1 / 31

Inleiding Catechetiek dag 1

Inleiding Catechetiek dag 1. Overzicht van cursus en toetsing Begrippen en de geschiedenis Huidige crisis in de catechese Fundamenteel theologische context. Beschrijving cursus.

doria
Download Presentation

Inleiding Catechetiek dag 1

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Inleiding Catechetiek dag 1 Overzicht van cursus en toetsing Begrippen en de geschiedenis Huidige crisis in de catechese Fundamenteel theologische context

  2. Beschrijving cursus • De catechetiek behandelt de uitgangspunten en kenmerken van de leerprocessen die deel uitmaken van geloofscommunicatie en religieuze vorming. • De cursus heeft daarom vooral een theoretisch karakter. Praktische vaardigheden worden niet systematisch ingeoefend; technieken en catechesemethoden alleen in algemene zin. • Eigen leerproces van cursist staat voorop- actieve participatie tijdens contacturen- persoonlijk verwerking van literatuur door opdrachten bij het boek • NB: niet alleen de opdracht die dient ter toetsing van de cursist.

  3. Opbouw en toetsing • Vijf lesdagen van 4 maal 3 kwartier • Tentamenstof is hele boek J. van der Vloet, Meegaan om te zien (fotokopieën). • Na elke lesdag : één tentamenvraag – take home – insturen binnen 14 dagen na lesdag • Voordelen: • spreiding tentamendruk voor cursist – en docent • groeiende kennis bij cursist • informatie voor docent over verwerking stof en diversiteit cursisten • mogelijkheid tot bijsturing in de loop van de cursus

  4. Overzicht cursus • Lesblok 1 gaat in op de begrippen, de geschiedenis en de huidige crisis in de catechese. En het plaatst de godsdienstpedagogiek haar fundamenteel theologische context. • Lesblok 2 verkent de relatie tussen theologische en pedagogische modellen. • Lesblok 3 behandelt diverse theorieën over leren en verbindt deze met de psychologische en religieuze ontwikkeling. • Lesblok 4 beziet de didactische weg : enkele methoden en technieken. Ook wordt ingezoomd op diverse leeftijdsgroepen. • Lesblok 5 beziet de parochie, het gezin en de school als plekken van geloofscommunicatie. En denkt na over de rol van de godsdienstpedagoog in het catechetisch proces.

  5. Werkvormen in contacturen • Hoorcollege – met power point • Beantwoording van vragen • Korte tekstlezing • Gesprekken in tweetallen

  6. Uur 1 – Namen en geschiedenis • Onderscheid tussen G- communicatie, G- pedagogiek, G- didactiek • Onderscheid tussen Catechese (kerk) en G- onderricht (op school) • Onderscheid Catechese (wisselwerking) en G- overdracht (belering)

  7. Onderscheid tussen G- communicatie, G- pedagogiek, G- didactiek • G- communicatie • G- pedagogiek • G- didactiek

  8. G- communicatie • algemene termen voor alle processen – die geloof (mee)delen • brede veld • zowel intern (tussen christenen) als extern (met niet-christenen)

  9. G- pedagogiek • bestudeert verschillende contexten van de G- communicatie • in gesprek met pedagogie, psychologie, sociologie • ontwerpt modellen en operationaliseert deze • deel II van boek – p. 93-213. • Zoekt evenwicht tussen eigenheid van geloof – en eisen van de pedagogie

  10. G- didactiek • bestudeert de leercontexten • zoekt specifieke methodes en technieken • deel III van boek – p. 217-350

  11. B. Onderscheid tussen Catechese (kerk) en G- onderricht (op school) • Catechese • min of meer systematisch • ontvouwing van het geloof • op basis van een voorlopig “ja” • gericht op participatie – aan het geloofsleven • met oog voor weerklank en wisselwerking • verantwoordelijkheid van parochie / regio • G- onderricht • op school – in Nederland : vak “Godsdienst en levensbeschouwing” • meer informatief • over veelheid van godsdiensten en stromingen • veronderstelt respect als ‘buitenstaander – geen “ja” (ook niet voorlopig) • verantwoordelijkheid van school – volgens richtlijnen ministerie onderwijs

  12. C. Onderscheid Catechese (wisselwerking) en G- overdracht (belering) • Catechese: mondeling vertellen, laten klinken weerklank vinden (echo), hart raken, handen en voeten krijgenbegrepen worden, met verstand, “systematisch” • Overdracht: doorgeven van kant-en-klaar pakket G- kennisgedacht vanuit positie van de ‘doorgever’.

