1 / 17

B&A Consulting Peter van der Loos 2 juni 2009 Aangepaste versie na bespreking 26 mei

Verdeelmodel bijdrage gemeenten Zorgstructuur voor deelnemers aan het Albeda College en ROC Zadkine. B&A Consulting Peter van der Loos 2 juni 2009 Aangepaste versie na bespreking 26 mei. Inhoudsopgave. Opdracht Context Toelichting deelnemers Deelnemers Albeda Deelnemers Zadkine

Download Presentation

B&A Consulting Peter van der Loos 2 juni 2009 Aangepaste versie na bespreking 26 mei

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Verdeelmodel bijdrage gemeentenZorgstructuur voor deelnemers aan het Albeda College en ROC Zadkine B&A Consulting Peter van der Loos 2 juni 2009 Aangepaste versie na bespreking 26 mei

  2. Inhoudsopgave • Opdracht • Context • Toelichting deelnemers • Deelnemers Albeda • Deelnemers Zadkine • Deelnemers Albeda en Zadkine • Verdeling bevolking en deelnemers • Verdeelsleutel of verdeel model • Uitwerking verdeling naar gemeenten op basis van deelnemers

  3. 1. Opdracht • Albeda en Zadkine zijn ROC’s met een regionale functie. Er is sprake van een overmaat aan deelnemers die om reden van een diverse problematiek minder succesvol zijn in het afronden van de schoolcarrière en op school extra aandacht behoeven. • Alle gemeenten hebben de plicht om op basis van de WMO een zorgstructuur te ontwikkelen voor de inwoners aanvullend op de gespecialiseerde dan wel geïndiceerde zorgstructuur die door het Rijk wordt bekostigd. • Met het Centrum voor Jeugd en Gezin dient specifieke ondersteuning ingericht te worden voor de groep 0-23 jarigen en de ouders. Opdracht: • Breng in kaart hoeveel ROC deelnemers woonachtig zijn in de verschillende gemeenten. • Breng in kaart welk deel van deze deelnemers een zorgbehoefte heeft. • Breng in kaart welk deel aan Rotterdams geld nu wordt besteed aan jongeren die niet in Rotterdam wonen. • Kwantificeer de zorgbijdrage van deze gemeenten.

  4. 2. Context • Albeda en Zadkine hebben zo’n 40.000 deelnemers. Veel van deze deelnemers hebben te kampen met problemen die succesvolle schoolcarrières in de weg staan. Het ROC is voor een deel van de leerlingen uit de Regionale Expertisecentra en voor een deel van de leerlingen uit Praktijkonderwijs, de meeste leerlingen uit het vmbo het kwalificerende afsluitende onderwijs. Slechts een klein deel van de ROC deelnemers stroomt door naar het HBO. • Albeda en Zadkine zijn instellingen met een regionaal karakter: veel deelnemers komen uit gemeenten buiten de vestigingsplaats Rotterdam. • Albeda en Zadkine bieden niet alleen onderwijs aan in Rotterdam, maar ook in andere gemeenten in de stadsregio en zelfs daar buiten. • De gemeente Rotterdam heeft het voortouw genomen om de problematiek rond de zorgleerlingen te agenderen. • De bekostiging van de zorgstructuur is onderwerp van gesprek tussen de gemeente Rotterdam en betrokken Ministeries. • De gemeente Rotterdam vindt het belangrijk dat ook de andere gemeenten in de stadsregio een bijdrage leveren in het ontwikkelen van de zorgstructuur bij de ROC’s.

