1 / 26

Verleiding door pracht en praal

H.6 De Bespiegeling vwo. Verleiding door pracht en praal. Barok in de 17e eeuw. Verleiding door pracht en praal. Barok in de 17e eeuw. De Barok sluit aan bij de contra-reformatie in Italië en het absolutisme in Frankrijk.

solana
Download Presentation

Verleiding door pracht en praal

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. H.6 De Bespiegeling vwo Verleiding door pracht en praal Barok in de 17e eeuw

  2. Verleiding door pracht en praal Barok in de 17e eeuw De Barok sluit aan bij de contra-reformatie in Italië en het absolutisme in Frankrijk. Contra-reformatie: de kerk van Rome probeert de gelovigen te imponeren en terug te winnen. Absolutisme: Lodewijk de XIV ( 1643-1715). Absolute staat met centrale macht van de vorst. ( ‘droit devin des rois’) Ook hier is sprake van imponeren. Ontstaan van de opera. Sint-Pieterskerk: In 1629 stelt paus Urbanus VIII, Bernini aan als bouwmeester van de Sint-Pieter. Bernini start met het monument boven het graf van Petrus. Gemaakt van koper ( gesloopt van het Pantheon!) met gedraaide zuilen die een baldakijn dragen. Bernini past de pijlers van de koepel van Michelangelo aan om dit één geheel te laten worden met zijn grafmonument. Hij ontwerpt ook het plein voor de St.Pieter: Piazza di San Pietro in de vorm van een ovaal. Twee zuilengalerijen omsluiten het plein als ‘moederarmen van de kerk’. St.Pietersplein

  3. Vierstromenfontein: In opdracht van paus Innocentius maakt Bernini op de Piazza Navona in Rome de Vierstromenfontein. Propagandakunst, vinden sommigen. In het midden een obelisk, aan de voet ontspringen vier bronnen, alsof dit de as van de wereld betreft, een axis mundi. De bronnen worden gesymboliseerd door vier antiek riviergoden. Bovenop de zuil een duif met olijftak, symbool voor de de verspreiding van goddelijke vrede.Antieke, christelijke, historische en actuele motieven zijn hier vermengd: zoals ooit het water de aarde vruchtbaar maakte, zo zal Gods woord over heel de wereld verspreid worden en vrede brengen. Verleiding door pracht en praal Algemene kenmerken van de barok:1) Barok is beweging: draaiende zuilen, fonteinen spuiten water enz.2) grote licht/donker-contrasten, 3) voorliefde voor theatrale effecten, grootse gebaren, het dramatische moment. 4) integratie van verschillende kunsten bv. beeldhouwkunst en architectuur.Dit alles leidt tot een kunst die een beroep doet op ons gevoel, terwijl de renaissance meer appelleert aan het verstand. Vierstromenfontein, piazza Navona

  4. Stijl van de contra-reformatie: Borromini Rond de Piazza Navona:De Sant’Agnese van Francesco Borromini is beweeglijk, de hoge torens en koepel – tevens vooruitgeschoven tot bijna boven de ingang- hebben, evenals het grondplan, de ovaal als basisvorm. Hier worden veel grondregels van Vitruvius overschreden. S.Agnese Rome Borromini:San Carlo alle Quatro Fontaine

  5. Split-second: In de Contarelli-kapel van de Sint-Luigi hangt ‘De roeping van Mattheus’ van Caravaggionog op zijn oorspronkelijke plek. De kapel is ingericht in opdracht van kardinaal Contarelli, schatmeester van de paus. Het onderwerp Mattheus heeft dus een bepaalde reden: Mattheus is de patroonheilige van handelaren en bankiers en laat zijn rijke leventje achter als Jezus hem roept om hem te volgen. De grote bundel licht op Mattheus heeft een figuurlijke betekenis : Mattheus ziet het licht en deze wedergeboorte van hem vindt plaats in een split-second. Caravaggio democratiseert hier de bezieling: het kan iedereen gebeuren, zelfs een tollenaar. Het benadrukken van deze boodschap past bij de contrareformatie. Stijl van de contra-reformatie: Caravaggio David en Goliath Judith onthooft Holofernes Meester van licht en donker. De Roeping van Mattheus 1598

  6. Stijl van de contra-reformatie De ‘Verleiding’: sturen van aandacht en emotie. Integratie van verschillende kunsten:architectuur, beeldhouw- en schilderkunst vloeien ineen. Trompe l’oeil: bedrieglijke echtheid Gaulli: ‘Triomf…’Il Gesú, Rome

