1 / 26

De Nederlandstalige WISC-III

De Nederlandstalige WISC-III. Willem Kort (projectleider) Mark Schittekatte Elzeloes Compaan Griet Vermeir Nico Bleichrodt Marjan Bosmans Wilma Resing Paul Verhaeghe Dienstencentrum NIP, Vrije Universiteit Amsterdam, Universiteit Leiden & Universiteit Gent.

Download Presentation

De Nederlandstalige WISC-III

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. De Nederlandstalige WISC-III Willem Kort (projectleider) Mark Schittekatte Elzeloes Compaan Griet Vermeir Nico Bleichrodt Marjan Bosmans Wilma Resing Paul Verhaeghe Dienstencentrum NIP, Vrije Universiteit Amsterdam, Universiteit Leiden & Universiteit Gent

  2. Initiatief (zomer 2000) NDC -> BFP (Willem Kort -> Luc Scheldeman, RvB) Met medewerking van: • Statistische ondersteuning Peter Dekker (VUA) • Prof. Jacques Grégoire (UCL) • Advies in Vlaanderen: • Commissie psychodiagnostiek van de BFP (http://www.bfp-fbp.be/BfpNL/ACTcommdiag.htm, voorzitter K. Glabeke) • Vlaam Forum voor Diagnostiek in de psychologische en pedagogische begeleiding en hulpverlening (http://www.vfd-ppbh.cjb.net/, voorzitter J. Scheiris) • Vlaamse Vereniging voor Schoolpsychologie (http://home.pi.be/~vvsp/ , voorzitter M. De Beuckeleer)

  3. Waarom een WISC-IIINL ? • Actualiseren • van de normen • WISC-R = 1986 (1980) • Flynn-effect • Laatste in Europa • van de inhoud van subtesten en scoringsregels + nieuwe subtest “Symbolen Vergelijken” + verhogen attractiviteit

  4. Voorbeeld “oud” item (Gaatjes in riem invoegen)

  5. Voorbeeld nieuw item Onvolledige Tekeningen

  6. Voorbeeld oud item (verhaaltje met bank invoegen)

  7. Voorbeeld aangepast item

  8. Ontwikkeling WISC-III • Vooronderzoek (jan.- febr. 2001) -> Uitgebreide experimentele versie van 5 verbale subtests bij 450 kinderen (INF, OV, REK, WO, BG) • Steekproef: • Geslacht, regio, onderwijsnet, urbanisatiegraad • Nieuwe items (Europa, experten, creativiteit) • Aangepaste items (frank, waarde-oordeel) • Oude items

  9. Doel vooronderzoek: • Vlaanderen – Nederland: één norm • Moeilijkheidsgraad, betrouwbare subtests • Vloer- en plafondeffecten • Begin-en afbreek- en omkeerregels bepalen • Eindproduct: de WISC-IIINL • Veranderingen tov WISC-R (bijna 60% nieuw + andere volgorde subtests)

  10. Veranderingen tov WISC-R

  11. Normering WISC-IIINL • Afname bij 1229, 6-16 jarigen • Representatieve steekproef • Geslacht, regio, schooltype, urbanisatie, (> 30 Vlaamse en 65 Nederlandse scholen) • Opgeleide testleiders • Normen ontwikkeld (per 4 maand, J/M, Ndl.-VL, model cfr. SON-R)

  12. Betrouwbaarheid WISC-IIINL • Homogeniteits- & interne consistentie coëfficiënten ( & split-half,  FL & DH ) • Interbeoordelaarsbetrouwbaarheid ( r > .90) om scoring optimaal te krijgen

  13. Homogeniteitscoëfficiënten

  14. Validiteit WISC-IIINL • Factor-analyses: nieuwe derde factor! • Verbaal begrip (INF + OV + WO + BG) • Perceptuele organisatie (OT + PO + BP + FL) • ‘Vrijheid van afleidbaarheid’ (RE + SU + CR) verdwenen • ! Nieuwe factor: ‘Verwerkingssnelheid’ (SU + SV) • Schoolprestaties (Nederlands & Wiskunde): significante samenhang met IQ(r tussen .37 & .53)

  15. Correlaties IQ –schoolresultaten (N=203)

  16. IQ & onderwijsniveau

  17. Gemiddelde moeilijkheidsgraad

  18. Kwalitatieve beschrijvingen van de WISC IIINL IQ scores* IQ Classificatie Theoretische normaal curve Hoger dan 130 Zeer begaafd 2.1 121-130 Begaafd 6.4 111-120 Boven gemiddelde 15.7 90-110 Gemiddeld 51.6 80-89 Beneden gemiddeld 15.7 70-79 Laag begaafd/moeilijk lerend 6.4 69-50 Licht zwakzinnig/lichte verstandelijke beperking 35-49 Matig zwakzinnig/matig verstandelijke beperking 20-34 Ernstig zwakzinnig/ernstige verstandelijke beperking 2.1 <20 Diep zwakzinnig/diepe verstandelijke beperking * gebaseerd op Resing, W. & Blok, J. De wenselijkheid van een éénduidig classificatiesysteem van intelligentiescores. De Psycholoog 37, 5 2002

  19. Psychometrisch vervolgonderzoek • Uitgebreider psychotechnisch rapport volgt • Test-hertest (stabiliteit) • Extra-validering SON-R / RAKIT • Specifieke groepen (dyslexia, allochtonen, hoog- & laag begaafden, gedragsproblematieken) • Relevante literatuur: • Artikel Schittekatte (2000): Het hertesten van intelligentie bij kinderen: een literatuurstudie. Significant, op internet gepubliceerd http://users.skynet.be/vsig • stijging bij hertest vooral PIQ • advies minstens één jaar, bij voorkeur twee jaar te wachten voor het hertesten met eenzelfde test • Schittekatte, Kort, Resing, Vermeir, Verhaeghe (2003) hoofdstuk in “Cultures and children’s intelligence: A cross-cultural analysis of the WISC-III” (ed. Georgas & van de Vijver, ...)

  20. Opmerkelijke verschillen • Jongens (INF, REK, BP) vs. meisjes (CR, SUB, SV) • Oudste kind • Allochtonen: • verschil neemt af • SES & verblijfsduur • hoog opgeleide ouders • reden: meer acculturatie

  21. Vlaanderen-Nederland(vooronderzoek) • Dialecten • Vlaanderen INF, WK, RE, OK • Nederlands DH • 0, 1 en 2 bij “Begrijpen” • Spelling

  22. Flynn-effect onderzoek • CLB & Revalidatiecentra • 353 protocollen, M = 3 jaar tijdspanne • Klinische populatie, M (TIQ) = 82 • 93% uit Lager Onderwijs • TIQ r = .88 / VIQ r = .87/ PIQ r = .81 • M  = TIQ 3 punten (5 bij IQ 80-90, 6.5 bij < 70) vooral Verbaal IQ

  23. Specifieke groepen • Laag-begaafden (N =107, BLO type 1 & 2) • Met ernstige leerstoornissen (N =38, BLO type 8) • Dyslectici (N= 52) • ADHD (N =47) • Rilatine (N =22) • Rekenstoornissen (N = 22) • Hoger begaafden (N =17) • Autismespectrumstoornissen ( N =14)

More Related