1 / 81

Verlofstelsels bij de diensten van de Vlaamse overheid

Verlofstelsels bij de diensten van de Vlaamse overheid. Voorafgaand. A. Begripsverduidelijking p ersoneelsleden: ambtenaren en personeelsleden met een arbeidsovereenkomst s tatutaire personeelsleden: ambtenaren c ontractuele personeelsleden: personeelsleden met een arbeidsovereenkomst .

woody
Download Presentation

Verlofstelsels bij de diensten van de Vlaamse overheid

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Verlofstelsels bij de diensten van de Vlaamse overheid

  2. Voorafgaand A. Begripsverduidelijking • personeelsleden: ambtenaren en personeelsleden met een arbeidsovereenkomst • statutaire personeelsleden: ambtenaren • contractuele personeelsleden: personeelsleden met een arbeidsovereenkomst

  3. Voorafgaand B. Rechtsbasis • statutair personeel: het Vlaams personeelsstatuut van 13 januari 2006, Arbeidswet • contractueel personeel: het Vlaams personeelsstatuut van 13 januari 2006, de Arbeidswet, de Arbeidsovereenkomstenwet, uitvoeringsbesluiten enz, …

  4. Voorafgaand C. Administratieve stand • dienstactiviteit • non-activiteit • wat als een personeelslid afwezig is zonder toestemming of akkoord? • wat bij een georganiseerde werkonderbreking?

  5. Voorafgaand D. Aanvragen / opzeggen van verlof • aanvraagprocedures en -termijnen: bepaald door de lijnmanager • opzegprocedures en –termijnen: vastgesteld in het arbeidsreglement

  6. 1. Jaarlijks verlof • Recht of Gunst? • recht, maar opname gebeurt rekening houdend met continuïteit van de dienst • vier dagen verlof waar tegen over het dienstbelang niet kan worden gesteld

  7. 1. Jaarlijks verlof B. Aantal dagen? • 35 dagen per jaar • extra dagen vanaf het jaar waarin men 55 jaar wordt • pro rata vermindering bij: • in & uitdiensttreding tijdens het jaar; • deeltijdse werken; • opname van onbetaalde afwezigheid

  8. 1. Jaarlijks verlof C. Overdracht van verlof • overdracht van maximaal 11 dagen naar het volgende jaar • opname ten laatste voorafgaand aan het pensioen en in overleg met de lijnmanager

  9. 1. Jaarlijks verlof D. Uitbetaling van verlof • enkel bij het definitief verlaten van de DVO • overstap naar andere entiteit DVO: overdracht van jaarlijks verlof • pensionering: enkel uitbetaling indien voorafgaande opname door ziekte of ongeval onmogelijk was

  10. 1. Jaarlijks verlof E. Gevolgen opname jaarlijks verlof • afwezigheid gelijkgesteld met dienstactiviteit d.w.z.: • recht op loon • normale opbouw anciënniteiten • geen recht op MC bij volle afwezigheidsdag

  11. 2. Feestdagen • Aantal dagen • 10 wettelijke feestdagen • 1 decretale feestdag (11 juli) • verlof op 2 & 15.11 & 26.12

  12. 2. Feestdagen B. Compensatieverlof • verlof tussen Kerst en Nieuw voor de feestdagen die met een zaterdag of zondag samenvallen • werken op een feestdag of tussen Kerst en Nieuw: extra jaarlijkse vakantiedag(en)

  13. 2. Feestdagen C.Gevolgen opname Feestdag • afwezigheid gelijkgesteld met dienstactiviteit d.w.z.: • recht op loon • normale opbouw anciënniteiten • geen recht op MC

  14. 3. Moederschapsrust A. Statutair - contractueel • voor beide een recht op hetzelfde aantal weken verlof (p.b.v. Arbeidswet van 17.03.71) • verschillende verloning tijdens het verlof

  15. 3. Moederschapsrust B. In kennisstelling van de werkgever • van de zwangerschap: • van zodra het personeelslid hiervan kennis heeft • schriftelijk of mondeling? • van de vermoedelijke bevallingsdatum: • ten laatste 7de / 9de (meerling) week voor deze datum • via een geneeskundig getuigschrift

  16. 3. Moederschapsrust B. Duur van het verlof • Prenataal verlof • personeelslid kiest zelf de startdatum van het verlof • startdatum: ten vroegste vanaf de 6de / 8ste week voor de vermoedelijke bevallingsdatum • eerste 5 / 7 weken: facultatief (personeelslid mag verder werken) • verplicht verlof: vanaf de zevende dag voor de vermoedelijke bevallingsdatum