  7. Emotie in steen Stijl van de contra-reformatie: Bernini Theresa:De Sint Pieter wordt onder leiding van Bernini een totaalkunstwerk. In de Cornaro-kapel staat ‘De extase van St.Theresa’. Theresa staat ‘in vuur en vlam door Gods liefde’’, een dankbaar onderwerp voor de contra-reformatie. Typerend is de ‘verleiding’: het sturen van aandacht en emoties van het publiek. Bernini kiest voor het theatrale moment. Wervelende plooien geven de indruk dat zij de aarde ontstijgt. Houding en gezichtsuitdrukking geven een totale overgave aan. Het zuivere realisme maakt het onzichtbare zichtbaar. De architectonische omlijsting en de belichting van bovenaf door een venster verhogen de dramatiek. Cornaro-kapel Extase van Ste. Theresa

  8. Stijl van de contra-reformatie: Bernini Vleesgeworden marmer Vierstromenfontein The rape of Proserpina Blessed-Ludovica-Alberton

  9. Stijl van de contra-reformatie: Bernini Bevroren gebaren Detail: verdoemde ziel David Apollo en Daphne

  10. L’Orfeo:Voor het eerst op het hof van Francesco Gonzage in Mantua opgevoerd.: de eerste echte opera. De componist Claudio Monteverdi meent dat muziek in staat is emoties te sturen. De voorstelling is een experiment van de academie om het klassieke Griekse theater te reconstrueren. Volgens de academie werden teksten in het klassieke theater onafgebroken door muziek begeleid. In l’Orfeo leidt deze opvatting tot een integratie van theater en muziek. Het vertelt het verhaal van Orpheus. De zangpartijen benaderen de spreektaal en wordt gezongen met één stem: monodie. Als begeleiding komt de basso continuo op. Gezongen monologen en dialogen worden afgewisseld met instrumentale stukken, koorzang en een enkele aria. Vooral in de aria worden emoties tot uitdrukking gebracht. De eerste opera’s. Monteverdi Muziek stuurt de emotie Seconda pratica: Monteverdi onderscheidt de prima en de seconda practica. De prima practica houdt zich aan de eeuwenoude regels voor muziek. Tekst is hier ondergeschikt aan deze regels. In de seconda wordt de muziek gebruikt om de betekenis van de tekst te versterken, ook ook als daarmee de muzikale wetten worden geschonden. Naast de vele recitatieven ( seconda practica) laat hij zijn keuze van instrumenten ook afhangen van de tekst: uitbundig- clavecimbel, orgel- dramatisch. De relatie tussen tekst en muziek is goed te horen in Possente spirto. L’Orfeo

  11. Venetiaanse opera: In 1614 wordt Monteverdi kapelmeester van de San Marco in Venetië. Naast zijn werk voor deze kerk schrijft hij ook voor niet-kerkelijke opdrachtgevers. In Venetië ontwikkeld zich de opera tot een vermaak voor een breder publiek. In 1637 opent hier het eerste openbare operahuis. Snel volgen er meer. ‘De muziektheaters markeren het begin van de carnavalstijd met ongelooflijke pracht en praal die niet onder doet voor wat vorstelijke luister op verscheidene plaatsen vermag- met als enig verschil dat het amusement dat vorsten vrijgevig aanbieden, in Venetië een commercieel karakter heeft…’ Ten opzichte van de hofopera krijgen de personages in de publieksopera meer menselijke trekken. Koren verdwijnen ( kostenbesparing?), muzikale interrmezzi worden eenvoudiger. Wel worden meer aria’s in de opera’s opgenomen, hierin etaleert de zanger zijn kunnen en worden emoties herkenbaar gemaakt. De eerste opera’s: Monteverdi Monteverdi Muziek stuurt de emotie

  12. Natuurgetrouwe weergave van de klassieke oudheid Lineaire stijl: Poussinisten Schilderen in opdracht:Poussin Verzamelaars: De belangstelling voor de klassieke oudheid is ook te zien in het werk van Nicolas Poussin. Hij laat op natuurgetrouwe wijze de de oudheid herleven. Zijn werk is in veel opzichten tegengesteld aan dat van Caravaggio. Poussin schildert op een afgemeten en verstandelijke manier. Een groot deel van zijn loopbaan brengt hij door in Italië. Zijn werk vindt vooral aftrek bij verzamelaars die net als Poussin een voorkeur voor de klassieke oudheid hebben. Het oordeel van Salomon De roof van de Sabijnse maagden Jupiter gevoed door de geit Amaltheé

