1 / 8

opgave 53

opgave 53. a teken b cirkel c cirkel. D. C. diameter. ∙. 4 cm. middelpunt. A. B. 6 cm. opgave 55. ∙. opgave 59. a 1 + 4 + 9 + 16 = 30 blikken b 5 e laag  25 blikken c 6 e laag  36 blikken 30 + 25 + 36 = 91 blikken d 7 e laag  49 blikken

zita
Download Presentation

opgave 53

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. opgave 53 a teken b cirkel c cirkel D C diameter ∙ 4 cm. middelpunt A B 6 cm.

  2. opgave 55

  3. opgave 59 a 1 + 4 + 9 + 16 = 30 blikken b 5e laag  25 blikken c 6e laag  36 blikken 30 + 25 + 36 = 91 blikken d 7e laag  49 blikken 7 lagen  91 + 49 = 140 blikken 8e laag  64 blikken 8 lagen  140 + 64 = 204 blikken 9e laag  81 blikken 9 lagen  204 + 81 = 285 blikken dus 8 lagen  250 – 204 = 46 blikken over ∙ ∙ ∙ ∙ ∙ ∙ ∙ ∙ ∙ ∙ ∙ ∙ ∙

  4. Prisma De meeste grensvlakken van een prisma zijn rechthoekig, maar 2 grensvlakken hebben een andere vorm. Die 2 grensvlakken heten grondvlak en bovenvlak. De 2 grensvlakken zijn altijd even groot. In het figuur zijn het grond- en bovenvlak gekleurd. Het grondvlak hoeft niet altijd op de grond te staan.

  5. Piramide Elke piramide heeft één grondvlak. Dat grondvlak kan allerlei vormen hebben. De andere vlakken zijn altijd driehoeken. Een piramide staat niet altijd op het grondvlak. De gele piramide bestaat uit 5 driehoekige grensvlakken die in de top T samenkomen en een grondvlak. In deze piramide is dat vijfhoek ABCDE. De driehoekige grensvlakken heten de opstaande zijvlakken. De ribben TA,TB,TC,TD en TE heten de opstaande ribben Deze piramide heet T ABCDE.

  6. Driehoek tekenen Zo teken je ∆ABC met AB = 2,5 cm, AC = 1 cm en BC = 2 cm.

  7. opgave 69 het snijpunt is hoekpunt C C 5 cm 5 cm  A B 5 cm teken 2 cirkels met straal = 5 cm.

  8. T opgave 72 D C T 2 cm T A B 4 cm T

More Related