  13. Geschiedenis van G- pedagogie • Mondeling en uit het hoofd • tot boekdrukkunst (ca 1450) en algemene leerplicht (in 1900 voor Ned.) • vereiste korte formules, goed uit het hoofd te leren • uitleg van de formules : inleving, begrip en toepassing • Boeken en brochures • tussen 1900 en 2000 • Beeldcultuur en internet • vanaf 1980, vooral na 2000

  14. Eerste christenen • Mnemotechnische formules: 1 Kor 15,3-5 (opstanding), 1 Kor 11,23 (eucharistie) • Traditio – receptio – redditio • Homilia (p.23): van leergesprek (1 Kor 15,33) naar preek (praedicatio, Middeleeuwen) • Levenswijze : deugden en ondeugden – parenese (vermaning) • Twee wegen ‘leer’ – Didachè

  15. Doopcatechese van de Vaders • Volwassen werden gedoopt • Na lange voorbereiding en toetsing – catechumenaat • In Paasnacht – volledige onderdompeling • Mystagogische catechese • disciplina arcani = geheimhouding voor ongedoopten : Onze Vader, Eucharistie • missio catechumenorum = wegsturen van de ongedoopten vóór de eucharistie • hele heilsgeschiedenis van Oude Testament • levende band met het symbolische en liturgische

  16. Middeleeuwen • Zeer diverse naar tijd, plaats en sociaal milieu • Gewone volk werd nauwelijks bereikt door catechesewel door relikwieën en bedevaarten • In twaalfde eeuw komen bijbelse voornamen op (Jan, Piet, Jaap) • Dominicanen maken preek tot catechetisch instrument • Mysteriespelen (bijbels) en mirakelspelen • Door pest (1348) nadruk op “goede dood” : biechtspiegel als voorloper van catechismus • Moderne devotie : Navolging van Christus (ca 1471)

  17. Reformatie • Eerste Catechismus door Luther gepubliceerd in 1529 – in de volkstaal + systematisch • Klassiek indeling: geboden, geloofsleer, sacramenten • Calvijn 1541 : vraag en antwoord vorm + in de liturgie behandeld • Heidelbergse catechismus 1563 – gereformeerd

  18. Contrareformatie • Catechismus Romanus door Carolus Borromeus – de officiële catechismus van Trente • Maar catechismus van Robertus Belarminus populairder:vraag – antwoord / beknopter, “zakelijker”, meer over zichtbare dingen en hiërarchie • Rijkdom van Cat. Romanus op achtergrond: sacramenten zijn mysteries die het geheim van Christus actualiserenbij Belarminus zijn ze “middelen” • Belarminus en Petrus Canisius brengen scheiding aan tussen intellect en ervaring • Catechismus van Katholieke Kerk : geen catechetisch handboek, maar compendium (p.34).

  19. 17de eeuw tot 1960 • Ontdekking van het kind in Renaissance en pedagogie (Jezuïeten) • Rousseau • Onderwijscongregaties • Opkomst pedagogie – Maria Montessori (+1952) • Begin 20ste eeuw: Münchener methode: verbindt beleving en leer (voorzichtig) • Zoeken naar evenwicht- vernieuwing catechese vanuit Schrift en liturgie- methodologie vanuit handboeken • Levende band met Christus is bron en basis van geloof • Invloed van kerk (en school) op mensen was heel groot tussen 1850 en 1960

