1 / 36

Onderwijskundig Ontwerpen / Instructional Design

Onderwijskundig Ontwerpen / Instructional Design. Begripsomschrijving. ‘ Instructional design’: eigen wetenschapsterrein met theorieën, modellen en een eigen onderzoeksaanpak . Reigeluth : Methodes voor ontwerpen van instructie; benoemd als modellen.

quasar
Download Presentation

Onderwijskundig Ontwerpen / Instructional Design

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Onderwijskundig Ontwerpen / Instructional Design

  2. Begripsomschrijving • ‘Instructional design’: eigen wetenschapsterrein met theorieën, modellen en een eigen onderzoeksaanpak. • Reigeluth: • Methodes voor ontwerpen van instructie; benoemd als modellen. • ‘Componential’, opeenvolgende stappen beschrijven • Probabilistisch: leiden niet automatisch tot succesvolle instructieontwerpen. Van descriptie naar prescriptie: moeilijkheden • Gustafson (1996): "Onderwijskundig ontwerpen is het complete proces van • analyseren wat men wil bereiken met de instructie; • hoe men dit wil aanpakken; • hoe men de aanpak uittest en reviseert en • hoe men lerenden evalueert. • Soms vijfde stap: het implementeren van het ontwerp en/of het vermarkten van het instructieontwerp.

  3. Ontwikkeling van de instructional design benadering • 'Onderwijskundig ontwerpen' jonge discipline. • Tweede Wereldoorlog: groot opleidingsprobleem. • Training soldaten: EHBO, beheersing van wapens, voertuigen, logistieke aanpakken, radar en communicatiemiddelen. • Eerste keer educatieve films, handleidingen: ‘Division of Visuals Aids for War Training’ 457 geluidsfilms, 432 filmstrips en 457 handleidingen. • Fasen: • Aanvankelijk modellen directe afgeleide van leerprincipesBijv. Skinner ~ reductionistisch • Later modellen gericht op microniveau: zie opmerkingen Merrill, Li & Jones • Meest recent: macroperspectief.

  4. ID en visie op leren

  5. Welke is de omvang van de ontwerptaak? • Welk aggregatieniveau? • Microniveau van een les of een deelactiviteit in een les.Oplossing voor één leerkracht? • Macroperspectief met aandacht voor een compleet instructiesysteem voor een multinational? • Mesoniveau: oplossing voor een instelling? • Heel wat auteurs maken het onderscheid tussen microniveau en macroniveau modellen (bijv. Romiszowski, 1981).

  6. Ontwerpmodellen – standaardmodellen • Bijv. ADDIE-model “Analyse, Design, Develop, Implement& Evaluate”.

  7. Het IDI-model als instap op de problematiek 1 • Ontwikkeld door het: Noord Amerikaans universitair ‘Consortium forInstructionalDevelopment and Technology’ (UCIDT, 1973). • IDI staat voor ‘InstructionalDevelopment Institute’. • Typisch systeemmodel. • Basis • Definieeractiviteiten • Ontwikkelactiviteiten • Evaluatieactiviteiten

  8. Definieeractiviteiten en ontwerpactiviteiten • Stap 1 Stel het instructieprobleem vast • ‘needs analysis’ (behoefteanalyse) of sterkte-zwakte analyse • Stap 2 Analyse omgeving en context • Analyse huidige structurele en functionele organisatie van de instructiecontext. • bijv. de regelgeving, heeft men wel alle kennis en vaardigheden in huis? • Veel overleg nodig met alle stakeholders, zoals de opdrachtgever, de doelgroep, ouders, ondersteunend personeel, instructieverantwoordelijke, … • Analyse bronnenmateriaal, literatuurstudie • Stap 3 Organiseer de te verrichten werkzaamheden • Stappenplan. • Taken en verantwoordelijkheden van alle betrokkenen. • Tijdsplanning met mijlpalen. • Stap 4 Stel de doelen vast • Keuzes maken voor einddoelen • Verdere opsplitsing van einddoelen • Evt. ervrijkt met checklists, criteria of indicatoren. • Stap 5 Specificeer methoden • Welke strategieën, media en toetsing worden opgezet • Beslissingen m.b.t. de componenten van het didactisch handelen (leerstof, media, werkvormen, toetsing) • Stap 6 Construeer prototypen • Modeloplossingen en evaluatie-instrumenten voor uittesten prototype (efficiëntie, effectiviteit, satisfactie).

