1 / 29

Frezen

Een andere belangrijke onderscheidt bij het mantelfrezen is het tegenloopfrezen (a) en meeloopfrezen (b).. MAT4A. Ft hoofdsnijkrachtFn radiale snijkrachtFv verticale krachtFh horizontale kracht. Tillen. Neerdrukken. MAT4A. Gunstige verspanings omstandighedenVc en Vf kunnen hoger worden genomenSnijtijd wordt korter.

arleen
Download Presentation

Frezen

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


    1. Frezen Het principiële verschil met draaien: Bij het frezen staat het product ‘stil’ en beweegt (roteert) het snijgereedschap. Ook hier onderscheiden we de hoofdbeweging en de voedingsbeweging. De bewerkingsmogelijkheden zijn : - vlakbewerkingen - gatbewerkingen Voor vlakbewerkingen kunnen daarin twee varianten worden onderscheiden: a) mantelfrezen b) kopfrezen Hierbij wordt gekeken naar de ligging van de gereedschapsas t.o.v. het te bewerken vlak van het product.

    2. Een andere belangrijke onderscheidt bij het mantelfrezen is het tegenloopfrezen (a) en meeloopfrezen (b).

    4. Meeloop- of tegenloopfrezen? Tijdens het meeloopfrezen heeft de frees de neiging het product onder de frees door te willen trekken. De speling in de aandrijving zorgt voor een onregelmatige voeding, is de machine uitgevoerd met een zgn. spelingcompensatie zorg er dan voor dat deze geactiveerd is! Bij het kopfrezen treedt zowel meeloop- als tegenloopfrezen op. Bij sommige materiaalsoorten is het mogelijk bij het uitlopen zgn. uitbreekverschijnselen tegen te gaan door een goede freespositie in te stellen.

    5. Traditionele machines zonder spelingcompensatie dwingen tot tegenloopfrezen, bij moderne, spelingvrije machines heeft meeloopfrezen vaak de voorkeur.

    6. Overzicht

    7. Freesgereedschappen

    10. Freesmachines * De horizontale freesmachine - walsfrezen - schijffrezen - gecombineerd frezen - vlakfrezen van verticale vlakken * De verticale freesmachine - vlakfrezen - vinger- en spiebaanfrezen - T-gleuven, zwaluwstaarten, etc. - boren, kotteren en ruimen - ronddraaitafel of verdeeltoestel - met draaibare freeskop uitgebreide mogelijkheden * De universele freesmachine - belangrijkste kenmerk is de draaibare opspantafel - zowel horizontale als verticale freesbewerkingen - schroeflijnvormige- of spiraalvormige groef bewerkingen Speciaalfreesmachines

    11. Freesmachine typen

    12. Slijpen Bewegingen en bewerkingen zijn vergelijkbaar met draai- en freesbewerkingen. Snijsnelheid bij het slijpen ligt veel hoger dan bij de tot nu toe behandelde bewerkingen. Opmerkelijk: - Gebruikelijke Vc waarden: 30 – 60 m/s - Ongedefinieerde snijkanten - Spaanhoek ? altijd sterk negatief - Snijproces vereist een grote normaalkracht tussen korrel en werkstukoppervlak. - Hoge wrijvingskrachten - Verspaand volume per tijdseenheid is laag Conclusie: Slijpen is een kostbare bewerking!

    13. Waarom vlak- of rondslijpen? - de vereiste nauwkeurigheid; - de vereiste oppervlaktekwaliteit; - een grotere hardheid van het werkstuk; - lage toelaatbare bewerkingskrachten; - geringe dikte van de te verwijderen laag. Ontwikkeling: Huidige CNC machines zijn in staat dezelfde waarden te bereiken, waardoor een dure bewerking als slijpen uit het productieproces kan worden gelaten. Let op de aanduidingen op de werktekeningen (uit te voeren slijpbewerking). Centergaten aanbrengen in de kopkanten v/d as voor het rondslijpen.

    14. Technologie

    15. Korrelgrootte Maaswijdte v/d zeef waarop de korrel net blijft liggen (getalwaarde), van belang voor ruwheid en afnamesnelheid.

    16. Hard werkstukmateriaal zachte steen! Zacht werkstukmateriaal harde steen! Bij het slijpen van een hard werkstukmateriaal is sprake van een toenemende snijkracht, bot geworden slijpkorrels breken weg uit het oppervlak van de slijpsteen waardoor telkens scherpe korrels het slijpproces overnemen.

    17. Slijptemperatuur Concentratie aan het werkstukoppervlak, voorkom structuurveranderingen of oppervlaktescheuren. Het overvloedige koelmedium speelt een belangrijke rol in de temperatuurbeheersing (beperking van de wrijvingskrachten).