  13. Picturalestijl: Rubenisten Verenigt Caravaggio en Poussin Schilderen in opdracht:Rubens De’ Medici-cyclus:Peter Paul Rubens verenigt de werkwijze van Caravaggio en Poussin. Na een periode in Italië vestigd hij zich in Antwerpen. Kennis van de Italiaanse kunst – en Caravaggio- geeft hem een voorsprong op de andere kunstenaars. Doorlopend krijgt hij opdrachten van kerk en vorstenhuizen. Rubens was ook diplomaat. Maria De’ Medici bestelt bij Rubens 25 doeken die haar leven en goede daden illustreren. In De aankomst van Maria De’ Medici is op de loopplank de allegorische figuur van Frankrijk voor. De losse picturale stijl van Rubens staat lijnrecht tegenover de lineaire stijl van Poussin. In Frankrijk leidt dit verschil tot een richtingenstrijd: een strijd tussen gevoel en verstand. Die doorwerkt tot in de 19e eeuw. Het oordeel van Salomon Tantalus

  14. Schilderen in opdracht:Rubens Verenigt Caravaggio en Poussin Susanna en de ouderlingen The rape of the daughters of Leucippus

  15. De hofschilder: Kunstenaars in deze periode krijgen vaal een vaste werkplek aangeboden in het paleis van de vorst. In De Hofdames (1656) zien we Diego Velàsquez – in dienst van de Spaanse koning Filips IV- aan het werk. Het schilderij lijkt levensecht, maar is het niet! Hij schildert zichzelf terwijl hij bezig is een portret te maken van het koninklijk paar ( te zien in de spiegel). Ze staan op de plek die wij als beschouwer ook innemen, maar het schilderij waarop wij dit alles waarnemen is ook geschilderd,: vanaf onze plek dus!! Schilderen in opdracht:Velásquez Hofportretten Portret van een paus

  16. Kunst in dienst van de macht Het staatsieportret: In vergelijking met de levendige hofscène van Velásquez is het staatsieportret van de hofschilder Hyacinthe Rigaud van Lodewijk XIV streng en formeel. Geen enkele vorst heeft zichzelf zo vaak laten portretteren: op schilderijen, gravures en op munten. De vorst kan niet overal tegelijk aanwezig zijn op al die plekken waar zijn macht tot uitdrukking moet komen. De portretten vervangen de afwezige vorst en worden met hetzelfde respect benaderd. In de handhaving van de absolute macht speelt kunst een belangrijke rol. In 1685 wordt een beeldencampagne opgezet: in veel steden worden ‘vrijwillig’ ruiterstandbeelden van hem opgericht. Absolute macht Lodewijk de XIV De Zonnekoning

  17. Kunst in dienst van de macht L’État c’est moi: Lodewijk regeert – vanaf zijn vijfde jaar- 72 jaar. Zijn lijfspreuk: l’Etat c’est moi. De pracht en praal van zijn hof overtreffen zelfs die van de Italiaanse en Spaanse voorbeelden. De extravagante luxe, de uitbundige hoffeesten en geldverslindende bouwprojecten moeten vooral zichtbaar zijn voor zijn onderdanen. Hij wil bij het volk de indruk achterlaten dat deze vorst alles kan, alles weet, nooit fouten maakt en door God is gezonden. Zijn regering onderwerpt de kunst aan haar gezag. Door het oprichten van academies voor architectuur, dans, schilderkunst en muziek wordt de ‘macht’ van de gilden gebroken. Zij verzorgen de opleidingen en opdrachten die vooral politiek correct moeten zijn t.w. de grootsheid van de vorst uitdrukken. Absolute macht Nocret: Lodewijk XIV en familie als Olympische Goden

  18. Kunst in dienst van de macht De koning danst: Als absoluut vorst staat Lodewijk aan het hoofd van wat wel eens als een theaterstaat wordt genoemd. Het openbare leven van de vorst is tot in de kleinste details geregisseerd. Zowel de vorst als zijn directe omgeving handelen volgens vaste bestudeerde rituelen. Lodewijk neemt een aantal dansrollen op zich ( niet onverdienstelijk) in Ballet de la Nuit, een groots theaterspektakel naar Italiaans voorbeeld. Het ballet is een allegorie, met gelaagde symboliek. De dag verdrijft de nacht zoals het goede het slechte verdrijft, de zonnegod Apollo verdrijft de draak en Lodewijk zijn tegenstanders. Aan dit optreden ontleent Lodewijk de eretitel Le Roi Soleil. De Italiaanse danser, componist en choreograaf Jean Baptiste Lully levert een belangrijke bijdrage aan de verdere ontwikkeling van het ballet de cour, het hofballet aan het hof van Lodewijk XIV. Absolute macht Fragment: Le roi dance