  9. Evaluatieactiviteiten • Stap 7 Test prototypen • Testronde bij representatieve groep. • Ecologische validiteit • Verzamelen evaluatieve data • Stap 8 Analyseer resultaten • Analyse in functie vooropgezette doelen • Kom tot conclusies in functie van evt. verder ontwikkelen • Stap 9 Reviseer en/of implementeer • Iteratieve ontwerpcyclus

  10. Taakanalyse: Romiszowski

  11. Proceduralanalysis • Samenwerken uitvoerder taken. • Observatie en kenniselicitatietechnieken

  12. Ordening modellen • Voorbeeld: • Integratedmodels • Task-orientedmodels • Prescriptivemodels • Gustafson (1981) - Plomp, Feteris, Pieters & Tomic (1992): taxonomie

  13. Mediamodellen • Mayer (1999a): van ‘technology-centered approach’ naar een ‘learnercentered approach’ • Reductie tot het ontwerpen van leermateriaal met een bepaald medium • Te groot optimisme over impact nieuwe media: radio, televisie, talenpracticum, diaprojector, cassetterecorder, ...

  14. Productiemodellen • Primair aandacht voor de leermaterialen en de media, maar ook aandacht voor de leerdoelen en evaluatie. Kookboekmodellen • Beperkte systeemvisie. • Negeren behoeftenanalyse en ontbreken formatieve evaluatie. • Taakanalyse: • Jonassen, Tessmer & Hannum (1999): “The breakdown of performance into detailed levels of specificity” en verderalseen ‘front-end analysis, description of master performance and criteria, breakdown of job tasks into steps, and the consideration of the potential worth of solving performance problems”.

  15. Systeemmodellen • Richey (1995) • Generieke benadering • Behoeften bij lerenden • Algemene en specifieke doelen • Ontwikkelen en uitvoeren van evaluaties • Ontwikkelen instructiestrategieën • Try-out van het materiaal • Implementatie en onderhoud • Idem Ontwerpmodel, maar uitbreiding ten aanzien van de volgende punten: • integratie van inzichten uit recente theorieën en resultaten van sociaal wetenschappelijk onderzoek; • grotere aandacht voor de implementatie; • inplannen van overleg en dus het ontwikkelen van sociale vaardigheden; • aandacht voor projectmanagement.

  16. Opmerkelijke modellen • McCarthy 4-MAT Cycle of Learning • SOI-model van Mayer • Het model van Gagné, Briggs & Wager • Model van Romiszowski • Critical Events model van Nadler • Component Display Theory – Merrill

  17. McCarthy 4-MAT Cycle of Learning

  18. SOI-model van Mayer • Verzorgen multimediale presentatie leermaterialen (zie de 7 designprincipes). • Ondersteunen organisatie leermaterialen. Verzorgde uitwerking leermaterialen ansich voldoende om organisatieactiviteit uit te lokken. • Mayer benadrukt verder dat de ontwerper van de leermaterialen ‘pointers’ kan gebruiken om organisatie-elementen in de presentatie beter uit te laten komen. Aandacht ontwerper voor het benadrukken van structuur in leermateriaal: bijv. volgorde, aantal stappen, oorzaak-gevolg, opeenvolging, samenhang, hiërarchie. • Ondersteunen integratie nieuwe kennis en voorkennis. Vooral gestimuleerd door gebruik te maken van grafische elementen, het stellen van tussenvragen en het gebruik van metaforen.

