van Fried et al. Wij hebben ervoor gekozen om ook meer psychologische variabelen toe te voegen omdat we vinden dat het erg belangrijk is hoe je je voelt als je lichamelijk achteruitgaat. Frailty wordt gezien als een gezondheidstoestand met een hoog risico op lichamelijke achteruitgang maar tot nu toe zijn de definities gebaseerd op statische kenmerken, slecht functioneren op 1 moment. Frailty=de aanwezigheid van 3 of meer kenmerken.

    20. LASA: opzet kwetsbaarheidsstudie

    21. Vraag 3 Stelling: Een kwetsbare oudere kan obees zijn a. Eens b. Oneens Op dit moment zijn er vele definities van frailty in omloop en er komen er steeds meer bij. Uiteindelijk zo dit moeten leiden tot een algemeen geaccepteerde definitie van frailty wil hij bruikbaar zijn in de praktijk voor huisartsen en geriaters. Meerdere studies tonen aan dat ondanks het criteria van ondergewicht voor frailty, fraile mensen vaker obese zijn. In buikvet worden ook ontstekingsfactoren geproduceerd en dit proces zou mogelijkerwijs tot frailty leiden maar er is meer onderzoek nodig om deze samenhang uit te zoeken. Iedere maand verschijnen studies over mogelijke biologische risicofactoren en deze kunnen mogelijkerwijs in een later stadium gebruikt worden om mensen die een grote kans op frailty hebben vroegtijdig op te sporen maar dat is voorlopig nog niet mogelijk. Alle onderzoeken die nu gedaan zijn, zijn bevolkingsstudies met relatief lange tijdsperioden tussen de meetmomenten. Daardoor kan het verloop van het frailty proces nog niet goed in kaart gebracht worden omdat in een periode van 3 jaar heel veel gebeurt. Er is dus onderzoek nodig met kortere perioden tussen de metingen om het beloop beter in kaart te brengen. Als er meer inzicht is in het beloop en risicofactoren dan kunnen interventies worden ontwikkeld om frailty vroegtijdig op te sporen en gerichte interventies te starten. Juist op het gebied van lichamelijke activiteit, voeding, depressie, mastery zijn er wel al interventies ontwikkeld . Ook hebben een aantal studies waarbij ouderen thuis bezocht werden door verpleegkundigen aangetoond dat dit soort interventies alleen nut heeft wanneer deze uitgevoerd worden door een multidisciplinair team met meerdere follow-up bezoeken en in de beginstadia van frailty. Op dit moment zijn er vele definities van frailty in omloop en er komen er steeds meer bij. Uiteindelijk zo dit moeten leiden tot een algemeen geaccepteerde definitie van frailty wil hij bruikbaar zijn in de praktijk voor huisartsen en geriaters. Meerdere studies tonen aan dat ondanks het criteria van ondergewicht voor frailty, fraile mensen vaker obese zijn. In buikvet worden ook ontstekingsfactoren geproduceerd en dit proces zou mogelijkerwijs tot frailty leiden maar er is meer onderzoek nodig om deze samenhang uit te zoeken. Iedere maand verschijnen studies over mogelijke biologische risicofactoren en deze kunnen mogelijkerwijs in een later stadium gebruikt worden om mensen die een grote kans op frailty hebben vroegtijdig op te sporen maar dat is voorlopig nog niet mogelijk. Alle onderzoeken die nu gedaan zijn, zijn bevolkingsstudies met relatief lange tijdsperioden tussen de meetmomenten. Daardoor kan het verloop van het frailty proces nog niet goed in kaart gebracht worden omdat in een periode van 3 jaar heel veel gebeurt. Er is dus onderzoek nodig met kortere perioden tussen de metingen om het beloop beter in kaart te brengen. Als er meer inzicht is in het beloop en risicofactoren dan kunnen interventies worden ontwikkeld om frailty vroegtijdig op te sporen en gerichte interventies te starten. Juist op het gebied van lichamelijke activiteit, voeding, depressie, mastery zijn er wel al interventies ontwikkeld . Ook hebben een aantal studies waarbij ouderen thuis bezocht werden door verpleegkundigen aangetoond dat dit soort interventies alleen nut heeft wanneer deze uitgevoerd worden door een multidisciplinair team met meerdere follow-up bezoeken en in de beginstadia van frailty.

