1 / 39

Kale nomina en bereik

Kale nomina en bereik. Henriëtte de Swart. Wat zijn kale nomina?. Kale nomina zijn nominale constituenten zonder determinator. Jan heeft een appel/twee appels/veel appelmoes gegeten. Jan heeft appels/appelmoes gegeten. Jan heeft de appels/de appelmoes gegeten.

azra
Download Presentation

Kale nomina en bereik

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Kale nomina en bereik Henriëtte de Swart

  2. Wat zijn kale nomina? • Kale nomina zijn nominale constituenten zonder determinator. • Jan heeft een appel/twee appels/veel appelmoes gegeten. • Jan heeft appels/appelmoes gegeten. • Jan heeft de appels/de appelmoes gegeten. • Kale meervouden/mass nouns: indefiniet.

  3. Kale nomina in andere talen • Slavische talen: geen lidwoorden ~ geen onderscheid definiet/indefiniet • burtebi goravs [Georgisch] balls:pl:nom roll:3sg ‘Balls/The balls are rolling.’

  4. Kale nomina in andere talen • Oost-Aziatische talen: geen lidwoorden, geen sg/pl onderscheid. • Wò kànjiàn xióng le. [Mandarin Chinese] I see bear Asp ‘I saw a bear/some bears.’ • Gou hen jiling. Dog very smart. ‘The dog is intelligent/dogs are intelligent

  5. Wat is de semantiek van kale nomina? • Geen determinator of lidwoord: hoe weten we of de nominale constituent definiet of indefiniet is? • In talen met een definiet lidwoord: kale variant is indefiniet (Nederlands, Engels) • In talen zonder lidwoorden: kale variant is definiet of indefiniet (contekst) (Georgisch, Chinees).

  6. Compositionele semantiek • Talen met definiet/indefiniet lidwoord geven daar dezelfde semantiek aan (universeel). • Definiet lidwoord: introduceert ‘uniek’ of ‘discourse familiar’ discourse referent. • Indefiniet lidwoord: existentiële kwantor of introductie van ‘nieuwe’ discourse referent.

  7. Compositionele semantiek • Talen met een sg/pl onderscheid voor nomina geven daar dezelfde semantiek aan (universeel). • Meervoudige nomina verwijzen naar ‘sum’ of ‘set’ (~ meerdere entiteiten). • Ongemarkeerde nomina verwijzen naar ‘atom’ (~ één entiteit).

  8. Typologie van lidwoorden/meervoud • Assumptie 1: opzetten van referenten in discourse en verwijzing universele eigenschap van menselijke cognitie. • Assumptie 2: mensen zijn in staat conceptueel atomen en ‘sums’ van elkaar te onderscheiden. • Maar: talen variëren in de encodering van cognitieve noties in de grammatica.

  9. Klassen van kale nomina • In talen zonder sg/pl onderscheid en zonder lidwoorden verwijst kaal nomen naar atom of sum (ondergespecificeerd), en kan een definiete of indefiniete interpretatie krijgen (Chinees, Japans, ..).

  10. Drie klassen talen (sg) • Talen zonder lidwoorden: discourse referentie door nomen zelf, geen def/indef onderscheid (Georgisch). • Talen met definiet lidwoord: introductie discourse referent door nomen zelf OK, markering uniciteit (Hebreeuws). • Talen met definiet/indefiniet lidwoord: geen introductie discourse referent door nomen, markering uniciteit (Nederlands).

  11. Drie klassen talen (pl) • Talen zonder lidwoorden: discourse referentie door nomen zelf, geen def/indef onderscheid (Georgisch). • Talen met definiet lidwoord: introductie discourse referent door nomen zelf OK, markering uniciteit (Hebreeuws, Nederlands). • Talen met definiet/indefiniet lidwoord: geen introductie discourse referent door nomen, markering uniciteit (Frans).

