1 / 22

GROEPSGEDRAG in hVh

GROEPSGEDRAG in hVh. POLITIE ALMERE 16 JUNI 2010. WWW.VANDESANDEINLEZINGEN.NL. vier eeuwen rellen. Rellen in Frankrijk. 1830-1960 Aantal rellen per 5 jaar. Rellen in Holland. 1600-1775 Aantal rellen per 5 jaar. CULTUUR VAN HET VOETBAL. AGONISTISCHE SYMBOLIEK Mannelijkheid/heldendom

eli
Download Presentation

GROEPSGEDRAG in hVh

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. GROEPSGEDRAG in hVh POLITIE ALMERE 16 JUNI 2010 WWW.VANDESANDEINLEZINGEN.NL

  2. vier eeuwen rellen Rellen in Frankrijk. 1830-1960 Aantal rellen per 5 jaar Rellen in Holland. 1600-1775 Aantal rellen per 5 jaar

  3. CULTUUR VAN HET VOETBAL • AGONISTISCHE SYMBOLIEK • Mannelijkheid/heldendom • Roofridders (Marsh e.a) • Heraldiek • Burcht/Kasteel • Voetbal als oorlog • Aanvalluh!

  4. CULTUUR VAN HET VOETBAL • STATUS SYMBOLIEK • Hierarchie • Stoerheid • Winnen • Rijkdom/Pronken • Merk-symboliek

  5. CULTUUR VAN HET VOETBAL • MANNELIJKHEIDS SYMBOLIEK • Eenheid/Kameraadschap • Echtheid/Directheid • Ongekunsteldheid • Kinderlijkheid • “Dapperheid” • Eenzame strijders • Lower Class

  6. Psychologische verklaringen • Eigenschappen versus processen • Man, 20 jaar, kok, L/Hstatus, opleiding, attitudes • Conflict: Streven naar respect (durven), vriendschap (imitatie) • Individuen versus groepen • Geschiedenis van geweld & recidive. Duel. Idiosyncr. norm • Tijdelijke groep. Groepsnorm. Groepscultuur. Doel kicken. • Formeel versus informeel • Allen gelijk, peergroep. Groepscode en symbolen • Dominantiehiërarchie, vriendengroep, affecten • Van buitenaf versus van binnenuit bezien • Voetbalvandalen, snuivende macho’s, kansarmen • Hooligans, stoere helden, altijd rijk want solidair

  7. Plezier in rellen en doden

  8. Jonge mannen zijn explosief Testosteron Crimineel gedrag 10 50 20 30 40 60 70 80

  9. groepsdynamica • Sociale facilitatie > arousal versterkt dominante respons • Arousal > alert, ongevoelig v. pijn & straf, kokervisie • Invloedsverdeling in groepen > informeel leiderschap • Machtsbronnen > 6 soorten • Macht vs regels > Persoonlijk vs. Onpersoonlijk • Territoria > markeren, verdedigen en aanvallen • Conformiteit aan normen > groepscultuur,roofridders,oorlog • Sociale identiteit > normen variëren per groep/per gelegenh. • Groepscohesie > stijgt onder druk, als vriendschap ervaren • Groupthink > cohesie, strak leiderschap, crisis> dom • Groepsconflict > escalatie, extreem geweld, wij/zij

  10. © 2006 JP van de Sande RuG ‘Oergroep’ als basis voor groeperingsvormen COMMUNE COMMUNITY FAMILIE VRIENDENGROEP GODSDIENST STAD- STAAT NATIE OER- GROEP STAM CLAN TAALGEMEENSCHAP VOLK HIERARCHISCHE ORGANISATIE LEGER JACHT- OORLOGS- GROEP AMBACHT- GROEP BEDRIJFS- ORGANISATIE AMBTELIJKE- ORGANISATIE BESTUUR PROJECT BENDE HOOLIGANISME

  11. Opleidingen lang Selectie op bestuurlijke capaciteiten Carrière gebaseerd op foutvermijding Doelen langere termijn Democratische instelling en leiderschap Zorg voor correcte procedures Sancties voor relatief kleine afwijkingen Rivaliteit tussen diensten Professionalisering Preparatie Opleidingen kort Selectie op inspiratie en enthousiasme Carrière gebaseerd op prestaties Doelen korte termijn Autoritaire instelling en leiderschap “Cutting the red tape” Polarisatie in sancties Overkoepelend doel reduceert rivaliteit Improvisatie Veerkracht Vredesorganisatie en Oorlogsorganisatie Groepsdynamica toegepast op de overheid

