1 / 26

Agenda

Agenda.  Les 36 tm 40  12, 14, 16, 19 en 21 december 2011  hs 9 Rechtsvormen  bestuderen par 9.1 tm 9.7 maken wb vragen 9.1 tm 9.17. Inhoud. Rechtspersoon Vs natuurlijk persoon Soorten organisaties Commerciële/niet commerciële bedrijven

anisa
Download Presentation

Agenda

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Agenda  Les 36 tm 40  12, 14, 16, 19 en 21 december 2011  hs 9 Rechtsvormen  bestuderen par 9.1 tm 9.7 maken wb vragen 9.1 tm 9.17

  2. Inhoud • Rechtspersoon Vs natuurlijk persoon • Soorten organisaties • Commerciële/niet commerciële bedrijven • Financiering van niet commerciële bedrijven. • Proeftoetsje

  3. Natuurlijke personen Eenmanszaak, VOF Geen juridische status Eigenaar is privé aansprakelijk Onderneming heeft geen eigen rechten, plichten, bezittingen en schulden. Eigen rechtspersonen BV, NV Stichting, vereniging Onderneming heeft eigen rechten, plichten, bezittingen en schulden. Eigenaren lopen alleen over het eigen ingebrachte vermogen risico. 9.1 Indeling rechtsvormen Rechtsvorm De juridische/wettelijke vorm van de organisatie.

  4. Commerciële rechtsvormen • Eenmanszaak • Vennootschap onder firma • Commanditaire vennootschap • Maatschap • Besloten vennootschap • Naamloze vennootschap • (Commerciële vereniging, bijvoorbeeld Rabobank)

  5. 9.2 / 9.3 Zonder rechtspersoonlijkheid • Eenmanszaak • Geen rechtspersoonlijkheid • 1 eigenaar die de leiding heeft en vermogen inbrengt. • Privé aansprakelijk • Vennootschap onder firma • Eenmanszaak, met 2 of meer personen die gezamenlijk een bedrijf uitoefenen. • Voordelen: specialisatie, financiering, continuïteit • Winstverdeling naar gemaakte afspraken (notariële akte) of wettelijike regels (aanvullend recht: naar evenredigheid van ingebracht vermogen)*

  6. 9.4 Met rechtspersoonlijkheid • Besloten vennootschap • Eigen rechtspersoon. • Eigen vermogen bestaat uit aandelen • Aandelen staan op naam en zijn niet zomaar vrij verhandelbaar. • Naamloze vennootschap • BV, alleen: aandelen aan toonder (dus niet op naam). • Aandelen zijn vrij verhandelbaar op de beurs

  7. Algemene kenmerken NV en BV • Algemene vergadering van aandeelhouders is het hoogste orgaan (lees: is de baas) • Directie heeft de dagelijkse leiding • Raad van Commissarissen houdt toezicht op de directie. • Ieder jaar moet een jaarrekening bij de KVK gedeponeerd worden. • Alle grote NV/BV moeten de jaarrekening laten controleren door een accountant.

  8. 9.5 Niet-commerciële organisaties • Vereniging • Formele, informele • Stichting • (BV/NV, bijvoorbeeld omroepen)

  9. Vereniging • Vereniging • 2 of meer personen willen een bepaald niet-commercieel doel verwezenlijken. • Doel en regels staan in de statuten. • Leden zijn de baas • Leden kiezen het bestuur. • Voorzitter • Penningmeester • Secretaris • Winst mag niet uitgekeerd worden. • Informele (v. met beperkte rechtsbevoegdheid), bestuurders wel aansprakelijk.

  10. 9.6 Stichting • Eigen rechtspersoon. • Doel zijn idealen. • Rechtspersoon zonder leden. • Bestaat uit een bestuur. • Bestuur kiest zichzelf. • Winst mag niet uitgekeerd worden

  11. 9.7 Financiering niet-commerciële organisaties • Budgetfinanciering • Waterschappen • Lumpsumfinanciering • Scholen • Subsidies • Bibliotheek, musea • Leningen • Contributies • Giften

  12. Test je kennis… 1 Wat verstaan we onder de rechtsvorm van een organisatie? A. De vennootschap onder firma, de besloten vennootschap, de naamloze vennootschap, de vereniging, de stichting. B. De juridische vorm die aan een organisatie is gegeven. C. De vraag of we te maken hebben met een eenmanszaak of met een vennootschap onder firma. D. Het antwoord op de vraag of een organisatie handelt via natuurlijke personen of via rechtspersonen. B

  13. Test je kennis… 2 Welke bewering is juist? I De vraag wie uiteindelijk aansprakelijk is voor de verplichtingen van een organisatie (onderneming) staat los van de rechtsvorm van de organisatie. II De zeggenschap in een organisatie (onderneming) ligt altijd bij de leiding van de organisatie en wordt dan ook niet bepaald door de rechtsvorm van de organisatie. A. Alleen bewering I is juist. B. Alleen bewering II is juist. C. Beide beweringen zijn juist. D. Beide beweringen zijn onjuist. D