  12. OT typologie: economie • Markedness constraints: economie principe (‘liever lui dan moe’) • *FunctN: Avoid functional structure in the nominal domain • *Art: Avoid Article • {*FunctN, *Art} >> Fnom leidt tot voorkeur voor kale nominale constituenten met zo min mogelijk structuur. • B.v. Chinees

  13. OT typologie: meervoudsmarkering • FPl: meervoud moest worden uitgedrukt in functionele projectie van nominale constituent. • FPl >> {*Art, *FunctN}: taal maakt sg/pl onderscheid, maar geen lidwoorden. • B.v. Georgisch, Hindi. • Typologische generalisatie: talen markeren pl, niet sg, maar er zijn uitzonderingen, b.v. Endo.

  14. OT typologie • FDef: unieke of ‘discourse familiar’ verwijzing moet worden uitgedrukt. • FDef >> *Art leidt tot definiet lidwoord vs. kaal nomen. • B.v. Hebreeuws. • Typologische generalisatie: talen die maar één lidwoord hebben markeren definietheid (niet indefinietheid – maar er zijn uitzonderingen, b.v. Sinhala).

  15. OT typologie • Fdr: druk discourse referentialiteit uit in functionele projectie (number of det). • {Fdr, Fpl} >> *Art: geen kale enkelvouden. • Wel kale meervouden, als meervoud discourse referentialiteit uitdrukt: Nederlands, Engels. • Geen kale meervouden als meervoud geen discourse referentialiteit uitdrukt: Frans.

  16. OT en grammatica • Typologie: mogelijke ordeningen op basis van constraints geeft mogelijke grammatica’s. • Vinden we deze volgordes in talen van de wereld?

  17. OT typologie schematisch I • No number, no articles (Chinese): {*Art, *FunctN} >> {FPl, FDef, Fdr} • Number, but no articles (Hindi, Slavic): FPl >> {*Art, *FunctN} >> {FDef, Fdr} • Definite article, no number (Malagasy): FDef >> {*Art, *FunctN} >> {FPl, Fdr} • Number and definite article (Hebrew): {FDef, FPl} >> {*Art, *FunctN} >> Fdr.

  18. OT typologie schematisch II • Number and general determiner (Salish): {FPl, Fdr} >> {*Art, *FunctN} >> FDef + deficient number morphology. • Number and articles in sg (English): {FDef, FPL, Fdr} >> {*Art, *FunctN}. • Number and articles in sg/pl (French): {FDef, FPL, Fdr} >> {*Art, *FunctN} + deficient number morphology.

  19. Semantiek van kale nomina • Semantiek van kale nomina in een taal hangt af van constraint ranking. • Kale nomina kunnen elke interpretatie krijgen die niet overt wordt uitgedrukt.

  20. Semantiek van kale nomina • In talen met ranking *Art >> FDef kunnen kale nomina zowel def als indef zijn (want geen overte markering van definietheid). B.v. Chinees, Hindi, Georgisch. • In talen met ranking FDef >> *Art kunnen kale nomina alleen indef zijn (want definiete interpretatie verplicht uitgedrukt door definiet lidwoord). B.v. Hebreeuws, Engels, Nederlands.

  21. Engelse bare plurals zijn indefiniet Strong bidirectional OT: English bare plurals are non-definite, because definiteness is explicitly encoded in the definite article.

  22. Eigenschappen van kale nomina • Observatie Carlson (1977): bare plurals nemen altijd klein bereik t.o.v. andere bereikdragende operator. • Consekwentie: kale nomina heel ander soort NPs dan nominale constituenten met een lidwoord  allerlei verschillende theorieën om dat verschil te verklaren.

  23. Minnie wishes to talk to a young psychiatrist. 1.  > want 2. want >  Minnie wishes to talk to young psychiatrists. 1.  > want 2. want >  Modale werkwoorden Bare plurals don’t take wide-scope. 23

  24. Negatie • Minnie didn’t invite a student from her class.  >  or  >  • Minnie didn’t invite students from her class.  >  or  > 

  25. Universele eigenschap • Observaties van Carlson zijn herhaald voor allerlei talen: van Chinees via Hindi en Spaans tot Nederlands. • Kennelijk is er iets ‘bijzonders’ aan kale nomina dat ze dit gedrag vertonen. • Veel theorieën over kale nomina: bare plurals als ‘kinds’ (Carlson), als ‘properties’ (Krifka), als variabelen (Diesing).

