1 / 8

Tips voor het opstellen van een goede powerpoint

Tips voor het opstellen van een goede powerpoint. Maak van deze “slechte” presentatie een presentatie die wel voldoet aan de eisen. Het KISS-principe en de 10-20-30 regel.

lukas
Download Presentation

Tips voor het opstellen van een goede powerpoint

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Tips voor het opstellen van een goede powerpoint Maak van deze “slechte” presentatie een presentatie die wel voldoet aan de eisen.

  2. Het KISS-principe en de 10-20-30 regel KISS staat voor Keep ItSimpleStupid! Het is een ezelsbruggetje dat je voor elke presentatie kunt gebruiken. Breng je boodschap zo eenvoudig mogelijk over: beperk je tot de kern en gebruik gewone mensentaal.Drie bekende versies zijn Keep ItSimple, Stupid, Keep It Short and Simple en Keep itSimple & Straightforward. Guy Kawasaki, een bekende presentatiespecialist, ondernemer en investeerder, stelt in zijn 10-20-30 regel voor een bedrijfspresentatie het volgende: niet meer dan 10 slides, niet langer dan 20 minuten en een lettergrootte van minimaal 30 pt.

  3. Tekst Je kan ook de 1-6-6 regel toepassen: • gebruik zo min mogelijk tekst: maximaal 6 regels die in 10 seconden kunnen gelezen worden; • gebruik weinig woorden, laat lidwoorden weg en gebruik maar 1 idee per dia; • gebruik korte zinnen, je zin zou best niet veel langer zijn dan 6 woorden.

  4. Te vermijden • gecentreerde tekst; • TEKST IN HOOFDLETTERS; • weinig contrast; • te kleine lettertypes; • gebruik niet meer dan 2 fonts per presentatie; • moeilijk te lezen lettertypes.

  5. Lettertype- en grootte • lettergrootte best niet kleiner dan 30; • gebruik schreefloze (sans-serif) lettertypes: • sansserif: overal even dik; • serif: dwarsstreepjes aan uiteinden. • gebruik lettertype dat bij je past; • gebruik steeds zelfde en aanvullende lettertypes; • goede lettertypes: futura, verdana, … • slechte lettertypes: ….

  6. Kleurgebruik • zorg voor voldoende contrast; • dit wordt moeilijk te lezen; • wit en geel op blauw zijn ok; • sommige kleuren zijn moeilijker; • iets duidelijk maken met kleur is ok; • te veelkleuren schieten het doelvoorbij.

  7. Achtergrond • best donkere achtergrond en lichte letter; • achtergrond liefst 1 kleur; • afbeelding kan, maar zorg voor leesbaarheid; • goede kleursuggesties staan bij sjablonen en stijlen.

  8. Afbeeldingen • afbeelding zegt vaak meer dan woorden; • afbeeldingen helpen de boodschap onthouden; • foto’s wekken emoties op; • beelden moeten ondersteunen, niet afleiden.

More Related