  5. 3. Toelichting deelnemers • Van de beide ROC’s zijn de gegevens ontvangen over het niveau en de herkomst van de deelnemers. We hebben geen leeftijdsgrens aangebracht. Alle deelnemers hebben een toegang tot de zorgstructuur. • De herkomst van deelnemers naar gemeenten is gesplitst op gemeenten binnen de stadsregio en gemeenten buiten de stadsregio. Van een verdere uitsplitsing buiten de stadsregio is afgezien, omdat het niet aannemelijk is dat deze gemeenten te interesseren zijn voor een bijdrage. Wellicht dat de ROC’s daar op eigen initiatief op basis van argumenten wel in slagen. • Tevens is een splitsing aangebracht naar het onderwijsniveau van de deelnemers, omdat in de zorgbehoefte per niveau duidelijke verschillen zijn. • Een verdere onderverdeling naar deeltijds -en voltijdsvarianten is niet aangebracht. Er is ook niet gekeken naar geslacht. Uitgangspunt is dat er nauwelijks verschillen tussen gemeenten zullen zijn op grond van deze criteria. • De gemeenten zijn gerangschikt op inwoneraantal en dan meer specifiek voor het aantal 0-18 jarigen uit het vraagontwikkelingsonderzoek voor de stadsregio Rotterdam. De basisgeneratie van het ROC (17-23 jarigen) is afgeleid uit dit onderzoek. • Voor de budgettaire exercitie zijn de deelnemersaantallen van Albeda en Zadkine bij elkaar opgeteld.

  6. 4. Deelnemers ALBEDA

  7. 5. Deelnemers ZADKINE

  8. 6. Observaties • Het totaal aantal deelnemers van Albeda en Zadkine ontloopt elkaar niet veel: respectievelijk 21.642 deelnemers en 19.613 deelnemers. • Het percentage deelnemers uit de stadsregio is eveneens vergelijkbaar: respectievelijk 72,1 procent en 73,5 procent. • Het percentage deelnemers uit de stad Rotterdam is nagenoeg gelijk: respectievelijk 42 procent en 41,7 procent. • De deelnemers van buiten de stadsregio komen uit een groot geografisch gebied met een zwaartepunt uit de omliggende gemeenten. Voor Albeda gaat het om deelnemers uit de gemeente Westland (475), Dordrecht (446), Den Haag (327), Delft (313), Oud Beijerland (299) en Midden Delfland (87). Overigens zijn deze zes gemeenten met bijna 2.000 deelnemers slechts goed voor eenderde van de deelnemers van buiten de stadsregio. • Tussen de gemeenten in de stadsregio zijn er overigens wel grote verschillen in de keuze tussen Albeda en Zadkine. Bijvoorbeeld Spijkenisse: 686 deelnemers gaan naar het Albeda en 1346 naar Zadkine. De aanwezigheid van een onderwijsaanbod in de regiogemeenten bepaalt deels de verschillen in de aantallen. Voor Vlaardingen is de keuze omgekeerd: daar kiezen 1089 deelnemers voor het Albeda en 626 deelnemers voor het Zadkine.

  9. 6.Totaal deelnemers Albeda en Zadkine

  10. 6.Toelichting deelnemergewicht • Niet alle jongeren hebben een zorgbehoefte en dit geldt ook voor de deelnemers bij de ROC’s. Ervaring binnen de ROC’s is dat de zorgbehoefte mede afhangt van het onderniveau dat de deelnemer volgt. Deze zorg bestaat voor een deel uit extra begeleiding in het volgen van het onderwijs. Dit wordt bereikt door een bewuste keuze voor kleinere groepen op de niveau’s 1 en 2. • De zorgbehoefte verschilt per onderwijsniveau: 100 procent van de deelnemers van niveau 1 kent een zorgbehoefte, 60 procent van de niveau 2 deelnemers, 45 procent van de niveau 3 deelnemers en 40 procent van de niveau 4 deelnemers. • We hebben de deelnemers van Albeda en Zadkine naar herkomstgemeente op basis van deze zorgbehoefte gewogen. • Op slide 6 A is de mate van onder en oververtegenwoordiging per gemeente weergegeven. Duidelijk is dat met name de gemeente Rotterdam leverancier is van leerlingen op de niveaus 1 en 2 en dat de andere gemeenten uit de stadsregio juist een oververtegenwoordiging hebben op de niveaus 3 en 4. • Op slide 6 B is het aantal zorgleerlingen in absolute zin opgenomen.

