1 / 15

de tijd van burgers en stoommachines 1800-1900

de tijd van burgers en stoommachines 1800-1900. Kenmerk 33 De industriële revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor een industriële samenleving. Les 32: Ontstaan van de industriële samenleving. H5: § 1-2 :p91. Middelen van bestaan veranderen en daarmee de samenleving!.

Download Presentation

de tijd van burgers en stoommachines 1800-1900

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. de tijd van burgers en stoommachines 1800-1900 Kenmerk 33De industriële revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor een industriële samenleving.Les 32: Ontstaan van de industriële samenleving

  2. H5:§ 1-2:p91 Middelen van bestaan veranderenen daarmee de samenleving! • Van jager/verzamelaars via de neolithische revolutie naar boeren agrarische samenleving • Van agrarische samenleving met dorpen, naar een samenleving waarin de stad voor nijverheid en handel een (grote) gaat spelen agrarische-stedelijke samenleving • Naar een samenleving die verandert door de Industriële revolutie in een industriële samenleving

  3. Hoe het eerst ging • In de middeleeuwen was 90 procent van de bevolking boer • Dit was geen keuze, maar noodzaak • De opbrengt van de grond lag laag! • Ondanks de middeleeuwse verbeteringen • Nieuwe ploeg, nieuwe gereedschappen, nieuw zaaigoed en de introductie van het drieslagstelsel • Men leefde in dorpsgemeenschappen • Naast de akkerbouwgrond had men ook gemene gronden waar men het vee liet scharrelen (commonfields in Engeland) • Daarnaast maakte men ook gebruik van de natuurlijke hulpbronnen in de omgeving

  4. Agrarische Revolutie • Vanaf ongeveer 1700 willen de grootgrondbezitters meer land hebben omdat de verkoop van handelsgewassen steeds lucratiever werd • Hoe kwamen zij aan dit land? • Afpakken van de commonfields • Uitkopen kleine boertjes • Op de grotere aaneengesloten stukken land gingen deze boeren • Efficiënter (laten) werken & experimenteren met nieuwe gereedschappen en gewassen; specialiseren in een gewas

  5. Gildenvshuisnijverheid • De economische macht in de steden lag bij de gilden; zij bepaalde wat/hoe er geproduceerd werd. • Eind 15e eeuw komt de huisnijverheid op • Op het platteland; uit de greep van de gilden • De (koopman-)handelaar speelde een centrale rol • Hij voorzag de boeren van grondstoffen • Hij haalde het (eind-)product weer op • Voor de boeren was dit heel nuttig • Ze konden het werk naast het boerenwerk doen voor het noodzakelijke (extra) geld

  6. SpinnenWeven

  7. James Hargreaves vindt een machine (engine = jenny) uit die meerdere draden tegelijk kan spinnen: Spinning Jenny(1764) Dankzij deze uitvinding kan er beter aan de vraag naar garen worden voldaan Spinning Jenny

  8. Huisnijverheid wordt halnijverheid • Ondanks de komst van de schietspoel en de Spinning Jenny bleef het werk van de boeren – en het ritme van het werk – hetzelfde! • Dit verandert met de uitvinding van Richard Arkwright: the water frame (1769) • Een zware spinmachine die op waterkracht werkt • Het werk gaat zich verplaatsen van het huis naar een hal naast stromend water

  9. water frame

  10. Ontstaan van de fabriek • Met de waterframe en andere grote machines zoeken ondernemers gebouwen bij stromend water voor waterkracht aandrijving • Eén machine loonde niet, maar meerdere wel • Schaalvergroting • Arbeiders worden naar het werk • Gehaald • Gelokt; of • hadden weinig anders • De fabriek ontstaat!

  11. Het werk verandert

  12. Van water naar stoom • Principe stoommachine al paar duizend jaar oud! • Begin 18e eeuw veel gebruikt als pomp in de mijnbouw • James Watt maakt van de pomp een machine om kracht over te brengen op een draaiende as

  13. Werking stoommachine

  14. Grote veranderingen door de stoommachine • Fabrieken zijn vrij van snelstromend water • Maar waar gaan ze zich vestigen? • Zij vestigen zich van eind 18e eeuw daar waar de arbeiders zijn, en/of • daar waar de afzetmarkt is • of daar waar de meeste brandstof te vinden was (op de mijn) • Explosieve groei van de productie in de fabrieken • Er ontstaat een industriële samenleving • Er ontstaat zeer grote behoefde aan de import van grondstoffen

  15. Huiswerk • Maakwerk in de klas • Van vorige les: • Opdracht 1, 3 & 5 (p.170) (Waar: toetsvraag met bron bij Tijdvak 7) • Deze les: • Opdracht 1, 2 & 6 (p.184-5) (Waar: toetsvraag zonder bron bij Tijdvak 8) • Lezen • blz. 184-5 • Maken/meenemen • Een afbeelding vroege fabriek (begin 19e eeuw)

More Related