1 / 50

Afstand, tijd en snelheid

Afstand, tijd en snelheid.

ziv
Download Presentation

Afstand, tijd en snelheid

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript

  1. Afstand, tijd en snelheid

  2. Deel 1: (s,t) en (v,t)-diagram van een:EeneenparigebewegingEeneenparigeversneldebewegingEeneenparigevertraagdebewegingDeel 2: Omrekenen van snelheden:m/s  km/h of km/h  m/sSamenvattendevragenDeel 3: Versnelligen of vertragingen:EenparigeversneldebewegingEenparigevertraagdebewegingDeel 4: De betekenis van een:(v,t) diagram(eenparig = steeds even veel)

  3. Deel 1: (s,t) en (v,t)-diagram

  4. Eenparige beweging. Grootheid Eenheidv = snelheid, m/s of km/hSnelheid is de afstand die het voorwerp aflegt in een bepaalde tijd. s Vgemx t

  5. Eenparige beweging. Snelheid = afstand / tijdGrootheid Eenheidvgem = snelheid, m/s of km/h s = afstand m t = tijd s of h De snelheid is constant. s Vgemx t

  6. Eenparige beweging. voorbeeld:Een voetganger loopt met 2 m/s:

  7. Hoeveel minuten zitten er in 0,34 uur?Kruislingsvermedigvuldigen: 0,34 h 1 h ? 60 mt = 0,34 x 60 1t = 20,4 minuten Omrekenen van uren naar minuten.

  8. Hoeveel uur is 28 minuten?Kruislingsvermedigvuldigen: 28 m 60 m ? 1 ht = 28 x 1 60t = 0,47 uur Omrekenen van minuten naar uren.

  9. Eenparige beweging. Voorbeeld opgave. Als Annet een grote wandeltocht maakt, ligt haar gemiddelde snelheid (rustpauzes meegerekend) rond de 4 km/h. Hoelang doet ze dan over een tocht van 50 km? Gegeven & gevraagd Berekening

  10. Eenparige beweging. Voorbeeld opgave. Als Annet een grote wandeltocht maakt, ligt haar gemiddelde snelheid (rustpauzes meegerekend) rond de 4 km/h. Hoelang doet ze dan over een tocht van 50 km? Gegeven & gevraagd Berekening Gegeven & gevraagd Berekening vgem = 4 km/h s = 50 km t =?

  11. Eenparige beweging. Opgave 1. Een straaljager vliegt met 900 km/h door de lucht. Nederland is zo’n 350 km lang. Hoelang doet zo’n straaljager om over ons land heen te vliegen? Bereken eerst in uren en daarna in minuten! ANTWOORD

  12. Eenparige beweging. Opgave 2. Je gaat op vakantie naar Spanje. De reis duurde 14,5uur. De afstand van hier tot aan de vakantiebestemming is 1650 km. Wat is je gemiddelde snelheid geweest? ANTWOORD

  13. Eenparige beweging. Opgave 3. Een gevechtshelikopter vliegt met een snelheid van 150 m/s. Hij vliegt over een gevangenis in 5,67 seconden in Afghanistan heen. Hoe lang is de gevangenis? ANTWOORD

  14. Deel 2: Omrekenen van snelheden

  15. Eenheid van snelheid: m/s en km/h 1 m/s = 1 m / 1 s = 2 m / 2 s = 3 m / 3 s 1 m/s = 10 m / 10 s = 3600 m / 3600 s 1 m/s = 3,6 km/h • 2 m/s = 2 x 3,6 km/h = 7,2 km/h • 3 m/s = 3 x 3,6 km/h = 10,8 km/h • 20 m/s = 20 x 3,6 km/h = 72 km/h 72 km/h = 72 : 3,6 m/s = 20 m/s 90 km/h = 90 : 3,6 m/s = 25 m/s

  16. omrekenen m/s x 3,6 km/h km/h : 3,6 m/s

  17. Omrekenen van snelheden. Voorbeeld opgave: Bereken de snelheid van 240 m/s om in aantal km/h. Gegeven & gevraagd Berekening