  20. Vaticanum II en daarna • Zie deel II van boek – lesdag 2 en 3 • Besef van autonomie van de wereld (Decreet over lekenapostolaat) • Noodzaak van geloof opnieuw present stellen in samenleving • Behoefte aan missionerend en evangeliserende catechese. • Frankrijk, Duitsland, België en Nederland komen met nieuwe “geloofsboeken”. • Eerste Directorium + Catechesi Tradendae = Twee Directorium (1997, voortreffelijk)

  21. Uur 2 – Einde van een tijdperk ? • Begrip ParadigmawisselingBij een paradigmawisseling verandert je denkkader zo erg, dat de wereld er onvergelijkbaar anders uitziet. Zoals de haas en de eend: je kunt ze niet gelijktijdig zien, alleen ná elkaar. • Voorbeelden: wereldbeeld met aarde resp. zon in het midden; Einstein’s relativiteitstheorie ipv. Newton’s mechanica. Vaticanum II en de Pius X broederschap. • Nu vaak in populaire zin gebruikt voor elke verandering van denkkader. Een echte pardigmaverschuiving gaat echter dieper. (Eng. paradigm shift).

  22. Crisis in de geloofscommunicatie • Moderniteit en postmoderniteit • Crisis van de traditie • Exempel Pius X broederschap • Tekst lezing Nietzsche + Discussie

  23. Moderniteit • Wortels in 13de eeuw • Doorbraak bij Verlichting + Fr. Revolutie • Anthropocentrisme, mens centraal • Autonoom en rationeel denken • Nadruk op systeem – 17de en 18de eeuw • Nadruk op ontwikkeling – 19de+ 20ste eeuwgeschiedenis en evolutie • Maakbaarheid mens en samenlevingM

  24. Moderniteit en godsgeloof • Deïsme – aardbeving Lissabon • Pantheïsme – Romantiek • Triomferende rede • Tekstlezing Nietzsche, Dolle mens

  25. Postmoderniteit • Maakbaarheid heeft gefaald • Anti-religieuze systemen (Communisme en Nazisme) veel slachtoffers gemaakt • Seculiere ideologieën vluchten in uitstel van de utopie • Hun grote verhalen hebben gefaald • Deconstructie : afbraak van bouwwerken van moderniteit – geen destructie

  26. Postmoderniteit en godsgeloof • Christen moet kritiek op moderniteit serieus nemen • Postmoderniteit legt nadruk op niet vatbare • Hier is ruimte voor spreken over God als Geheel Andere • Herontdekking van metaforische en mythische taalgebruik • Geen nieuw systeem - gevaar zinloosheid

  27. Gevolgen voor G- communicatie • Umwelt sceptisch jegens “groot verhaal” • Publiek ervaart zinloosheid en agressie,onveiligheid, onverschilligheid, amoraliteit • Drie reacties: • Nieuwe idolen: geld, sensatie (emo-TV) • Roep om sterke man • Vraag naar nieuwe grote verhalenvanuit de deconstructie – minder massief

  28. Crisis van de traditie • Moderniteit: vooruitgang staat in spanning tot traditie – nadruk op nieuw • Traditie denkt in vastheid en substantie • Moderniteit denkt in ontwikkeling • Meer aandacht voor toekomst dan verleden – utopie of global disaster • Postmoderne flirt met het leven • Individuele zingeving, kort en privé

  29. Crisis van het geloof • Traditie biedt kennis en vertrouwd kader • Postmodernisme geeft verlies identiteit • Fundamenteel wantrouwen to. instituties en autoriteiten • Umwelt ziet kerk als machtinstituut, niet als drager van een traditie – “schat” • Kerk zag anticlericale tendens aan voor antireligieuze houding – ten onrechte

  30. Multiculti en Informatica • Multiculturaliteit • Multireligiositeit • Dialoog versterkt de identiteit, leidt niet tot relativisme • Informatica en communicatie • Pastorale kenmerken

  31. Pastorale kenmerken • Opleidingsniveau van mensen is veel hoger, bij vrouwen zowel als mannen • Daardoor kritische houding en vraag naar ‘kwaliteit’ in catechese en liturgie • Aversie van instituut • Keuzedwang en fragmentarisering leven • Geen kader voor eindigheid en lijden • Toename van depressies in samenleving

More Related