1 / 20

Inleiding

Susceptibiliteitsbepaling van planktonische en sessiele Burkholderia cepacia complex cellen Katrien De Visschere. Inleiding. Burkholderia cepacia complex: 17 nauw verwante species Gram-negatieve bacteriën Kunnen ernstige infecties veroorzaken bij mucoviscidosepatiënten

phil
Download Presentation

Inleiding

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Susceptibiliteitsbepaling van planktonische en sessieleBurkholderiacepacia complex cellenKatrien De Visschere

  2. Inleiding • Burkholderia cepacia complex: • 17 nauw verwante species • Gram-negatieve bacteriën • Kunnen ernstige infecties veroorzaken bij mucoviscidosepatiënten • Behandeling moeilijk door grote resistentie • ≠ stammen vormen goed biofilms→ verhoogde resistentie

  3. Inleiding • Mucoviscidose • Autosomaal recessieve aandoening • Ongeneeslijk • Secreties van kliercellen zijn minder vloeibaar→ o.a. problemen met luchtwegen en spijsvertering • Infectie met B. cepacia complex bacteriën:→ “cepacia syndroom”: dodelijk→ geleidelijk achteruitgang in longfunctie

  4. Inleiding • Biofilms • Microbiële gemeenschap van sessiele cellen • Vastgehecht op een substraat, een oppervlak of aan elkaar • Ingebed in een extracellulaire matrix • Sessiele cellen vertonen in het algemeen een grotere resistentie tegen antimicrobiële agentia dan planktonische cellen

  5. Onderzoek • Wat? • Gevoeligheid van planktonische cellen en sessiele cellen (biofilms) van 33 ≠Burkholderiacepacia complex stammen t.o.v. 6 ≠ antibiotica bepalen → ceftazidime, ciprofloxacine, meropenem, minocycline, tobramycine, trimethoprim-sulfamethoxazole (1-19) • Experimenten op “jonge” en “oude” culturen • Planktonische cellen • “Jonge” culturen: minimaal inhiberende concentratie (MIC) • “Oude” culturen: afdoding stationaire fase cultuur • Sessiele cellen • “Jonge” culturen: minimaal biofilminhiberende concentratie (MBIC) • “Oude” culturen: afdodingmaturebiofilm

  6. Onderzoek • Waarom? • Vergelijken groei-inhibitie bij “jonge” planktonische cellen en biofilms door antibiotica • Vergelijken afdoding van planktonische cellen in de stationaire fase en mature biofilms door antibiotica

  7. Methoden • “Jonge” planktonische cellen: • Verse reincultuur → kiemsuspensie (OD: 0,05) in MH 1x→ 50x verdunnen • Kuipjes van antibiotica-microtiterplaat (96 kuipjes, bodem: plat) vullen met MH 1x en verdunde kiemsuspensie • 20u incubatie (37°C) • Absorptie in elk kuipje meten met VICTOR2TM • Bepaling minimaal inhiberende concentratie (MIC) • Kuipjes zonder groei → 100µL uitplaten (strijkplaatmethode) • Na 48u incubatie (37°C): groei nagaan • Bepaling minimaal bactericide concentratie (MBC)

  8. Methoden • “Jonge” biofilms: • Verse reincultuur → startsuspensie in MH 1x • Nacht incubatie in warmwaterbad (37°C) • Startsuspensie → werksuspensie (OD: 0,05) • Kuipjes van microtiterplaat (96 kuipjes, bodem: rond) vullen met MH 1x en werksuspensie (100µL) • 4u incubatie (37°C) • 3x spoelen met fysiologisch water • Kuipjes vullen met 100µL MH 2x • Antibiotica toevoegen (100µL)

  9. Methoden • “Jonge” biofilms: • 20u incubatie (37°C) • Spoelen met fysiologisch water • CellTiterBlue toevoegen (detectie levende cellen) • 1u incubatie (37°C) • Fluorescentie meten met VICTOR2TM • Bepalen minimaal biofilm inhiberende concentratie (MBIC)