  19. Dick & Carey 9 stappen • Stap 1: Bepalen van de leerdoelen • Bepaal einddoelen. • Voer behoefteanalyse uit; betrek actoren in dit proces. • Stap 2: Analyse van de instructiesituatie • Bepaal hoe lerenden uiteindelijk een doel zullen bereiken. • Taakanalyse. • Informatieverwerking analyse. • Leertaken analyse. • Stap 3: Bepaal het startgedrag en de kenmerken van de lerende • Bepaal voorkennis en voorwaardelijke procedures. • Besteed aandacht aan hogere orde denkvaardigheden, persoonlijkheidskenmerken, houdingen en kenmerken van de lerenden.

  20. Dick & Carey 9 stappen • Stap 7: Ontwikkel de leerstof die in de leermaterialen wordt gepresenteerd • Keuze en uitwerking leerstof in een of ander medium. • Bestaande materialen hergebruiken en rekening houden met implementatiekeuzes. • Stap 8: Formatieveevaluatie • Informatie verzamelen als basis voor revisie en verder ontwikkelen. • Formatieve evaluatie op basis van interviews, groepsgesprek of veldtest (‘field trial’). • Stap 9: SummatieveEvaluatie • Bepaal effectiviteit instructiepakket. • Klein- of grootschalig - korte of lange periode. Keuze afhankelijk verwachte verspreiding van ontwikkelde instructieontwerp. • Stap 4: Expliciteer de operationele doelen • Zet algemene leerdoelen om in concrete leerdoelen. • Stap 5: Werk criteriumgebaseerde testen uit • Testen helpen te bepalen of lerenden voorkennis beheersen. • Kijken stap voor stap na beheersen leerdoelen. • Werk een evaluatie uit. • Criteria geven kwantiteit en kwaliteit verwachte gedrag weer. • Stap 6: Bepaal de afzonderlijke instructiestrategieën • Lineaire opbouw instructiestrategieën. • Keuze manier implementatie: contactonderwijs, groepswerk, afstandsonderwijs, zelfgestuurd leren, online-pakketten, een combinatie van contactonderwijs en online leren (ook ‘blendedlearning’ genoemd).

  21. Model Romiszowski • Titel • Doelgroep • Aantallerenden • Tijd • Leerdoelen • Alleleerdoelen van deze les (zie De Block) • Media Startactiviteiten Instructieactiviteiten Afsluitende activiteiten

  22. Startactiviteiten Instructieactiviteiten • Fase per fase: • InstructieactiviteitenWelkewerkvormgebruik je (scenario, vragen die je stelt, ingebedmateriaalgebruik, …)? • LeeractiviteitenWelkeactieverwacht je van lerenden? • FeedbackactiviteitenWelksoortreacties kan je verwachten en hoega je hieropreageren? Fouten, misvattingen, afwijkendeuitwerkingen, … Afsluitendeactiviteiten • Transfer • Hoegarandeer je datwatgeleerdisook in anderesituatieszalgebruiktworden: taak, huistaak, opdracht, uitbreiding, generalisering, … • Summatieveevaluatie • Ziethema « Evaluatie » • Samenvatting en de volgendestap • Wrap-up en vervolgschetsen. Hoezal je hieropverderbouwen? Hoeisdeze les eenschakel in eengeheel? • Aandachtverkrijgen • Hoestart je, hoeleid je in, hoeoriënteer je de lerende op de instructie? • Leerdoelen • Welkconcreetleerdoelstaatcentraalbijdezestartactiviteiten; bijv. Herhalen centrale begrippen, Samenvattenvoorgeschiedenis, … • Vereistevoorkennis • Watmoet je beheersen om de nieuweinstructieoptimaal te kunnenvolgen; waarbouw je op verder?

