Wmo Maastricht kantelt…. Een andere manier van werken

1. Wmo Maastricht kantelt…. Een andere manier van werken Afvaardiging Wmo-raad 17-07-2013

2. Facts & Figures • Aantal Wmo cliënten: ca. 9.500 • Uitstaande voorzieningen: ca. 12.250 • Hulp bij het huishouden ca. 4100 • Rolstoel ca. 1475 • Vervoersvoorzieningen ca. 5575 • Woonvoorzieningen ca. 1075 • Aantal werkprocessen 2012: 12.000 • Aantal fte consulenten: 16.25 fte + 3 fte

3. Iedereen kan meedoen! Met inzet van mantelzorgers, vrijwilligers, maatschappelijke partners en voorzieningen zorgen we er samen voor dat iedereen de ondersteuning krijgt die nodig is. Niet meer dan nodig, niet minder dan noodzakelijk Zo kunnen we meer mensen langer en beter ondersteunen…..zo krijgen we meer voor elkaar!

4. Wat is maatschappelijke ondersteuning? De Wmo regelt ondersteuning voor mensen die vanwege een beperking niet of minder goed mee kunnen doen in de samenleving. Het doel is dat ook mensen met een beperking zoveel mogelijk de regie op hun eigen leven behouden en in hun eigen leefomgeving kunnen blijven wonen. Waar nodig biedt de gemeente informatie en advies, ondersteuning aan mantelzorgers en vrijwilligers of voorzieningen.

5. 1 mei 2013 nieuwe / doorontwikkeldeVerordening maatschappelijke ondersteuning Meer aandacht voor: • Compensatieplicht • De Kanteling

6. Wmo zorgplicht > compensatieplicht claimgericht > vraaggericht Gemeente moet burgers compenseren op 4 domeinen: • Het voeren van een huishouden • Zich in en om de woning lokaal verplaatsen • Zich verplaatsen per vervoermiddel • Medemensen te ontmoeten en op basis daarvan sociale contacten aan te gaan om zo participatie in de samenleving mogelijk te maken!

7. 8 te behalen doelen/resultaten Iedere burger: • kan wonen in een schoon en leefbaar huis • kan wonen in een voor hem/haar geschikt huis • kan beschikken over goederen voor primaire levensbehoeften • kan beschikken over schone, draagbare en doelmatige kleding • kan thuis zorgen voor kinderen die tot het gezin behoren • kan zich verplaatsen in, om en nabij het huis • kan zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel • heeft de mogelijkheid om contacten te hebben met medemensen en deel te nemen aan recreatieve, maatschappelijke of religieuze activiteiten.

8. 1. Een schoon en leefbaar huis • Zwaar en licht huishoudelijk werk: • Droog en nat schoon en stofvrij maken en houden van de woning. • Niveau sociale woningbouw: • Woonkamer, aanwezige en gebruikte slaapkamers, keuken en sanitaire ruimtes. • Gebruikelijke zorg • Alle huisgenoten (>18) zijn met elkaar verantwoordelijk voor het voeren van een huishouden. Wanneer één van de huisgenoten die het huishoudelijk werk doet uitvalt, moeten de anderen dit, via herverdeling van taken, overnemen.

9. 2. Een geschikte woning • Iedere Nederlandse burger: • Zelf voor een woning zorgen • Bij de keuze van een woning rekening houden met de eigen situatie; dus met bestaande of bekende komende beperkingen • Indien woning dan niet geschikt: • Woonvoorziening: • Woningaanpassing of verhuizing • Oplossingen op niveau van sociale woningbouw gericht op woonkamer, slaapvertrekken, keuken, sanitaire ruimten en evt. berging/tuin/balkon.

10. Algemeen gebruikelijk: • voor een niet ondersteuningsbehoevende in een financieel vergelijkbare positie tot het normale aanschaffingspatroon te rekenen. • niet speciaal voor de ondersteuningsbehoevende. • gewoon te koop. • niet duurder is dan soortgelijke producten Voorbeelden: Verhoogd/hangend toilet, toilet op 1e verdieping, airco, kooktoestellen, zonwering, allerlei vormen van kranen, badkamerrenovatie, cv, douchecabine, douchecel, douchewand, seniorendouchebak, ventilatie, beugels, overige vergelijkbare woonvoorzieningen tot max. €250,-

11. 3. Beschikken over goederen voor primaire levensbehoeften • Goederen voor primaire levensbehoefte: • Levensmiddelen en schoonmaakmiddelen, zaken die dagelijks/wekelijks gebruikt worden in elk huishouden • Geen grotere inkopen als kleding en duurzame goederen zoals apparaten • Boodschappendiensten en maaltijdservices • Afhankelijk van gezinssamenstelling, kosten en beschikbaarheid • Aanvrager moet kunnen beschikken over de verschillende maaltijden door de dag

12. 4. Beschikken over schone, draagbare en doelmatige kleding • Verzorgen van de kleding: • Wassen en drogen • Normale kleding voor alledag • Uitgangspunt is dat alleen bovenkleding gestreken hoeft te worden • In principe geen (begeleiding bij) aanschaf van kleding • Evt. wel bemiddeling om te zorgen dat er passende kleding wordt gekocht, bv. Met inschakeling vrijwilligers.