  11. 6a. Mate van onder/oververtegenwoordiging

  12. 6b.Totaal Albeda en Zadkine (gewogen)

  13. 7. Bevolking en deelnemers • In de stadsregio Rotterdam bedraagt het aantal jeugdigen tot 18 jaar bijna 250.000 inwoners. • Daarvan is de basisgeneratie voor het ROC afgeleid en die komt uit op ruim 83.000 inwoners in de leeftijdscategorie 17-23 jarigen. • Van deze basisgeneratie volgt 36 procent een opleiding bij Albeda of Zadkine. De andere jong volwassenen in deze leeftijdscategorie volgen een hbo/wo opleiding, werken of staan ingeschreven bij een ander ROC. • De verschillen in deelnamepercentage per gemeente zijn groot. Van de gemeente Rotterdam volgt 43 procent een opleiding binnen de twee ROC’s: Spijkenisse (38 %) en Vlaardingen en Schiedam (36 %). Lansingerland heeft slechts 13 procent van de basisgeneratie op de twee ROC’s. Het uitwijken naar het nabijgelegen IDEE College (Zoetermeer) of ROC Mondriaan is een voor de hand liggende verklaring. • De hoogte van het deelnamepercentage is voor een belangrijk deel een weerspiegeling van sociaal maatschappelijke structuur van de gemeenten.

  14. 7. Verdeling bevolking en deelnemers

  15. 8. Verdeelsleutel versus verdeelmodel • Voor een verdeelsleutel is een systematische registratie van alle activiteiten op het gebied van zorg door de ROC’s op deelnemersniveau per herkomstgemeente noodzakelijk. • Een voordeel van een verdeelsleutel is dat een gemeente de kosten draagt die door deelnemers uit haar gemeente zijn gemaakt. • Een nadeel van een verdeelsleutel is dat de kosten pas achteraf bekend zijn en van jaar tot jaar kunnen verschillen. • Een verdeelmodel heeft pragmatische voordelen en heeft de minste administratieve druk. Een wezenlijke eis aan het verdeelmodel is dat de verdeling aansluit bij het genoten gebruik van de voorzieningen. De volgende grondslagen voor een verdeelmodel zijn beschikbaar (gerangschikt op globaliteit): • Aantal inwoners per gemeente • Aantal 17-23 jarigen per gemeente • Aantal deelnemers aan de beide ROC´s per gemeente • Aantal gewogen deelnemers per gemeente (het gewicht is het verwachte zorggebruik per onderwijsniveau) Let wel: Van de ruim 41.000 deelnemers zijn er ruim 11.000 niet afkomstig uit de stadsregio. Het model is gebaseerd op een betrokkenheid binnen de grenzen van de stadsregio.

  16. 9. Budgetverdeling (1) • Voor het verdeelmodel kan er worden aangesloten bij drie grondslagen: (1) basisgeneratie ROC (17-23 jarigen) per herkomstgemeente, (2) aantal deelnemers per herkomstgemeente en (3) het gewogen aantal deelnemers per herkomstgemeente. • Het gewogen aantal deelnemers per herkomstgemeente is bepaald door de weging van de zorgbehoefte te projecteren op de verschillende niveaus binnen de instellingen naar herkomstgemeente. • De bijdrage van de andere gemeenten in de stadsregio is vervolgens gebaseerd op een evenredige bijdrage op basis van het aantal gewogen deelnemers per gemeente. • De grondslag per inwoner (basisgeneratie 17-23 jaar) zou voor de overige gemeenten een aanzienlijk hogere bijdrage (55 procent) impliceren, omdat het deelnamepercentage van deze gemeenten substantieel lager ligt dan het Rotterdamse. • De grondslag per deelnemer per herkomstgemeente zou tevens een hogere bijdrage (5 procent) voor de overige gemeenten opleveren, omdat de gemeente Rotterdam relatief veel deelnemers op niveau 1 en 2 heeft.

  17. 9. Budgetverdeling (2)Op basis van drie grondslagen De gemeente Rotterdam heeft als gevolg van het hoge deelnamepercentage (het verschil tussen kolom 1 en 2) en als gevolg van de oververtegenwoording van zorgleerlingen op de niveau’s 1 en 2 (het verschil tussen kolom 2 en 3) een hogere bijdrage dan de andere gemeenten in de stadsregio.

More Related