    22. Predictoren van optreden van kwetsbaarheid bivariate samenhangen*

    23. Bio-determinanten van kwetsbaarheid In deze dia ziet u de relatie tussen dezelfde factoren en het optreden van nieuwe kwetsbaarheid drie jaar later. De ouderen die frail op baseline waren zijn geëxcludeerd. U kunt zien dat een matige verhoging van CRP drie jaar later een grotere kans op het ontstaan van frailty gaf en ook een laag vitamine D ging gepaard met een grotere kans op kwetsbaarheid. In deze dia ziet u de relatie tussen dezelfde factoren en het optreden van nieuwe kwetsbaarheid drie jaar later. De ouderen die frail op baseline waren zijn geëxcludeerd. U kunt zien dat een matige verhoging van CRP drie jaar later een grotere kans op het ontstaan van frailty gaf en ook een laag vitamine D ging gepaard met een grotere kans op kwetsbaarheid.

    25. Specifieke kwetsbaarheidsindicatoren voor toename beperkingen (Relatief Risico > 1,80)

    27. Specifieke kwetsbaarheidsindicatoren voor opname in zorginstelling (Relatief Risico > 1,80)

    29. Specifieke kwetsbaarheidsindicatoren voor sterfte (Relatief Risico > 1,80)

    30. Ziekte – kwetsbaarheid – beperkingen

    31. Bespreking Kwetsbaarheid voegt voorspellende waarde toe bij belangrijke gevolgen Minder voorspellende waarde bij dynamische definitie (3 jaar is lang) Minder voorspellende waarde bij mannen (hogere uitval door sterfte) Van de biomarkers voorspelt vitamine D het best Van de kwetsbaarheidsindicatoren hebben perceptie en incontinentie laagste voorspellende waarden Toevoeging psychische indicatoren werkt Op dit moment zijn er vele definities van frailty in omloop en er komen er steeds meer bij. Uiteindelijk zo dit moeten leiden tot een algemeen geaccepteerde definitie van frailty wil hij bruikbaar zijn in de praktijk voor huisartsen en geriaters. Meerdere studies tonen aan dat ondanks het criteria van ondergewicht voor frailty, fraile mensen vaker obese zijn. In buikvet worden ook ontstekingsfactoren geproduceerd en dit proces zou mogelijkerwijs tot frailty leiden maar er is meer onderzoek nodig om deze samenhang uit te zoeken. Iedere maand verschijnen studies over mogelijke biologische risicofactoren en deze kunnen mogelijkerwijs in een later stadium gebruikt worden om mensen die een grote kans op frailty hebben vroegtijdig op te sporen maar dat is voorlopig nog niet mogelijk. Alle onderzoeken die nu gedaan zijn, zijn bevolkingsstudies met relatief lange tijdsperioden tussen de meetmomenten. Daardoor kan het verloop van het frailty proces nog niet goed in kaart gebracht worden omdat in een periode van 3 jaar heel veel gebeurt. Er is dus onderzoek nodig met kortere perioden tussen de metingen om het beloop beter in kaart te brengen. Als er meer inzicht is in het beloop en risicofactoren dan kunnen interventies worden ontwikkeld om frailty vroegtijdig op te sporen en gerichte interventies te starten. Juist op het gebied van lichamelijke activiteit, voeding, depressie, mastery zijn er wel al interventies ontwikkeld . Ook hebben een aantal studies waarbij ouderen thuis bezocht werden door verpleegkundigen aangetoond dat dit soort interventies alleen nut heeft wanneer deze uitgevoerd worden door een multidisciplinair team met meerdere follow-up bezoeken en in de beginstadia van frailty. Op dit moment zijn er vele definities van frailty in omloop en er komen er steeds meer bij. Uiteindelijk zo dit moeten leiden tot een algemeen geaccepteerde definitie van frailty wil hij bruikbaar zijn in de praktijk voor huisartsen en geriaters. Meerdere studies tonen aan dat ondanks het criteria van ondergewicht voor frailty, fraile mensen vaker obese zijn. In buikvet worden ook ontstekingsfactoren geproduceerd en dit proces zou mogelijkerwijs tot frailty leiden maar er is meer onderzoek nodig om deze samenhang uit te zoeken. Iedere maand verschijnen studies over mogelijke biologische risicofactoren en deze kunnen mogelijkerwijs in een later stadium gebruikt worden om mensen die een grote kans op frailty hebben vroegtijdig op te sporen maar dat is voorlopig nog niet mogelijk. Alle onderzoeken die nu gedaan zijn, zijn bevolkingsstudies met relatief lange tijdsperioden tussen de meetmomenten. Daardoor kan het verloop van het frailty proces nog niet goed in kaart gebracht worden omdat in een periode van 3 jaar heel veel gebeurt. Er is dus onderzoek nodig met kortere perioden tussen de metingen om het beloop beter in kaart te brengen. Als er meer inzicht is in het beloop en risicofactoren dan kunnen interventies worden ontwikkeld om frailty vroegtijdig op te sporen en gerichte interventies te starten. Juist op het gebied van lichamelijke activiteit, voeding, depressie, mastery zijn er wel al interventies ontwikkeld . Ook hebben een aantal studies waarbij ouderen thuis bezocht werden door verpleegkundigen aangetoond dat dit soort interventies alleen nut heeft wanneer deze uitgevoerd worden door een multidisciplinair team met meerdere follow-up bezoeken en in de beginstadia van frailty.

