Waarnemerstraining

1. Waarnemerstraining Sleutel tot Mobiliteit

2. Agenda • Introductie • Uitgangspunten voor waarnemers • Regels voor teamwork • Assessmentoefening en evaluatie - dobbelsteen maken - touwspel- groepsdiscussie • Organisatie van het assessment

3. Startpunt: de vacature Winkelassistent voor jongerenmodezaak in Frankfurt Functieomschrijving: het presenteren van goederen, oprechtheid bij het aanspreken van klanten en een professioneel klantadvies voorafgaand aan de verkoop. Je krijgt training in voorraadbeheer en kassa. De belangrijkste eisen voor deze baan zijn dat je in staat bent om in een team te werken, dat je het leuk vindt om met mensen en in de mode te werken, en dat je overtuigend en assertief gedrag vertoont. Je bent niet ouder dan 35 en je bent bereid fulltime te werken, 5 dagen per week. We zien je sollicitatie of je bezoek aan onze winkel graag tegemoet. Voor meer informatie kun je contact met ons opnemen, onder verwijzing naar het vacaturenummer MP0113325 op het volgende adres: Manpower GmbH Personeelsdiensten Schillerstr. 2 60313 Frankfurt a.M. - City Communicatieve vaardigheden Interculturele vaardigheden Empathie Veerkracht …

4. MobiliteitsassessmentBeroepsoverstijgende oefeningen - Criteria

5. Mobiliteitsassessment Beroepsoverstijgende oefeningen - Criteria

6. Beroepsoverstijgende oefeningen– Beroepscompetenties

7. Uitgangspunten voor de waarnemer • U bent waarnemer, geen deelnemer • Leg de observaties voortdurend vast en gebruik het beoordelingsformulier • Neem geen herinneringen en waarde-oordelen op in uw notities • Luister aandachtig naar uitspraken en schrijf deze in trefwoorden op zonder de inhoud te verdraaien • Vertrouw niet alleen op uw geheugen

8. Waarneming en Beschrijving • Nuttige feedback bevat altijd een beschrijving van het gedrag dat u hebt waargenomen • Naderhand noteert u de observaties in trefwoorden op het beoordelingsformulier van de deelnemer

9. Waarnemingsfouten • Halo-effect • Contact- effect? • Te streng of te soepel zijn

10. Belangrijk bij observatie • Eerst observeert u het gedrag en maakt u aantekeningen, later stelt u de evaluatie op • Elke oefening is een nieuwe kans • Geen overhaaste evaluatie van de deelnemer en niet stemmen

11. Proces van observatie tot evaluatiegesprek 1.Observatie gedurende de oefening • Elke waarnemer let op specifieke deelnemers. • De waarnemer beoordeelt deze deelnemers gedurende de oefening aan de hand van het beoordelingsformulier voor de oefening. • De waarnemer noteert de gedragskenmerken van elke deelnemer of maakt zijn beoordeling op basis van de observartiecriteria, gebaseerd op het gedrag van de deelnemer.

12. Proces van observatie tot evaluatiegesprek 2. Beoordeling direct na de oefening • Na de oefening bespreken de waarnemers de resultaten. • Elke waarnemer vergelijkt zijn aantekeningen met die van de andere waarnemers, en gezamenlijk komen zij tot een van de volgende eindoordeelen - met gebruikmaking van de observatiecriteria -: ++ = overtrof de criteria + = voldeed aan de criteria  = gemiddeld resultaat - = lager dan gemiddeld -- = niet voldaan aan de criteria

14. Proces van observatie tot evaluatiegesprek 3. Waarnemersoverleg aan het einde van de Assessment • Na afronding van de feitelijke Assessment is er opnieuw een mogelijkheid de voorlopige beoordeling aan te vullen en een sterkte-zwakte analyse uit voeren om tot een samenhangend overall oordeel te komen. Voor elke deelnemer zal er dus een ondersteuningsplan gemaakt moeten worden.

15. Proces van observatie tot evaluatiegesprek 4. Feedback naar de deelnemer (evaluatiegesprek) • Elke deelnemer krijgt kort feedback over zijn/haar sterke en zwakke punten in de oefening • In het evaluatiegesprek legt u uit welke criteria meer of minder ontwikkeld zijn en geeft u een eerste indruk van de prestaties van de deelnemer

16. Waarnemen en evaluatieresultaten • Lees de observatiecriteria aandachtig door voordat u begint, zodat u gericht kunt kijken • Schrijf alleen gedrag op dat u daadwerkelijk hebt geobserveerd!- Geen subjectieve oordelen!- Geen interpretatie!- Vermijd subjectiviteit! • Vermijd het “gouden gemiddelde”

17. Stel pas een beoordeling op nadat u het gedrag geobserveerd hebt! • De waarde van uw observatie is gebaseerd op de gemiddelde waarde van de beoordeling per criterium. • Durf extreme scores toe te kennen als deze het feitelijke gedrag van de deelnemer weergeven. • Pas jezelf aan elke nieuwe deelnemer aan!

18. Overleg en vergelijking van de beoordelingsresultaten • Direct na de oefening noteert u de resultaten van uw beoordeling op het beoordelingsformulier en vult u dit verder in • Zeg niets over de resultaten totdat de deelnemer de ruimte heeft verlaten • Bespreek de beoordelingen zo snel mogelijk - Houd u aan het tijdschema dat voor de evaluatie is opgesteld

19. Luister aandachtig naar de observatieresultaten van uw collega’s.- Stel je eigen waarnemingen ter discussie- Het gaat er niet om wat een goede of foute perceptie is, maar dat er verschillende percepties zijn. - Het heeft geen zin over de evaluatieresultaten te twisten. • Als de resultaten ver uit elkaar liggen (= verschil van 1 stap op de beoordelingsschaal) dient er een precieze uitleg over de beoordeling te komen en moet de beoordeling gemarkeerd worden met conflictpijlen.

20. Regels voor samenwerking binnen het team van waarnemers • Houd u aan de afgesproken tijdschema’s- Elke deelnemer dient beoordeeld te worden onder dezelfde algemene omstandigheden • Gedraag u neutraal in aanwezigheid van de deelnemers • Laat geen (voor)oordeel blijken tegenover de deelnemers (door gebaren / gezichtsuitdrukkingen / opmerkingen) • Kies een teamcöordinator

21. Hij / Zij legt de oefeningen aan de deelnemers uit • Hij / Zij cöordineert de groepsopdrachten • Hij / Zij ziet erop toe dat het tijdschema en de oberservatieregels nageleefd worden • Eigen observaties vormen de maatstaf voor de beoordeling • Maak duidelijk welke waarnemer welke deelnemer observeert voordat de oefeningen beginnen.