  14. Test je kennis… 3 Waarom is het voor eenmanszaken – in vergelijking tot de meeste andere rechtsvormen – vaak moeilijker om geld te lenen? A. Alleen bv’s en nv’s kunnen gemakkelijk geld lenen. B. De gang van zaken in de onderneming is sterk verbonden met de persoon van de ondernemer. C. Eenmanszaken kennen geen scheiding tussen zakelijk vermogen en privévermogen. D. Schuldeisers willen zekerheden ten aanzien van de betaling van rente en aflossing, die kunnen alleen bv's en nv’s geven. B

  15. Test je kennis… 4 Bij een vennootschap onder firma is het vennootschappelijk vermogen afgescheiden van het privévermogen van de vennoten. Welke consequentie heeft dit voor de schuldeisers van de vennootschap? A. De schuldeisers hebben de zekerheid dat hun vorderingen op tijd worden betaald, omdat het vennootschappelijk vermogen als zekerheid dient voor het voldoen van de schuld. B. De schuldeisers hebben de zekerheid dat hun vorderingen op tijd worden betaald, omdat banken niet zullen aarzelen de vennootschap krediet te verlenen. C. Geen, omdat schuldeisers hun vorderingen kunnen verhalen op het totale vermogen van de vennoten. D. Geen, omdat schuldeisers alle vennoten tegelijk met hun hele zakelijk vermogen kunnen aanspreken voor het voldoen van de schuld. C

  16. Test je kennis… 5 Ed, Frans en Kees zijn firmanten van de vennootschap onder firma ‘Het zwarte goud’. De firmanten zijn het op een bepaald moment niet eens over de aansprakelijkheid. Ed stelt: ‘Kees doet het meeste werk, hij is dus alleen aansprakelijk’. Frans stelt: ‘Samen uit, samen thuis. Ieder voor een derde aansprakelijk’. Kees stelt: ‘Vergeet het maar, we zijn alle drie voor 100% aansprakelijk’. Wie heeft gelijk? A. Kees B. Frans C. Ed D. geen van drieën A

  17. Test je kennis… 6 Wie benoemt of ontslaat de bestuurder van een nv of een bv? A. de Algemene Vergadering van Aandeelhouders B. de Algemene Vergadering van Aandeelhouders of de Raad van Commissarissen C. de overige directieleden D. de Raad van Commissarissen B

  18. Test je kennis… 7 Wat is het hoogste orgaan in een vereniging? Verklaar je antwoord. A. De Algemene Vergadering van Aandeelhouders, omdat zij de jaarrekening vaststelt. B. De ledenvergadering, omdat zij het bestuur benoemt en ontslaat. C. Het bestuur, omdat het de vereniging in en buiten rechte vertegenwoordigt. D. De Raad van Commissarissen, omdat hij het bestuur benoemt en ontslaat. B

  19. Test je kennis… 8 Nieuwe bestuursleden van een stichting worden benoemd door A. de ledenvergadering. B. de rechter. C. de Raad van Commissarissen. D. het zittende bestuur. D

  20. Test je kennis… 9 Enkele ouders richten een kinderdagverblijf op. Samen vormen ze het bestuur. Als er een nieuw bestuurslid nodig is, zoeken ze zelf iemand en benoemen hem of haar. Van het geld dat alle ouders betalen, wordt nieuw speelgoed gekocht. Een notaris heeft de oprichtingsakte gemaakt. Ze staan ingeschreven in het desbetreffende register bij de Kamer van Koophandel. Is dit kinderdagverblijf een vereniging of een stichting en waaruit blijkt dit? Dit kinderdagverblijf is een A. stichting, omdat het bestuur zichzelf aanvult. B. stichting, omdat het kinderdagverblijf een goed doel heeft. C. vereniging, omdat het bestuur zichzelf aanvult. D. vereniging, omdat het kinderdagverblijf een goed doel heeft. A

  21. Test je kennis… 10 Van een onderneming is het volgende bekend. 1. Het eigen vermogen is door één of meer personen bijeengebracht. Deze personen hebben geen eigendomsrecht meer op dit vermogen. 2. De onderneming is aansprakelijk voor de gehele schuld. 3. De winst moet worden gebruikt voor de doelstelling waarvoor de onderneming is opgericht en mag in geen geval worden uitgekeerd aan oprichters en/of bestuurders. 4. De zeggenschap ligt bij het bestuur. Welke juridische vorm heeft deze onderneming ? Stichting

  22. Test je kennis… 11 • Moet ik dit hst nog leren voor het examen? A Nee, ik heb dit alles altijd al geweten. B Nee, vanwege onze superdocent is alles heel duidelijk geworden. C Ja, natuurlijk lees ik dit hst nog een keertje door voor het examen. D Ja, ik ga dit Hst iedere week voor het slapen gaan nog even bestuderen.

More Related