  26. Toetsing data/theorie • Maar hoe sterk zijn de oordelen? • Hoe komen we daar achter? • Oordelen van moedertaalsprekers – hoe betrouwbaar zijn die? • Experimentele opzet: gecontroleerde contrasten.

  27. Problemen met experimenten • Veel bereikscontrasten niet waarheidsconditioneel. • Minnie wil CKI docenten spreken. • Iedere situatie die  > wil waar maakt, maakt ook wil >  waar. • Als je de lezingen niet volledig uit elkaar kunt trekken kun je oordelen van moedertaalsprekers niet testen.

  28. Experiment: Engels • Zinnen met negatie: contrast  en  is waarheidsconditioneel. • Als kale nomina alleen interpretatie  toestaan moet een contekst waarin  interpretatie wordt afgedwongen als incoherent worden ervaren. • Vraag proefpersonen om acceptabiliteit van zinnen met negatie + bare plural in contekst .

  29. Engelse test items Eve and Flynn work for the same company. One of their colleagues has recently been fired. Eve: Do you know why they sent Geoffrey packing? Flynn: Well, he has not cooperated with colleagues on his team since last Christmas. Eve: His team, that’s Judy, Vikash and Alexander, right? Flynn:That’s right. He did work with Alexander, but he flat out refused to even talk to Vikash and Judy.

  30. Vergelijking met sg indef (vrij!) David has just returned from a concert. Claire wonders how it was. Claire: You’re looking a bit disappointed. David: Well, it was pretty OK, but they didn’t play a song I was hoping for. Claire: None of the songs you were hoping for whatsoever? David: Oh, they played some of them. Just not my absolute favourite.

  31. Vergelijking met NPI • Negatief polaire uitdrukkingen (NPIs), b.v. any in Engels. • *I read any book by Chomsky. • I didn’t read any book by Chomsky. •  >   >  • I didn’t read a book by Chomsky •  >   >  • NPI verplicht klein bereik

  32. Vergelijking met NPI: altijd  >  Aidan and Brenda discuss the homework they are about to hand in, which consists of five assignments. The professor has announced that handing in at least four of them is the minimum requirement for a passing grade. Aidan: Did you manage to finish all five assignments? Brenda: No, I didn’t have time to look at any of them. Aidan: Sounds like you have a problem.. Brenda: Nah, I’ll be fine. I finished four of them, so I should get a passing grade.

  33. Vergelijking • Als bare plurals in Engels beperkt zijn tot klein bereik, dan zouden ze zich in het experiment op dezelfde manier moeten gedragen als NPIs. • Als bare plurals in Engels niet beperkt zijn tot klein bereik, dan zouden ze zich in het experiment meer moeten gedragen als Sis.

  34. Resultaten

  35. Nederlands • Kunnen we hetzelfde doen voor het Nederlands? • Complicatie: incorporatie van negatie • *Jan las niet boeken van Chomsky  Jan las geen boeken van Chomsky. • Oplossing: constructies met voorzetsel. • Marie wil niet met taalkunde studenten op stap.

  36. Nederlands • Complicatie: woordvolgorde • …omdat Jan niet in boeken van Chomsky las. (unscrambled) • … omdat Jan boeken van Chomsky niet las. (scrambled) • Oplossing: test beide volgordes voor zowel SI als BP.

  37. Resultaten CKI experiment

  38. Conclusie • Bare plurals (English) en kale meervouden (Nederlands) lijken meer op sg indefinites dan op NPIs in hun vrijheid om groot bereik te nemen t.o.v. negatie. • Dat betekent dat theorieën die automatisch klein bereik toekennen aan kale nomina op het verkeerde spoor zitten. • Wat is een betere theorie?

  39. Speculatie • Kale nomina ‘willen’ liever klein bereik krijgen, maar kunnen worden ‘gedwongen’ tot wijd bereik lezingen. • Competitie met overte lidwoorden/ determinatoren? • OT analyse?

More Related