  17. 3. Moederschapsrust b.Postnataal verlof • start: • normaliter de dag van de bevalling • dag na de bevalling als het personeelslid op de dag van de bevalling nog heeft gewerkt • duur: negen weken • verplicht verlof = verbod op arbeid

  18. 3. Moederschapsrust c.Verlenging van de postnatale rust • op verzoek van het personeelslid • aaneensluitend op de verplichte 9 weken • opname niet verplicht

  19. 3. Moederschapsrust • Verlenging met: • de periodes van arbeid vanaf de 6de / 8ste week voor de werkelijke bevallingsdatum • met arbeid gelijkgestelde afwezigheden vanaf de 6de / 8ste week voor de werkelijke bevallingsdatum • 2 weken bij bevalling van een meerling • 1 week, als het personeelslid gedurende de 6 weken voor de vermoedelijke bevallingsdatum ononderbroken arbeidsongeschikt was

  20. 3. Moederschapsrust • verlenging met: • maximaal 24 weken als het kindje na de eerste 7 dagen ten rekenen vanaf de geboorte in het ziekenhuis moet blijven • verlofdagen van postnatale rust

  21. 3. Moederschapsrust C. Gevolgen opname moederschapsrust

  22. 3. Moederschapsrust • prenataal onderzoek: • dienstvrijstelling voor de duur van het onderzoek op voorwaarde dat het onderzoek niet buiten de werkuren kan • dienstactiviteit en doorbetaling loon • borstvoedingspauzes: • de benodigde tijd • om melk af te kolven, niet om het kind te voeden op het werk

  23. 4. Omzetting moederschapsrust in vaderschapsverlof/meemoederschapsverlof • Wanneer • bij overlijden van de moeder • bij opname van de moeder in het ziekenhuis, ten vroegste vanaf 8ste dag na de geboorte, op voorwaarde dat het kind het ziekenhuis mag verlaten en de opname van de moeder meer dan 7 dagen duurt

  24. 4. Omzetting moederschapsrust in vaderschapsverlof/meemoederschapsverlof B.Duur van het verlof • overlijden: niet opgenomen gedeelte van de moederschapsrust • hospitalisatie: zolang dat de moeder in het ziekenhuis blijft voor zover de moederschapsrust nog niet is uitgeput

  25. 4. Omzetting moederschapsrust in vaderschapsverlof/meemoederschapsverlof C.Gevolgen opname vaderschapsverlof

  26. 4. Omzetting moederschapsrust in vaderschapsverlof/meemoederschapsverlof D. Gevolgen opname meemoederschapsverlof

  27. 5. Opvangverlof A. Statutair - contractueel • dezelfde regeling qua duur en verloning B. Wanneer • adoptie of pleegvoogdij (≠pleegzorg) van een minderjarig kind (< 18) C. Duur • kind < 3j  6 weken • kind > 3j 4 weken

  28. 5. Opvangverlof D. Gevolgen opname opvangverlof • doorbetaling loon • normale opbouw anciënniteiten • geen recht op MC • geen impact op jaarlijks verlof

  29. 6. Ziekteverlof • Regeling statutair personeel A.1. Ziekteverlof • ambtenaar afwezig door ziekte of ongeval  recht op ziekteverlof • tijdens het ziekteverlof: • afwezigheid gelijkgesteld met dienstactiviteit • recht op loon • controle door het controle orgaan  procedure in AR

  30. 6. Ziekteverlof A.2. Ziektecontingent • 666 werkdagen afwezigheid wegens ziekte of ongeval waarop: • alle ziekteafwezigheden vanaf de start van de statutaire proeftijd worden aangerekend • de ziekteafwezigheden als contractueel personeelslid niet worden aangerekend

  31. 6. Ziekteverlof • worden niet aangerekend op het contingent: • arbeidsongeval • ongeval op de weg van en naar het werk • ongeval van gemeen recht met schuldige derde • beroepsziekte • vrijstelling van arbeid van de zwangere ambtenaar • ziekteverlof in de 6 weken voor de bevalling • bij langdurige ziekte wordt het jaarlijks verlof in mindering gebracht op het contingent

  32. 6. Ziekteverlof • wat bij uitputting van het ziektecontingent? • de ambtenaar kan naar Medex worden doorgestuurd • beslissing tot doorsturen: bevoegdheid van het controleorgaan na overleg met de lijnmanager • bij doorsturing neemt Medex één van de volgende beslissingen: • A beslissing  leidt niet tot pensionering • B beslissing  leidt tot een tijdelijke pensionering • C beslissing leidt tot een definitieve pensionering

  33. 6. Ziekteverlof A.3. Deeltijds werken wegens ziekte • doel: voltijdse re-integratie in het arbeidscircuit na een lange/zware ziekte • controleorgaan beslist over: • de toekenning van het verlof • de duur van het verlof  max 3 maanden • het prestatieregime  min. 50% • de mogelijkheid tot verlenging

  34. 6. Ziekteverlof B. Contractueel personeel B.1. Algemeen • geen ziektecontingent • vooralsnog verschillende regeling voor arbeiders en bedienden

  35. 6. Ziekteverlof B.2. Bediende • recht op gewaarborgd loon gedurende de eerste dertig kalenderdagen • wat bij een nieuwe ziekteperiode na een hervatting? • is de nieuwe ziekteperiode te wijten aan een andere aandoening? • is de nieuwe ziekteperiode binnen de 14 KD na de ziekteperiode die GL voor gevolg had?