  19. Om de vorst te behagen De Franse opera Ballet-komedie:Aan het hof van Lodewijk XIV werkt de blijspelschrijver Molière. Samen met Lully ontwikkeld hij voorstellingen met een doorlopend verhaal met gesproken tekst, dans en muziek (ballet-komedie):Lebourgeois Gentilhomme (1670)Molière actualiseert deze klassieke theatervorm waarin hij ook elementen van de commedia dell’arte verwerkt.Hij hekelt in zijn komedies de zwakheden van de gegoede burgerij en de lagere adel, wat hem soms op een verbod komt te staan. Molière Ballet-opera:Jean Racine zorgt voor een opleving van de klassieke tragedie. In deze tragedies staan veel regels vast: proloog gevolgd door drie of vijf bedrijven. Inhoud gebaseerd op de klassieke mythologie of geschiedenis. Naleving van de regels van Aristoteles: eenheid van plaats, tijd en handeling.Het gaat hier altijd om belangrijke levensvragen.In de ballet-opera wordt de muziek niet onderbroken door gesproken tekst. Deze vroege Franse opera’s zijn geschreven om de vorst te behagen. De ouverture, geeft de vorst gelegenheid zijn entree te maken. In de proloog wordt de vorst toegesproken en geprezen.De gezongen delen worden afgewisseld met een divertissement, massascènes voor koor en ballet. Fragment ‘Le Bourgeois Gentillehomme’: Marche pour la cérémonie des Turces. (uit Le Roi Dance)

  20. Het klassieke ballet: Lodewijk de XIV is gek op dansfeesten en ballet. Tijdens zijn bewind wordt de grondslag gelegd voor het klassieke ballet zoals we dat nog kennen In het begin optredens op binnenplaatsen en feestzalen. Het publiek kijkt vanuit de galerijen neer op de dansers. Later in de theaters op een verhoogd podium. Dat heeft gevolgen voor de manier van dansen. De horizontale bewegingen- figuurdansen- maken meer en meer plaats voor vertikale bewegingen, op sprongen. Daarnaast moeten de dansers ook een karakterrol kunnen uitbeelden. Dansen wordt een vak waarvoor opleiding nodig is.  Académie Royale de Dance ( 1661)Op deze academie worden de regels voor de theaterdans vastgelegd.Kenmerk: naar buiten draaien van de benen. De vijf basispassen worden nog steeds onderwezen. De Franse opera

  21. Totaalkunstwerk Style Louis XIV:Lodewijk houdt hof in Parijs (Louvre) en Versailles. In t.t. zijn voorgangers reist hij weinig vandaar dat hij veel aandacht steekt in de inrichting en tuinaanleg van Versailles. Om tot een samenhangend geheel te komen is de srtistieke leiding van de bouw in handen van één persoon: Charles Le Brun, ‘Premier peintre du Roi’ Deze ‘kunstdictator’ontwikkeld een eenheid in stijl die de style Louis XIV wordt genoemd. Geen enkele kunstenaar ontkomt aan zijn eindoordeel. Deze nationale variant is ingetogener en voornamer dan de Italiaanse barok. Voor Le Brun is Poussin het voorbeeld en Rubens verwerpelijk. De beschermende handelspolitiek van minister Colbert bevordert het ontstaan van de nationale stijl. De invloed van de Italiaanse hofkunst verdwijnt geleidelijk. Versailles: het paleis Spiegelzaal Een expressief eigen handschrift van de kunstenaar wordt niet getolereerd.