13. 5. Thuis zorgen voor kinderen die tot het gezin behoren • Wmo: alleen tijdelijke compensatie • om ouder(s) de gelegenheid te geven een definitieve oplossing te zoeken • Algemeen gebruikelijke / voorliggende oplossingen: • Kinderopvang, gastouders, etc. • Wet Jeugdzorg • Ondersteuning bij opvoeding in ontregeld gezin • AWBZ • Intensieve zorg voor gehandicapte kinderen

14. 6. Zich verplaatsen in en om de woning • Rolstoel voor binnenshuis • Hulpmiddelen: • Bv. tillift

15. 7. Zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel • Lokaal verplaatsen: 15-20km rond de woning (5 OVzones) • Individuele vervoersvoorzieningen • Collectief vervoer • Overige vervoersvoorzieningen (scootmobiel, etc.) • Géén onbeperkte kostenloze vervoermogelijkheid • Net als persoon zonder beperkingen dient met voor vervoer een bijdrage te betalen (bv. tarief of eigen bijdrage

16. 8. Medemensen ontmoeten en deelnemen aan recreatieve, maatschappelijke activiteiten. • Mogelijkheid om deel te nemen aan het leven van alledag: • Bezoeken van familie, verenigingen, kerk, etc. • Belangrijke voorwaarde: • Zich lokaal kunnen verplaatsen per vervoermiddel

17. De Kantelingondersteuning is maatwerk! • Meer aandacht voor het in beeld brengen van de situatie van de burger • Meer oplossingen die passen bij de specifieke situatie van de burger

18. Eigen verantwoordelijkheidzoeken naar oplossing = denken vanuit de kern 4 typen oplossingen: • Eigen Kracht • Sociale omgeving • Algemene en collectieve voorzieningen • Individuele voorzieningen

19. Gevolgen voor werkwijze 2 fases: 1. Inventarisatiefase Melding - Gesprek – Arrangement 2. Beoordelingsfase Aanvraag – Beoordeling – Besluit t.a.v. individuele voorziening

20. Fase 1 Inventarisatie Werkproces Intake

21. Melding • Burger meldt zich (telefoon, balie, post, mail) • Werkproces Intake opstarten • Contactregistratie • Meldingsformulier en Brochure versturen

22. Gesprek • Meldingsformulier komt retour • Bij burger thuis, op kantoor of telefonisch wordt ‘het gesprek’ gevoerd waarbij diverse leefgebieden en de daarin ervaren problematiek wordt besproken • Verwerken van het gesprek in de module ‘het gesprek’

23. Module “het Gesprek” • Woonsituatie • Gezinssituatie • Huisarts

24. Contactpersoon

25. Leefgebieden

26. Ziektebeelden

27. Stoornissen

28. Beperkingen

29. Hulpmiddelen • AWBZ-indicaties

30. Overige voorzieningen • Informele zorg

31. Compensatiegebieden Arrangement

32. Arrangement Geen standaardoplossingen; ieders woon- en leefsituaties, mogelijkheden en beperkingen zijn verschillend… • Wat kunt u zelf doen? • Waar kunnen mensen om u heen bij helpen? • Welke voorliggende, algemeen gebruikelijke, algemene of collectieve voorzieningen kunnen een oplossing zijn? • Wat moet eventueel met gemeentelijke voorzieningen worden opgelost? Vervolgafspraken….wie doet wat? • Wat gaat de burger zelf of samen met mensen om hem heen doen? • Wat doet de gemeente?

33. Fase 2 Beoordelingsfase (vervolg) werkproces Individuele voorziening

34. Gespreksverslag Burger: • ontvangt gespreksverslag • kan aangeven of het verslag overeenkomt met hetgeen besproken en afgesproken is • kan indien gewenst gespreksverslag aanvullen • kan op basis van een reactie op het gespreksverslag een aanvraag voor individuele voorziening (en) starten

35. Aanvraag Zijn er gemeentelijke voorzieningen nodig dan wordt er een aanvraag opgestart en beoordeeld. • Geïnformeerde toestemming • Keuze leveringsvorm/leverancier • Eigen bijdrage • CAK • Afstemming woningeigenaren • Administratieve afhandeling

36. Vragen?