1 / 15

De Attische Tragedie

De Attische Tragedie. Ontstaan en Ontwikkeling van de Griekse tragedie Toneelopvoeringen in Athene Het t heather. Ontstaan en ontwikkeling van de Griekse tragedie. De oorsprong Stof Opbouw. De oorsprong. Aristoteles : dithyrambe , een koorlied ter ere van Dionysos

elysia
Download Presentation

De Attische Tragedie

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. De AttischeTragedie Ontstaan en Ontwikkeling van de Grieksetragedie Toneelopvoeringen in Athene Het theather

  2. Ontstaan en ontwikkeling van de Grieksetragedie • De oorsprong • Stof • Opbouw

  3. De oorsprong • Aristoteles: dithyrambe, eenkoorliedter ere van Dionysos • Koor van Satyrs • Aulos • Epeisodenuit het leven van Dionysos • Thespis: upokriths= ‘antwoordman’ • Verscheidene thema’s uit de hele mythologie • Won in 534 v.Chr. een prijs

  4. Tragedie betekent letterlijk ‘bokkenlied’, maar men weet niet waarom • Kledij van koorleden • Bok als prijs • Dans rond een altaar met een bok • Er zijn geen stukken van Thespis bewaard gebleven • Van de honderden tragedies na hem, zijn er slechts 31 bewaard gebleven, van de ‘Grote Drie’: • Aeschylus (ca. 524-456): tweede acteur • Sophocles(ca. 495-406): derde acteur • Euripides (ca. 485-406)

  5. Stof • Meestal mythologische onderwerpen, slechts 4 titels van uitzonderingen bekend (Perzen, Aeschylus) • Mythes waren net als verfilmingen van een bekend boek: iedereen kende de hoofdlijnen, maar de schrijver had grote vrijheid

  6. Opbouw • Patroon • Proloog (inleiding) • Parodos (opkomstlied van het koor) • Eerste Epeisodion (bedrijf) • Eerste Stasimon (koorlied op plaats) • Aantal epeisodia/stasimons • Exodos (aftocht van het koor) • Tekstvormen • Bodeverhaal (vs. 1136-1230) • Stichomythie (vs. 324 e.v.) • Agon (begin tweede epeisodion)

  7. Toneelopvoeringen in Athene • De Grote Dionysa • Wedstrijd • De acteurs • Het koor • Productiekosten

  8. De Grote Dionysia • Jaarlijks religieus festival ter ere van Dionysos, want hij was ook brenger van extase en inspirator van het toneel • Iedereen vrij, ook slaven • Ook veel buitenlanders  internationaal karakter • Tragedie-opvoeringen waren het belangrijkste deel • Elk jaar drie tragediedichters, die als volgt werden geselecteerd: • Iedere tragicus mocht een voorstel indienen bij het magistraat die de zorg voor het toneel had • Deze magistraat selecteerde dan drie tragici

  9. De Dionysia verliep elk jaar volgens hetzelfde patroon: • Vooravond: beeld van Dionysos uit tempel in een grote optocht door de stad  theater, waar het beeld werd neergezet • Volgende dag: Verdienstelijke burgers gehuldigd, zakken met geld, offers en reinigingsritueel. Daarna loting voor de volgorde van de tragedies. • 2de, 3e en 4e dag tragedievoorstellingen: één tetralogie per dag: trilogie gevolgd door een satyrstuk als voorbereiding voor de feestelijkheden • Op één dag werden er komedies opgevoerd • In de 5e eeuw in totaal 900 stukken die slechts een keer werden opgevoerd, op een paar uitzonderingen na (festivals op het platteland). • Na de dood van Aeschylus werd besloten dat zijn stukken heropgevoerd mochten worden • Pas na 386 v. Chr. werden in Athene ook andere stukken heropgevoerd bij gebrek aan goede tragediedichters.

  10. Wedstrijd • Opvoeringen waren ook wedstrijden • Jury bestond uit gewone burgers (loting) • Jury lette op het stuk in het geheel: misschien een verklaring voor topstukken die niet de eerste prijs wonnen (Medea) • De prijzen zijn niet meer bekend. Wel weten we dat de winnaar een klimopkrans kreeg en dat zijn naam werd vereeuwigd in een stenen inscriptie.

  11. De acteurs • Dichter was ook regisseur, en koos drie acteurs uit • Die drie acteurs konden echter meer dan drie rollen spelen d.m.v. maskers: • Gemaaktvanstijflinnen • Gatenvoorogen en mond • Voormannelijkerollen: Rood • Voorvrouwen: wit • Bovenophetmaskerwaseenpuikbevestigd • Geenemotie Vaak uitdrukkelijk genoemd • Acteurs waren meestal gekleed in grote, wijde mantels: die waren makkelijk te veranderen i.v.m. rolwisselingen • Als schoenen droegen de acteurs de Kothurne, toneellaars, met een zool die in de loop van de tijd steeds hoger werd • Af en toe deden er kinderen mee met heel korte tekst (Medea)

  12. Het koor • Koor stelde meestal een groep mannen of vrouwen voor uit de stad waar het stuk zich afspeelde • Van 12 naar 15 leden (5e eeuw) • De rol van het koor werd steeds minder belangrijk: Eerst een functie in de plot van een stuk, later werd de plot steeds meer een zaak voor de acteurs onderling  koor werd meer een geïnteresseerde toeschouwer die raad en commentaar gaf

  13. Productiekosten • Enorme bedragen • Staat betaalde slechts het salaris van de dichters en de acteurs • De rest werd betaald door rijke burgers d.m.v. leitourgia: directe belastingen en andere dingen, zoals het uitrusten van een schip of het verzorgen van een staatsbanket • Dit was erg eervol voor de uitgekozen Athener  prestige steeg (Grafsteen)  bijna niemand weigerde dit te doen, ondanks de hoge kosten: • Aankleding koor • Vergoeding aan de leden voor de gemiste inkomens • Hobospelers • Choreograaf • Maaltijd na afloop

  14. Het theater • De eerste tragedies op de Agora in een houten theater dat elk jaar werd afgebroken • Na instorting in 498 v. Chr. besloot men een permanent theater tegen de zuidoostelijke helling van de Akropolis te bouwen, waar ook de tempel van Dionysos was • Voortreffelijke akoestiek  voorbeeldfunctie • Vele uitbreidingen  4e eeuw v. Chr. 15.000 plaatsen

More Related