    32. Beleid Ontwikkeling van een algemeen geaccepteerde definitie van kwetsbaarheid / frailty Meer inzicht in het beloop van kwetsbaarheid Screener ontwikkelen met korte, simpele vragen Interventies ontwikkelen en testen om kwetsbaarheid te voorkomen of uit te stellen Mogelijke interventies op veranderbare indicatoren: depressie, lichaamsbeweging Op dit moment zijn er vele definities van frailty in omloop en er komen er steeds meer bij. Uiteindelijk zo dit moeten leiden tot een algemeen geaccepteerde definitie van frailty wil hij bruikbaar zijn in de praktijk voor huisartsen en geriaters. Meerdere studies tonen aan dat ondanks het criteria van ondergewicht voor frailty, fraile mensen vaker obese zijn. In buikvet worden ook ontstekingsfactoren geproduceerd en dit proces zou mogelijkerwijs tot frailty leiden maar er is meer onderzoek nodig om deze samenhang uit te zoeken. Iedere maand verschijnen studies over mogelijke biologische risicofactoren en deze kunnen mogelijkerwijs in een later stadium gebruikt worden om mensen die een grote kans op frailty hebben vroegtijdig op te sporen maar dat is voorlopig nog niet mogelijk. Alle onderzoeken die nu gedaan zijn, zijn bevolkingsstudies met relatief lange tijdsperioden tussen de meetmomenten. Daardoor kan het verloop van het frailty proces nog niet goed in kaart gebracht worden omdat in een periode van 3 jaar heel veel gebeurt. Er is dus onderzoek nodig met kortere perioden tussen de metingen om het beloop beter in kaart te brengen. Als er meer inzicht is in het beloop en risicofactoren dan kunnen interventies worden ontwikkeld om frailty vroegtijdig op te sporen en gerichte interventies te starten. Juist op het gebied van lichamelijke activiteit, voeding, depressie, mastery zijn er wel al interventies ontwikkeld . Ook hebben een aantal studies waarbij ouderen thuis bezocht werden door verpleegkundigen aangetoond dat dit soort interventies alleen nut heeft wanneer deze uitgevoerd worden door een multidisciplinair team met meerdere follow-up bezoeken en in de beginstadia van frailty. Op dit moment zijn er vele definities van frailty in omloop en er komen er steeds meer bij. Uiteindelijk zo dit moeten leiden tot een algemeen geaccepteerde definitie van frailty wil hij bruikbaar zijn in de praktijk voor huisartsen en geriaters. Meerdere studies tonen aan dat ondanks het criteria van ondergewicht voor frailty, fraile mensen vaker obese zijn. In buikvet worden ook ontstekingsfactoren geproduceerd en dit proces zou mogelijkerwijs tot frailty leiden maar er is meer onderzoek nodig om deze samenhang uit te zoeken. Iedere maand verschijnen studies over mogelijke biologische risicofactoren en deze kunnen mogelijkerwijs in een later stadium gebruikt worden om mensen die een grote kans op frailty hebben vroegtijdig op te sporen maar dat is voorlopig nog niet mogelijk. Alle onderzoeken die nu gedaan zijn, zijn bevolkingsstudies met relatief lange tijdsperioden tussen de meetmomenten. Daardoor kan het verloop van het frailty proces nog niet goed in kaart gebracht worden omdat in een periode van 3 jaar heel veel gebeurt. Er is dus onderzoek nodig met kortere perioden tussen de metingen om het beloop beter in kaart te brengen. Als er meer inzicht is in het beloop en risicofactoren dan kunnen interventies worden ontwikkeld om frailty vroegtijdig op te sporen en gerichte interventies te starten. Juist op het gebied van lichamelijke activiteit, voeding, depressie, mastery zijn er wel al interventies ontwikkeld . Ook hebben een aantal studies waarbij ouderen thuis bezocht werden door verpleegkundigen aangetoond dat dit soort interventies alleen nut heeft wanneer deze uitgevoerd worden door een multidisciplinair team met meerdere follow-up bezoeken en in de beginstadia van frailty.

More Related