    18. Slijpmachines Balanceren van de slijpsteen (nauwkeurig uitvoeren)! Na vervanging, vanwege niet homogeen zijn, hoge spiltoerentallen. Horizontale slijpmachine Verticale slijpmachine Rondslijpmachine Centerloze slijpmachine Gereedschapslijpmachine

    19. Bewerkingen met een rechtlijnige hoofdbeweging

    21. Steken Een steekmachine is in feite een verticale schaafmachine om sleuven in gaten aan te brengen. Bewerking: de sleuf wordt in meerdere op en neer gaande bewegingen gestoken. Eventueel gebruik van een ronddraai- of verdeeltafel.

    22. Trekfrezen Eenzelfde sleuf kan in één trekgang middels een trekfrees/broots aangebracht worden. Bewerking: (speciale) trekfrees met een flink aantal tanden oplopend in grootte en voor de kleinste tand voorzien van een pasrand wordt door het product getrokken/geduwd.

    23. Nabewerkingen Honen Superfijnen Leppen Honen Nabewerken van boringen, door rotatie en tegelijkertijd heen en weer gaande bewegingen. Gereedschap: houder met verende hoonstenen + petroleum Superfijnen Met een enkele steen wordt hetzelfde kruislings patroon op een cilinder aangebracht. Leppen Bewerking vindt plaats tussen twee gietijzeren schijven, waarbij het slijpmiddel is opgenomen in een vloeistof of pasta. Doelstelling: oppervlaktekwaliteit en vormnauwkeurigheid! Voorbeeld: rollen van een rollager

    25. Snij- koelvloeistoffen Bij verspanende bewerkingen wordt de verbruikte energie omgezet in warmte. In de schuifzone ontstaat door wrijving zowel warmte in het werkstukmateriaal en deels op het contactvlak tussen werkstuk en gereedschap. Men gebruikt snij- koelvloeistoffen voor: - Het verminderen van de wrijvingskrachten (smeren); - Het afvoeren van de warmte (koelen); - Wegspoelen van de spanen (dun vloeibaar).

    26. Wat kan bereikt worden? 1) Meer productie a) hogere snijsnelheid b) grotere voeding c) voorkomt een opgebouwde snijkant d) werkt verlenging van de standtijd in de hand e) afgekoeld werkstuk 2) Beter uitgevoerde producten a) invloed op de nauwkeurigheid en oppervlaktekwaliteit b) vormnauwkeurigheid c) maatnauwkeurigheid 3) Temperatuursinvloeden a) temperatuurbeheersing algehele productieproces, betekent beperking van thermische vervormingen b) afvoeren van de spanen

    27. Bewerkingen met lage snelheden, nadruk op smeren. Hiervoor in aanmerking komen minerale of plantaardige snijolie soorten. Nadelen snijolie : a) zuur en stank b) verzeept , en koekt daarna aan c) veroorzaakt verstopte leidingen Bij hoge snelheden nadruk op koelen en spaanafvoer. Waterige emulsie (melkwit), meestal 1 : 20. Let op, olie bij het water toevoegen! Chemische koelvloeistoffen (transparant). Nevelkoeling (persluchtverstuiving) reduceert het gebruik.

    28. Voorwaarden waaraan koelvloeistoffen moeten voldoen Buiten het koelende en smerende effect moeten koelvloeistoffen o.a.: 1) universeel zijn (m.b.t. bewerkingen) 2) stabiel zijn, niet ontbinden/oxideren) 3) geen hinderlijke dampen en geuren verspreiden 4) geen oxiderende werking hebben 5) machine olie onaangetast laten 6) juiste viscositeit hebben (uitzakken van spanen) 7) een goed zicht op werkstuk en snijgereedschap laten 8) niet schuimen 9) niet brandgevaarlijk zijn 10) niet irriterend of giftig zijn 11) niet de verf van de machine aantasten Water koelt beter dan olie maar Olie smeert beter dan water

    29. Aan het gebruik van snij- koelvloeistoffen kleven de nodige nadelen: Gewenste/ongewenste aantasting van product en machine; Irritatie van de huid en luchtwegen; Veroorzaakt stank (bacteriën); Milieu vervuiling, chemisch afval en afvoer kost geld; Conditie (bruikbaarheid) van koelvloeistof loopt terug, controle is noodzakelijk (m.b.v. een refractometer). Let op ! Bepaalde materiaalsoorten verdragen de gangbare middelen niet! Daarvoor in de plaats, lucht, petroleum, minerale oliën of 4% natriumfluoride al naar gelang het materiaal ( zie bijv. een tabellenboek o.i.d.).

More Related