  36. 6. Ziekteverlof B.3. Arbeiders • bediende op proef of met contract minder dan 3 maanden  systeem arbeider • anciënniteitsconditie • carenzdag: geneutraliseerd in VPS • specifieke gewaarborgdloonregeling

  37. 7. Verlof voor deeltijdse prestaties A. Statutair - contractueel • verlofvorm: enkel toegankelijk voor statutair personeel • contractueel: tijdelijke of definitieve verdeeltijdsing arbeidsovereenkomst

  38. 7. Verlof voor deeltijdse prestaties B. Recht – gunst • gunst, tenzij de ambtenaar behoort tot één van de volgende categorieën dan is het een recht: • ouder dan 50 j • twee kinderen jonger dan 15j ten laste • gehandicapt kind ten laste • als 1 oudergezin 1 kind jonger dan 15j te laste • mantelzorg: inwonend familielid 1ste of 2 graad

  39. 7. Verlof voor deeltijdse prestaties • weigering van verlof dat een gunst is  beroep bij derde kamer RVB mogelijk • ziekteverlof maakt geen einde aan VDP • VDP op feestdag  geen recht op compensatie • opschorting bij bevalling, adoptie

  40. 7. Verlof voor deeltijdse prestaties C. Ergens anders werken tijdens verlof • kan als de lijnmanager de cumulatie toestaat D. Gevolgen opname VDP • pro rata verloning • pro rata jaarlijks verlof • volle dag VDP: geen MC

  41. 7. Verlof voor deeltijdse prestaties

  42. 8. Verlof voor loopbaanonderbreking 8.1. ALGEMEEN STELSEL • Duur • mogelijkheid om de loopbaan gedurende 60 maanden voltijds en 60 maanden deeltijds (1/2, ¼ of 1/5) te onderbreken • Verlof opgenomen bij andere werkgevers wordt in mindering gebracht

  43. 8. Verlof voor loopbaanonderbreking B. Recht – gunst • de ambtenaar kan in beroep gaan tegen de weigering van een gunst

  44. 8. Verlof voor loopbaanonderbreking 8.2. DEELTIJDSE LOOPBAANONDERBREKING TOT AAN HET PENSIOEN • onderbreking met ½, ¼ of 1/5 • voor ambtenaren een recht; voor contractuelen een gunst • algemeen: vanaf de leeftijd van 55 jaar

  45. 8. Verlof voor loopbaanonderbreking • uitzondering: vanaf de leeftijd van 50 jaar: • in de 5 van de 10 of 7 van de 15 die ½, ¼ of 1/5 LO voorafgaan een zwaar beroep hebben uitgeoefend: • bij ½ en ¼ LO moet zwaar beroep voorkomen op een federale knelpuntenlijst • in geval van 1/5 LO: een beroepsloopbaan van 28 jaar hebben doorlopen

  46. 8. Verlof voor loopbaanonderbreking 8.3. PALLIATIEF VERLOF • voor het verstrekken van palliatieve zorgen • recht voor zowel het statutair als contractueel personeel • opname met ofwel voltijdse of ½ LO

  47. 8. Verlof voor loopbaanonderbreking • gedurende één maand, verlengbaar met één maand • opgenomen verlof telt niet mee voor de berekening van de 60 maanden voltijds en 60 maanden deeltijdse LO

  48. 8. Verlof voor loopbaanonderbreking 8.4. BIJSTANDSVERLOF • voor de bijstand aan en zwaar ziek familie- of gezinslid • maximumduur / patiënt: • voltijdse LO: 12 maanden • halftijdse LO: 24 maanden

  49. 8. Verlof voor loopbaanonderbreking • opname met min 1 maand en max 3 maanden • mogelijkheid om bij nieuwe periode te veranderen van opnamevorm • opgenomen verlof telt niet mee voor de berekening van de 60 maanden voltijds en 60 maanden deeltijdse LO

  50. 8. Verlof voor loopbaanonderbreking 8.5. OUDERSCHAPSVERLOF • recht voor zowel statutair, als contractueel personeel • max periode per kind

More Related