  23. Critical Events model van Nadler Systeemniveau Definitie Analyse Ontwerp Implementeer Evalueer Analyse Synthese Evaluatie

  24. Critical Events model van Nadler • Stap 1 Behoefteanalyse in de organisatie Organisatieanalyse, een functieanalyse, … in welke omstandigheden heeft het kritische incident zich voorgedaan. Actorenperspectief. • Stap 2 Expliciteren functioneren van werknemers; concreet overzicht aanpak van werknemers. • Stap 3 Behoeften van lerenden identificeren Identificeren leerbehoeften betrokken doelgroep. • Stap 4 Doelen bepalen Selecteert leerdoelen voor ontwerpen training: algemene doelen, operationele doelen en men maakt een keuze over prioritaire doelen. • Stap 5 Curriculum samenstellen Opstellen lijst concrete onderwerpen, kennisinhouden, thema’s die aansluiten bij de verschillende leerdoelen. • Stap 6 Selecteren van instructiestrategieën Instructiestrategieën die passen bij doelgroep en organisatie. • Stap 7 Beschikbaar stellen van de instructiemiddelen Bepalen financiële, menselijke en materiële randvoorwaarden en inplannen training. • Stap 8 Implementeren training Het uitvoeren van de ontwikkelde training. • Nadler schrijf bij èlke stap een evaluatieactiviteit voor!

  25. 4C-ID model - Van Merriënboer

  26. 4C-ID model - Van Merriënboer 4C-ID model • Leertaken: complexe en authentieke taken, waaraan alle andere instructiecomponenten worden opgehangen; gegroepeerd in taakklassen. • Ondersteunende informatie: voorwaardelijke achtergrondinformatie. • ‘Just-in-time’ informatie (JIT): extra informatie om routinematige deelaspecten van de hoofdtaak aan te pakken. Alleen beschikbaar op het moment dat ze essentieel is. • Deeltaakoefening: aspecten inoefenen die onderdeel zijn van de taken. Schema’s beter automatiseren. • Het4 componenten ID model • Het 4C-ID model ontwerpmodel voor instructie over complexe vaardigheden; bijv. piloten, procesoperatoren, programmeurs, luchtverkeersleiders, diagnostici voor fouten in processen, enz. • 4 componenten: taken, deeltaakoefening, ondersteunende informatie en ‘just-in-time’ informatie.

  27. Component Display Theory David Merrill Doelstellingenmatrix • Gebaseerd op Glaser, Gagné, Bruner, Rothkopf, Skinner, Gropper, Landa, ... Twee hoofdonderdelen: • Een doelstellingenmatrix • Een presentatietaxonomie

  28. Component Display Theory • Inhoudsniveaus: • feiten: arbitraire informatie zoals een naam, een datum, een gebeurtenis, een plaatsnaam, de betekenis van een symbool; • begrippen: geclusterde feiten die samen een gemeenschappelijk kenmerk hebben en aangeduid worden met hetzelfde concept; • procedures: een geordende reeks stappen om een bepaald doel te bereiken of om een probleem op te lossen. Het kan daarbij gaan om zeer specifieke procedures; • principes: een verklaring of voorspelling waarom iets voorkomt, gebeurt, vastgesteld wordt. Drie gedragsniveaus: • Herinneren: reproduceren uit het geheugen; • Gebruiken: toepassen van een abstractie op een concreet geval, situatie, begrip; • Vinden: een nieuwe abstractie uitvinden of afleiden uit beschikbare gegevens. Drie gedragsniveaus komen overeen met Gagné: verbale informatie, intellectuele vaardigheid en cognitieve strategie.

