1 / 44

Water op aarde

Water op aarde. Zeewater. Belangrijke ionen in water zoetwater tov. zeewater. Verzouting. (Te) Hoge zoutconcentratie : meststof - natuur zoutconcentratie - elektrische geleidbaarheid 1 S = 1 Ω -1 = 1 / Ω. 1g MgSO 4 .7H 2 O -> 0,6 mS/cm; 1g K 2 SO 4 -> 1,5 mS/cm

trina
Download Presentation

Water op aarde

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Water op aarde

  2. Zeewater

  3. Belangrijke ionen in waterzoetwater tov. zeewater

  4. Verzouting • (Te) Hoge zoutconcentratie : meststof - natuur zoutconcentratie - elektrische geleidbaarheid 1 S = 1 Ω -1 = 1 / Ω 1g MgSO4.7H2O ->0,6 mS/cm; 1g K2SO4 ->1,5 mS/cm 1g (NH4)2SO4->1,9 mS/cm.

  5. vermindering van de groei • verlaging van de opbrengst • vermindering van de kwaliteit van het geoogste product

  6. oorzaken • Een voor de plant te hoge osmotische druk van het bodemvocht -> osmotisch effect • Het opnemen door de plant van een toxische hoeveelheid van een of ander ion; • Het belemmeren van de opname van een of ander essentieel voedingselement.

  7. osmotisch effect • een vermindering van het verschil in osmotische druk tussen de bodemoplossing en de plant • een te hoge osmostische druk van de bodem-oplossing • Bij een hoog zoutgehalte in de bodemoplossing kunnen verschillen in effecten tussen de zouten ontstaan door het bereiken van het oplosbaarheidsprodukt • osmotische druk (OP) van gietwater van de bodemoplossing

  8. komkommerzaailingen • 7% turgor daling voor elke 1 mS/cm EC verhoging • EC van 1 mS/cm t.o.v.EC 8 mS/cm: Turgor daling: 50%

  9. Tomaten • boven EC van 6 mS/cm daalt de produktie • produktieverlies bedraagt ongeveer 10% per eenheid EC-verhoging • de duur van de EC-verhoging

  10. - Specifieke effectenNatrium en chloride.(necrose -oudere bladeren) - te grote opname aan natrium of chloride - opname van beide ionen neemt sterk toe onder invloed van toediening van deze ionen aan het gietwater

  11. specifieke ioneffecten (Na+, Cl-)

  12. Chloor • Brugmansia • 0-2000-4000-6000-7000-8000 mg/l Cl als CaCl2.2H2O

  13. Brugmansia van links naar rechts: 0, 2000, 4000, 6000, 7000 en 8000.

  14. Brugmansia is een weinig chloorgevoelige plant. • Dit kan komen doordat Brugmansia grote bladeren heeft en zo beter in de ATP-voorziening kan voldoen dan een plant met kleinere bladeren bij eenzelfde zoutgehalte (Mengel en Kirkly, 2001). • Zelfs bij een groot chloorgehalte in het blad worden geen visuele stoornissen of groeireductie waargenomen.

  15. Sodicity. [Na] > [Cl] • Natrium als natriumbicarbonaat • [Ca] en [Mg] < [bicarbonaat ] • Gietwater toediening: neerslag [Ca] = [Mg] = [bicarbonaat ] • te kort in irrigatiewater: [Ca] en [Mg] uit bodemoplossing onttrokken • Gronden: • - hoge pH, • - versnelde afbraak van organische stof (zwartkleuring) • - hoog natriumgehalte • - laag calcium- en magnesiumgehalte • - dichte structuur • - slechte water huishouding

  16. - Calcium. [zout]  dan calciumopname

  17. Effecten van zouten • Zouttolerantie van gewassen • zoutconcentratie is sterk bepalend voor de vochtvoorziening van de gewassen • droogte- en de zouttolerantie van gewassen hangen nauw samen • een gewas is niet in alle groeistadia even gevoelig voor droogtestress • Indien geen specifieke effecten optreden bij zoutschade bij gewassen wordt de EC als maat voor het zoutgehalte gebruikt

  18. Effecten van zouten • Zouttolerantie van gewassen

  19. Effecten van zouten • Zouttolerantie van gewassen a = 100-y x – d

  20. Drempelwaarden en opbrengst-afnamepercentages voor gietwater bij enkele bloemgewassen

  21. Gunstige effecten - steviger en vruchtbaarder gewas - vruchtkwaliteit(vruchtkleur, vorm en houdbaarheid )

  22. Verzouting

  23. Verzilting • per jaar wereldwijd 10 miljoen hectare landbouwgrond verloren door verzilting • schaarste aan zoet water • zout-waterland- en tuinbouw = alternatief (?)

  24. Problemstelling • Stijging gebruik van zoet water • huishoudens • industrie • landbouw • Toename verzilting en verzouting • oppervlakte • grondwater

  25. oplossingen(?) • zoetwatervoorraden efficiënter gebruiken • ontzilten van zout water • reduceren van het watergebruik van verschillende gewassen • verzoute gebieden ontzouten • voedsel- en biomassa-productie concentreren in zoutvrije gebieden én benutting van zoute milieus met zouttolerante teelten

  26. Maatregelen • Biotechnologie Zouttolerante gewassen : - eiwit slaat zout op in de vacuolesgeen negatieve invloed op de groei meer - zout wordt opgeslagen in het blad

  27. Mogelijkheden van zoute milieus • Benutting van zoute gronden met halofyten

  28. Halofyten • Planten met een hoge zouttolerantie: ontwikkelen zich in water met zoutgehaltes als in zeewater of zelfs hoger. • Gemiddeld zouttolerante gewassen: groeien in brak water. • Matig zouttolerante gewassen: groeien in licht brak water, dat ongeschikt is voor conventionele landbouw.

  29. zeekraal slijkgras schorrenkruid

  30. Halofyten • Planten met een hoge zouttolerantie: ontwikkelen zich in water met zoutgehaltes als in zeewater of zelfs hoger. • Gemiddeld zouttolerante gewassen: groeien in brak water. • Matig zouttolerante gewassen: groeien in licht brak water, dat ongeschikt is voor conventionele landbouw.

  31. lamsoor zeekool

  32. Halofyten • Planten met een hoge zouttolerantie: ontwikkelen zich in water met zoutgehaltes als in zeewater of zelfs hoger. • Gemiddeld zouttolerante gewassen: groeien in brak water. • Matig zouttolerante gewassen: groeien in licht brak water, dat ongeschikt is voor conventionele landbouw.

  33. Voederbiet (dana)

  34. Hypothetische groei van Halofyten in in variërende zoute milieus Facultatieve Halofyten IntoleranteHalofyten Growth  Obligate Halofyten Salinity 

  35. Aster tripolium: zouttolerant gewas (Europa, Noord-Afrika en Azië)

  36. Paspalum vaginatum Sporobolus virginicus • Voedsel • Veevoer • (Fijn)chemie • Vezels en bouwmaterialen • Siergewassen • Energie • Kustontwikkeling en -bescherming • Tegengaan verwoestijning • Klimaat

  37. Benutting van zout water als productiemilieu • Micro- en macro-algen • Bioproductie van dierlijke organismen in zout-zoetgradiënten Marine algae (Codium sp.) groeien en vermenigvuldigen zich in zoutrijke water

More Related