1 / 66

Het werkwoordelijk gezegde

Het werkwoordelijk gezegde. In elke zin staat een pv. Ik beluister het ene cd’tje na het andere. In elke zin staat een pv. Ik beluister het ene cd’tje na het andere. In elke zin staat een pv. Hoe vind je een pv ?. Ik beluister het ene cd’tje na het andere. In elke zin staat een pv.

vitalis
Download Presentation

Het werkwoordelijk gezegde

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Het werkwoordelijk gezegde

  2. In elke zin staat een pv Ik beluister het ene cd’tje na het andere.

  3. In elke zin staat een pv Ik beluister het ene cd’tje na het andere.

  4. In elke zin staat een pv Hoe vind je een pv ? Ik beluister het ene cd’tje na het andere.

  5. In elke zin staat een pv Hoe vind je een pv ? Ik beluister het ene cd’tje na het andere. Als je de zin vragend maakt, staat de pv helemaal vooraan !

  6. In elke zin staat een pv Ik beluister het ene cd’tje na het andere. Beluister ik het ene cd’tje na het andere ?

  7. In elke zin staat een pv Ik beluister het ene cd’tje na het andere. Beluister ik het ene cd’tje na het andere ?

  8. In elke zin staat een pv Ik beluister het ene cd’tje na het andere. De pv is het werkwoordelijk gezegde in de zin.

  9. In elke zin staat een pv ww.gezegde Ik beluister het ene cd’tje na het andere. De pv is het werkwoordelijk gezegde in de zin.

  10. In elke zin staat een pv ww. gezegde Ik beluister het ene cd’tje na het andere. In deze zin bestaat het ww.gezegde uit één woord.

  11. Soms hoort er nog een klein woordje bij de pv Hij denkt erg goed over het probleem na.

  12. Soms hoort er nog een klein woordje bij de pv Hij denkt erg goed over het probleem na.

  13. Soms hoort er nog een klein woordje bij de pv Hij denkt erg goed over het probleem na.

  14. Soms hoort er nog een klein woordje bij de pv nadenken Hij denkt erg goed over het probleem na. Afgescheiden deel van de pv

  15. Soms hoort er nog een klein woordje bij de pv nadenken Hij denkt erg goed over het probleem na. In deze zin bestaat het ww- gezegde dus uit twee woorden.

  16. Soms hoort er nog een klein woordje bij de pv ww. gezegde Hij denkt erg goed over het probleem na. In deze zin bestaat het ww-gezegde dus uit twee woorden.

  17. Soms hoort er nog een klein woordje bij de pv Ik vergis me bij het oplossen van dat vraagstuk.

  18. Soms hoort er nog een klein woordje bij de pv Ik vergisme bij het oplossen van dat vraagstuk.

  19. Soms hoort er nog een klein woordje bij de pv Ik vergisme bij het oplossen van dat vraagstuk.

  20. Soms hoort er nog een klein woordje bij de pv Ik vergisme bij het oplossen van dat vraagstuk.

  21. Soms hoort er nog een klein woordje bij de pv Ik vergisme bij het oplossen van dat vraagstuk. voornaamwoord

  22. Soms hoort er nog een klein woordje bij de pv Ik vergisme bij het oplossen van dat vraagstuk. voornaamwoord

  23. Soms hoort er nog een klein woordje bij de pv Ik vergisme bij het oplossen van dat vraagstuk. van ‘zich vergissen’ voornaamwoord

  24. Soms hoort er nog een klein woordje bij de pv Hij vergistzich bij het oplossen van dat vraagstuk.

  25. Soms hoort er nog een klein woordje bij de pv ww. gezegde Hij vergistzich bij het oplossen van dat vraagstuk.

  26. Soms hoort er nog een klein woordje bij de pv ww. gezegde Hij vergistzich bij het oplossen van dat vraagstuk. In deze zin bestaat het ww-gezegde dus uit twee woorden.

  27. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. Ik ging voor het open raam zitten.

  28. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. Ik ging voor het open raam zitten.

  29. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. Ik ging voor het open raam zitten.

  30. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. pv ander werkw. Ik ging voor het open raam zitten.

  31. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. pv ander werkw. Ik ging voor het open raam zitten. Infinitief

  32. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. pv ander werkw. Ik ging voor het open raam zitten. ww. gezegde

  33. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. Hij is op het internet aangesloten.

  34. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. pv ander werkw. Hij is op het internet aangesloten.

  35. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. pv ander werkw. Hij is op het internet aangesloten. Voltooid deelwoord

  36. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. pv ander werkw. Hij is op het internet aangesloten. ww. gezegde

  37. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. Hij is op het internet aan het surfen.

  38. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. Hij is op het internet aan het surfen.

  39. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. pv Hij is op het internet aan het surfen.

  40. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. pv ander werkw. Hij is op het internet aan het surfen.

  41. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. pv ander werkw. Hij is op het internet aan het surfen. ww. gezegde

  42. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. pv aan het + infinitief. Hij is op het internet aan het surfen. ww. gezegde

  43. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. Hij was nauwelijks te zien in het donker.

  44. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. Hij was nauwelijks te zien in het donker.

  45. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. pv Hij was nauwelijks te zien in het donker.

  46. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. Hij was nauwelijks te zien in het donker. pv

  47. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. pv te + infinitief. Hij was nauwelijks te zien in het donker.

  48. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. pv te + infinitief. Hij was nauwelijks te zien in het donker.

  49. Soms staan er nog andere werkwoorden in de zin. pv te + infinitief. Hij was nauwelijks te zien in het donker. ww. gezegde

  50. Besluit : het ww. gezegde kan bestaan uit...

More Related