  29. Toetsbaredoelen F - Gebruik begrip • Conditie variabel: Tekeningen, Plaatjes, Voorschriften, Diagrammen • Conditie Vast: Nieuwe voorbeelden • Gedrag Vast: Classificeren • Gedrag variabel: Schrijven, Selecteren, Aanijzen, Sorteren, Etc. • Criterium vast: Bepaalde fouten, Binnen een bepaalde tijd • Criterium variabel Neem gedefinieerde doelen en voeg het volgende toe: • In welke conditie doet zich het gedrag voor (nieuwe situatie of een gekende, eerder reeds aangepakte situatie)? • Welk gedrag wordt concreet verwacht? • Welke criteria worden vooropgesteld?

  30. CDT Presentatietaxonomie • Presentatie ~ concrete instructiestrategie • Onderscheidprimaire en secundaire presentaties. Doel: • Eenmaal presentatietaxonomie beschikbaar, dan kan per cel in de doelstellingenmatrix de meest geschikte instructiestrategie aangeduid worden. • CDT primaire presentaties (PP)

  31. CDT secundaire presentaties Elke primaire PP ordenennaar de mate waarinzebetrekking hebben op: PPF consistency: afstemmen van doelstellingenmatrix en presentatietaxonomie • als … dan … structuur bij het nemen van de ontwerpbeslissingen. • Gegeven een toetsbaar doel a in de doelenmatrix • Kies de primaire presentatie x, • Wanneer de secundaire presentatievorm y is. • CDT: onderbouwd door onderzoek

  32. Tools en onderwijskundig ontwerpen Tools: elektronischeleeromgeving ELO Ontwikkelomgeving voor de instructieverantwoordelijke. Helpen nauwelijks bij de analyse en ontwerpactiviteiten. Noodzakelijk: afgeronde analyse- en ontwerpfase achter de rug. Blackboard, WebCT, Moodle, Minerva, … Soorten Gebaseerd op model; bijv. ADDIE-model. Tools als adviseurs; bijv. AGD van Paquette stelt leidende vragen en geeft voorbeelden die helpen beslissingen te nemen bij de opeenvolgende ontwerpfasen. Tools als directe vertaling zijn van een leer- of instructietheorie; bijv. ‘GuidedApproachTo Instructional Design Advising (GAIDA)’ ~9-stappenmodel van Gagné. ‘Authoring tools’: software pakketten (Authorware) Elektronische leeromgevingen ELO

  33. Ondersteuning in ELO

  34. ELO Webquest Voordelen van de ID benadering • Leren en instructie verbetert door een probleemoplossende benadering waarbij veel aandacht wordt besteed aan evaluatie en terugkoppeling bij het ontwerpen. • Er is veel aandacht voor het beheer, het monitoren en het controleren van het ontwikkelproces. • De evaluatie van het designproces is doorzichtiger. • De ID-modellen helpen onderwijskundige theorieën toetsen. Kritieken op de ID benadering • De modellen zijn nog te lineair: cyclische benaderingen. • Meer aandacht zijn voor het 'super'systeem. • Alle probleemeigenaren / belangengroepen • Meer visionaire onderwijskundige ontwerpen. • Rol lerende? Een inleiding die les situeert. Taakbeschrijving (parafrasering leerdoelen). Informatiebronnen. Beschrijving proces: concrete doe-activiteiten in kleine groepjes. Evaluatie: wat leerlingen moeten opleveren en criteria. De conclusie vat activiteit samen en legt link naar vervolgactiviteiten en/of ‘webquests’.

  35. ID en onderwijskundig referentiekader • Aanvankelijk beperkt micro- en het mesoniveau, geleidelijk impact macroniveau meegenomen (systeemvisie). • Sommige ontwerpmodellen blijven tot microniveau ( ‘webquest-aanpak’ en Romiszowski); andere doel curriculum, lessenreeks of programma (van Merriënboer). • Begeleiding en/of opleiding nodig van instructieverantwoordelijke. Meer variabelen, processen worden in ontwerpbenadering betrokken. Beslissingen over alle componenten van het didactisch handelen. Meer en andere actoren spelen een rol. Verschuiving in controle over designproces naar gebruiker.

More Related