  12. Twee soorten dominantie (Kalma, 1992) KERNGROEP S T A T U S  PERIFERE LEDEN  INCLUSION

  13. Formele vs Informele hierarchie

  14. Macht wordt gegeven • Geboorte of opleiding helpen, maar geen garantie • Vertrouwen en evaluatie van gedrag (vaak prestaties, nog vaker foutvermijding) vormen het draaipunt • Vandaar belang van sociaal netwerk (de Waal, 1982) • Coalities vormen de motor van evaluaties en daarmee van statustoekenning • Het is dus je netwerk dat je macht geeft • Meeste mensen zijn onrealistisch optimistisch • Ook familieleden en vrienden beoordelen gedrag onrealistisch optimistisch • Ze proberen dit optimisme te beschermen tot het niet meer kan. Dan laten vallen en machtswisseling

  15. De basis van machtFrench & Raven (1958) Economie > transactioneel leiderschap • Macht moet ergens op berusten. Machtsbronnen: • Beloning • Straf • Identificatie • Autoriteit • Expertise • Informatie • De bronnen van macht liggen bij de behoeften van O. • Omdat deze behoeften aan gewenning onderhevig zijn, kan macht slijten • Macht is, door de gelijktijdige werking van bronnen, altijd wederzijds (macht en tegenmacht: The balance of Power) Relatie > transformationeel leiderschap Kennis > staffuncties

  16. IDENTITEIT & GEDRAG • Meeste gedrag is gewoontegedrag.Je bent je gewoontes • “Resistance to change” • Gedrag wordt gestuurd door normen • Injunctief, descriptief en idiosyncratisch • Normen ontleend aan (sociale) identiteit • Groepen daarom belangrijk • Identiteit geeft identificatie • Groep waarmee men zich identificeert wordt vertrouwd • Outgroup wordt gewantrouwd • Ingroup: allen verschillend, moreel en viriel superieur • Outgroup: allen hetzelfde, moreel en viriel inferieur

  17. Intergroepsconflict EXT.ATTRIBUTIE C O N F L I C T C O N F L I C T MISPERCEPTIE COMPETITIE RECIPROCITEIT IN- OUT BIAS STEREOTYPEN MOREEL (DIABOLISERING) VIRIEL MACHTS TACTIEKEN COMMITMENT COHESIE CATEGORISATIE IN-G-COOPERATIE AROUSAL

  18. © 2006 JP van de Sande RuG Door conflict wederzijds vijandbeeld VRIEND VIJAND MENS ROBOT VERZETSSTRIJDER TERRORIST HELD GEK ofROEKELOZE goed slecht dapper laf sterk zwak MAAR GEVAARLIJK taai koppig WIJ ZIJ

  19. Het conflict kent TRAAGHEID (Chaos model) S T E R K T E A G R E S S I E NEGATIEVE GEBEURTENISSEN

  20. REMMENDEENSTUWENDE KRACHTENbij HOOLIGANS MATE van GEWELD NEGATIVISME VERVELING MACHTSSTREVEN PSYCHOPATHOLOGIE VERKEERDE VRIENDEN WEERSPANNIGHEID MINDERWAARDIGHEID NARCISME RESPECT VOOR DE WET GEAMUSEERD ZIJN HEBBEN VAN EEN POSITIE CONFORMISME JUISTE VRIENDEN ANGSTIGHEID ZELFRESPECT EMPATHIE

  21. © 2006 JP van de Sande RuG Territoria • Middel om resources van het terrein te verdelen • Lijkt in functie op Dominantiehierarchie • P is dominant in eigen territorium en submissief in dat van ander • Grenzen territorium worden gemarkeerd • Niet-soortgenoten worden makkelijk toegelaten • Territoria zijn beste gekend door de ‘eigenaar’ • Eigenaar kan individu of groep zijn • Territoria kunnen tijdelijk of permanent zijn • Bendevorming en territoria gaan hand in hand • Gebruik territorium om criminaliteit te bestrijden (Newman, Defensible space, 1972)

  22. TENSLOTTE EN ZO ZOU IK NOG WEL UREN DOOR KUNNEN GAAN

More Related