  18. Omrekenen van snelheden. Voorbeeld opgave: Bereken de snelheid van 240 m/s om in aantal km/h. Gegeven & gevraagd Berekening Gegeven & gevraagd Berekening Vgem = 240 m/s Vgem = ? in km/h m/s x 3,6 km/h Vgem =240 x 3,6 Vgem = 864 km/h

  19. Omrekenen van snelheden. Opgave 4. Een straaljager vliegt met 900 km/h door de lucht. Hoe groot is zijn snelheid in m/s? ANTWOORD

  20. Omrekenen van snelheden. Opgave 5. Een helikopter vliegt met 150 m/s door de lucht. Hoe groot is zijn snelheid in km/h? ANTWOORD

  21. Omrekenen van snelheden. Opgave 6. Op je fiets rijd je gemiddeld met een snelheid van 18 km/h. Hoe groot is dan je snelheid in m/s? ANTWOORD

  22. Samenvattende vragen. Opgave 7. Een tennisser slaat de bal met 180 km/h over het net. De afstand tot aan de andere kant van het veld is 7,5 m. Hoelang doet de bal over de afstand? ANTWOORD

  23. Samenvattende vragen. Opgave 8. Een marathonloper doet twee uur en een kwartier over de marathon. De marathonloper loopt met een gemiddelde snelheid van 4,95 m/s. Hoe lang is de marathon nu? ANTWOORD

  24. Deel 3: Eenparige versneld en eenparige vertraagde bewegingen

  25. Eenparige versnelde beweging. Grootheid Eenheida = versnelling m/sΔv = snelheidsverschil m/s Δt = tijdsverschil s De snelheid neemt elke seconde evenveel TOE. Het voorwerp versnelt. (En heeft een versnelling) 2

  26. Eenparige versnelde beweging. Grootheid Eenheida = versnelling m/sVersnelling is de snelheidstoename per seconde. Dus hoeveel de snelheid toeneemt in 1 seconde. 2

  27. Eenparige versnelde beweging. voorbeeld:De snelheid van een voetganger neemt elke seconde met 3 m/s toe. 2

  28. Eenparige vertraagde beweging. Grootheid Eenheida = versnelling m/sΔv = snelheidsverschil m/s Δt = tijdsverschil s De snelheid neemt elke seconde evenveel AF. Het voorwerp vertraagt. (En heeft een negatieve versnelling) 2

  29. Eenparige vertraagde beweging. Grootheid Eenheida = versnelling m/sVertraging is de snelheidsafname per seconde. Dus hoeveel de snelheid afneemt in 1 seconde. 2

  30. Eenparige vertraagde beweging. voorbeeld:De snelheid van een voetganger neemt elke seconde met 3 m/s af. 2

  31. ALLES OP EEN RIJ (s,t)-diagrammen (v,t)-diagrammen

  32. Samenvattende vragen. Voorbeeld opgave: Frederik trekt in 6 seconden op van 20 km/h naar 80 km/h. Bereken de versnelling in m/s2. Gegeven & gevraagd Berekening

  33. Samenvattende vragen. Voorbeeld opgave: Frederik trekt in 6 seconden op van 20 km/h naar 80 km/h. Bereken de versnelling in m/s2. Berekening Berekening Gegeven & gevraagd ΔV = Veind – Vbegin ΔV = 80-20= 60 km/h Gegeven & gevraagd Δt = 6 s Vbegin = 20 km/h Veind = 80 km/h a = ?(m/s2) km/h : 3,6 m/s 60 : 3,6 = 16,67 m/s

  34. Samenvattende vragen. Opgave 9. Een auto trekt op uit stilstand bij een verkeerslicht. Na 4 seconden heeft de auto een snelheid van 54 km/h. Bereken de versnelling. ANTWOORD

  35. Samenvattende vragen. Opgave 10. Bij een inhaalmanoeuvre neemt de snelheid in 5 s toe van 110 km/h naar 120 km/h. Bereken de versnelling. ANTWOORD

  36. Samenvattende vragen. Opgave 11. Boris rijdt met een snelheid van 50 km/h. Hij remt dan 2 s met een vertraging van 1,7 m/s2. Bereken zijn eindsnelheid. ANTWOORD