  10. Methoden • Mature biofilms: • Verse reincultuur → kiemsuspensie in MH 1x • Nacht incubatie in warmwaterbad (37°C) • Kiemsuspensie → startsuspensie (OD: 0,05) • Siliconeschijfjes in microtiterplaat (24 kuipjes) brengen • Kuipjes vullen met MH 1x en startsuspensie • 4u incubatie (37°C) • 3x spoelen met fysiologisch water • Kuipjes vullen met MH 1x • 20u incubatie (37°C) • 3x spoelen met fysiologisch water

  11. Methoden • Mature biofilms: • Overbrengen in antibiotica-microtiterplaat→concentraties antibiotica: 10 x MIC, tobramycine: 4 x MIC • 20u incubatie (37°C) • 3 x wassen met fysiologisch water • Schijfjes overbrengen in falconbuisjes • Buisjes 3 x vortexen en soniceren (cellen losmaken) • Kiemsuspensie wordt 7 maal 1:10 verdund • 1mL per verdunning uitplaten (plaatgietmethode) • Kolonies tellen na 48u incubatie • Bepalen reducties in log(KVE)/schijfje

  12. Resultaten: MIC • MIC vs. de klinisch haalbare antibioticaconcentratie in het sputum van mucoviscidosepatiënten (KHCS)

  13. Resultaten: MBC • Hoe verhoudt de MBC zich tot de MIC? • Grote spreiding MBC t.o.v. MIC → uitzondering: tobramycine (kleine spreiding)

  14. MBIC vergeleken met MIC • Relatie MBIC vs. MIC: • De MBICs zijn vergelijkbaar met de MICs voor het grootste deel van de stammen

  15. Reductie in aantal cellen bij maturebiofilms • De onderzochte antibiotica veroorzaken bij alle stammen reductie • Mate van reductie: vertoont een grote variatie • Tobramycine is het meest werkzame antibioticum → met een paar uitzonderingen • Mate van biofilmvorming ↑, cellen die overblijven na behandeling met antibiotica↑ B. pyrrocinia LMG 14191 B. multivorans LMG 13010 9,0 9,0 8,0 8,0 7,0 7,0 6,0 6,0 5,0 5,0 aantal cellen (log(KVE)/schijfje) aantal cellen (log(KVE)/schijfje) 4,0 4,0 3,0 3,0 2,0 2,0 1,0 1,0 0,0 0,0 TMP-SMX TMP-SMX minocycline minocycline ceftazidime ceftazidime tobramycine meropenem meropenem tobramycine groeicontrole groeicontrole ciprofloxacine ciprofloxacine

  16. Conclusie • “Jonge culturen” • MIC: vergelijking met klinisch haalbare antibioticaconcentratie in het sputum van mucoviscidosepatiënten:  voor veel antibiotica is deze concentratie onvoldoende om groei-inhibitie te veroorzaken • MBC: variabel t.o.v. MIC (uitzondering: tobramycine) • MBIC: vergelijkbaar met MIC bijna alle MBICs liggen binnen de range [1/2 – 2] x MIC

  17. Conclusie • “Oude” culturen • Reductie in aantal cellen bij maturebiofilms:→ vertoont een grote variatie→ tobramycine is het meest werkzame antibioticum→ mate van biofilmvorming ↑, cellen die overblijven na behandeling met antibiotica↑

  18. Toekomstperspectieven • Experimenten op planktonische cellen in een stationaire fasecultuur moeten nog uitgevoerd worden: • Antibioticaconcentraties: 10 x MIC, behalve tobramycine: 4 x MIC

  19. Met dank aan: • Prof. Nelis en Prof. Coenye • Apr. E. Peeters • Apr. B. Quartier

  20. Zijn er nog vragen?

More Related