  22. Totaalkunstwerk Architectuur als decor: Versailles is het uitgelezen decor voor het openbare leven – als een theaterstuk- van de vorst. Het totale complex brengt tot in de kleinste details zijn absolute macht tot uitdrukking. De bezoeker, klein en nederig, voelt zich figurant in het theater van de staat. De strikte indeling in rangen en standen bepaalt of het bezoek moet wachten, of het blijft staan of een zitplaats krijgt aangeboden: een stoel met armleuningen is de hoogt haalbare eer. Versailles: het paleis Charles le Brun: L’Histoire du Roi, Lodewijk bezoekt Les Gobelins.wandtapijt In 1662 bracht Colbert alle Franse tapijtateliers onder op het terrein van de wolweverij van Gobelin en stichtte de Manufacture Royale des Gobelins.Tapijten stonden in hoog aanzien en kostbaarder dan schiulderijen.

  23. Totaalkunstwerk De koning staat op: Architectuur, decoratie, meubilering en etiquette, alles speelt op elkaar in en draagt bij aan de bevestiging van de absolute macht van Lodewijk. Het leven aan het hof bestaat uit een aaneenschakeling van ceremonies. Zelfs het opslaan en het slapen gaan van de vorst wordt als een toneelstuk opgevoerd voor een wisselend publiek. In de Salon d’ Apollo staat het hemelbed van de vorst op een podium. Het opstaan en aankleden neemt uren in beslag. Elke handeling en elk gebaar is voorgeschreven en vastgelegd in een protocol. Het opstaan van de koning is gelijkgesteld met het opkomen van de zon, centrum van de kosmos.Versailles is een totaalkunstwerk. In elke salon sluiten plafondschilderingen, wandbekleding, meubilering, gekozen materialen en kleuren bij elkaar aan. Alles binnen het concept van het hele gebouw . Versailles: het paleis Plafondschildering in de Salon d’Apollo Slaapkamer van de koningin

  24. De natuur overwonnen: De tuinaanleg sluit aan bij het paleis. De centrale symmetrie-as van het paleis wordt in de tuinaanleg met meer dan een kilometer verlengd. Zichtlijnen en perspectieven zijn weloverwogen opgenomen. Alle aandacht richt zich naar één punt: de ontvangstkamer van Lodewijk. Ook in de details wordt de macht van de koning uitgedrukt: vijvers, fonteinen en beeldengroepen. Lodewijk beschrijft eigenhandig een handleiding voor een bezoek aan zijn tuin. Versailles: de tuin Pierre Patel: slot en tuin van Versailles in vogelvlucht (1668) Jaloezie is een drijfveer voor de bouw van Versailles. Lodewijk, 18 jr. werd uitgenodigd op het nieuwe paleis van de minister van financiën Fouquet. De overdaad voor een minister zint Lodewijk niet en zet hem gevangen en neemt zijn paleis over.

  25. De natuur overwonnen: Het middelpunt van de tuin is de Apollo-fontein. Apollo vuurt zijn paarden aan die de zegekar uit het water trekken, een verwijzing naar de opkomende zon en de macht van de vorst. Voor de aanleg van de tuin moest eert een moeras worden drooggelegd, de Apollo-fontein symboliseert ook deze overwinning op de ongecultiveerde natuur. De tuin is typerend voor de Franse barok: de natuur moet overwonnen worden. De strakke symmetrie, beelden en fonteinen brengen een door mensen geschapen orde. ( Vergel. De voorgeschreven gecultiveerde balletbewegingen die in strijd zijn met natuurlijke houdingen. Zelfs de mode en haardracht sluiten hierbij aan. Spontaniteit is een eigenschap die beteugeld moet worden. Versailles: de tuin

  26. Samenvatting * Barok bij uitstek geschikt om te imponeren en te verleiden.* Brengt gezag tot uitdrukking, dwingt bewondering af.* Italiaanse Barok verbonden met contrareformatie.* Uitdrukking van macht en zelfvertrouwen Roomse kerk.* Italiaanse barok uitbundig,: beweeglijkheid, sterke contrasten in licht en donker, theatrale uitvergroting van gebaren en emoties.(religieus)* Verschillende kunsten integreren.* Franse barok wat minder uitbundig.* Strijd tussen de ‘Rubenistes’ en de ‘Poussinistes’.* Franse barok is de stijl van het absolutisme( Lodewijk de XIV)* Kunsten voor meerdere eer en glorie van de vorst.* Staatsacademies leggen voorschriften vast.* Regels vandaag de dag nog herkenbaar in huidige klassieke balklet.* Ontstaan van de opera.* Italiaanse opera ontwikkeld van hofkunst tot publieke vorm van vermaak: aria’s, Monteverdi* In Franse opera vooral gedanste divertissementen. * Lully voegt elementen uit komedie, tragedie en hofballet samen.

More Related