  37. Deel 4: De betekenis van een (v,t)-diagram

  38. Eenparige beweging (v,t)-diagrammen Bepaal het oppervlak onder het diagram op de volgende tijdsintervallen: t1 t/m t2 = 0 s t/m 2 s A = … t1 t/m t3 = 0 s t/m 4 s A = … t2 t/m t5 = 2 s t/m 6 s A = … (A = oppervlak) Als het oppervlak onder het (v,t)-diagram berekend dan is dat in dit geval: Tijd x snelheid of liever A = tijdsverschil x snelheid A = t - t x v A = Δt x v Eind Begin

  39. Eenparige beweging (v,t)-diagrammen t1 t/m t2 = 0 s t/m 2 s A = 4 t1 t/m t3 = 0 s t/m 4 s A = 8 t1 t/m t5 = 0 s t/m 6 s A = 12 Rekenvoorbeeld: Gegevens: t1 = 0 s t5 = 6 s v = 2 m/s Gevraagd: A = … Oplossing: A = Δt x v Δt = t5 – t1 Δt = 6 – 0 Δt = 6 s A = Δt x v A = 6 x 2 A = 12

  40. Eenparige beweging t1 t/m t2 = 0 s t/m 2 sA = 4 t1 t/m t3 = 0 s t/m 4 sA = 8 t1 t/m t5 = 0 s t/m 6 sA = 12 Vergelijk dit oppervlak met het (s,t)-diagram op de tijdstippen 2 en 4 en 6 s: Wat valt je dan op? ANTWOORD

  41. Eenparige beweging (v,t)-diagram Conclusie: Het oppervlak onder een (v,t)-diagram, is het zelfde als de afstand die het voorwerp heeft afgelegd. Met andere woorden: s = v · t (s,t)-diagram

  42. Eenparige versnelde beweging (v,t)-diagram Controleer of het oppervlakte onder het (v,t)-diagram van een eenparig versnelde beweging ook het zelfde is als de afstand die het voorwerp heeft afgelegd. (s,t)-diagram ANTWOORD

  43. Eenparige versnelde beweging (v,t)-diagram Conclusie: Het oppervlak onder een (v,t)-diagram, is het zelfde als de afstand die het voorwerp heeft afgelegd. (s,t)-diagram

  44. Eenparige vertraagde beweging (v,t)-diagram Natuurlijk geldt het zelfde voor een eenparig vertraagde beweging: Oppervlak onder het (v,t)diagram is de afgelegde afstand in de bij behorende tijd (s,t)-diagram

  45. ALLES OP EEN RIJ (v,t)-diagrammen Afgelegde weg berekenen (S) Eenparige vertraagde beweging. S = ΔV x Δt S = (Veind – Vbegin) x Δ t Eenparige beweging. S = V x Δ t Eenparige versnelde beweging. S = ΔV x Δt S = (Veind – Vbegin) x Δ t

  46. Samenvattende vragen. Voorbeeld opgave: Van een voetganger is gedurende de eerste 5 seconden een v,t-diagram gemaakt. Bereken de afgelegde weg tijdens deze 5 seconden. Berekening

  47. Samenvattende vragen. Voorbeeld opgave: Van een voetganger is gedurende de eerste 5 seconden een v,t-diagram gemaakt. Bereken de afgelegde weg tijdens deze 5 seconden. Berekening Berekening S1 = ½ ΔV x Δ t S2 = V x Δ t S1 = ½ (5-0) x (2-0) S2 = 5 x (5-2) S1 = ½ x 5 x 2 S2 = 5 x 3 S1 = 5 m S2 = 15 m St = 5 + 15 St = 20 m

  48. Samenvattende vragen. Opgave 12. Van een ligfiets is gedurende 5 seconden de volgende diagram gemaakt. Bereken de afgelegde weg tijdens deze 5 seconden. ANTWOORD

  49. Samenvattende vragen. Opgave 13. Van een voetballer is gedurende 8 seconden de volgende diagram gemaakt. Bereken de afgelegde weg tijdens deze 8 seconden. ANTWOORD

  50. Einde

More Related