1 / 15

VWO 4: Markten-1 Hoofdstuk 4: De Werkloosheid

VWO 4: Markten-1 Hoofdstuk 4: De Werkloosheid. Officiële (geregistreerde) werkloosheid  CBS. §4.2 Wie telt mee? Blz. 56. 15 tot en met 64 jaar. < 12 uur per week werken. Werk zoeken voor minimaal 12 uur per week. Ingeschreven bij het CWI.

rufina
Download Presentation

VWO 4: Markten-1 Hoofdstuk 4: De Werkloosheid

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. VWO 4: Markten-1Hoofdstuk 4:De Werkloosheid

  2. Officiële (geregistreerde) werkloosheid  CBS §4.2 Wie telt mee? Blz. 56 • 15 tot en met 64 jaar • < 12 uur per week werken • Werk zoeken voor minimaal 12 uur per week • Ingeschreven bij het CWI • Direct beschikbaar (binnen 2 weken aan de slag kunnen)

  3. Verborgen werklozen §4.2 Wie telt mee? Blz. 57 Werkloosheid die niet in de officiële cijfers tot uitdrukking komt. Bijv. doordat personen zich niet laten inschrijven bij het arbeidsbureau, maar ook de werkloosheidscomponent in de arbeidsongeschiktheid.

  4. Werkloosheidspercentage §4.2 Wie telt mee? Blz. 57 Aantal geregistreerde werklozen Beroepsbevolking x 100%

  5. Soorten werkloosheid: §4.3 Oorzaken van werkloosheid blz. 59 • Conjunctuurwerkloosheid • Structuurwerkloosheid • o Kwalitatief • o Kwantitatief • Frictiewerkloosheid • Seizoenswerkloosheid Gebruik voor uitleg het ingevulde stencil uit de les…

  6. Effectieve vraag §4.3.1 Conjuncturele werkloosheid blz. 59 De totale vraag naar alle goederen en diensten die een land produceert in een periode. EV= C + I + O + E C= Consumptie door gezinnen I = Investeringen door bedrijven O= Overheidsbestedingen E= Export

  7. Productiecapaciteit §4.3.1 Conjuncturele werkloosheid blz. 59 Maximale hoeveelheid goederen en diensten die een bedrijf of een land per tijdseenheid (meestal een jaar) kan voortbrengen.  De productie is meestal lager dan de productiecapaciteit door een te kleine vraag of omdat de productiefactoren niet volledig inzetbaar zijn: ziekte werknemers, onderhoud machines enz. Bezettingsgraad Werkelijke productie Productiecapaciteit x 100%

  8. http://retro.nrc.nl/W2/Evj/Begrip/C/conjuctuurgolf350.gif

  9. Hoogconjunctuur kan leiden tot hoge inflatie. Laagconjunctuur kan leiden tot hoge werkloosheid. http://www.let.leidenuniv.nl/history/RES/Eco/hoofdstuk06/W6conj.gif

  10. Bij hoogconjunctuur zal de overheid de economie afremmen door; overheidbestedingen te laten dalen & de belastingen te verhogen. Bij laagconjunctuur zal de overheid de economie stimuleren door; overheidbestedingen te laten stijgen & de belastingen te verlagen. http://www.let.leidenuniv.nl/history/RES/Eco/hoofdstuk06/w6rcc.gif

  11. §4.4 hier of daar blz. 60  Loonkosten per product   Prijzen  Concurrentiepositie tov het buitenland verslechtert  Export  & Import   Productie   Werkgelegenheid  Door loonstijgingen in Nederland zal productie worden verplaatst naar het buitenland  massa-ontslagen  Werkloosheid in Nederland zal flink  Voor landen is het daarom gunstig zich toe te leggen op productie van goederen waar ze het goedkoopst zijn. Welvaart groeit door toegenomen export!

  12. §4.5 Hoge lonen, meer bestedingen blz. 57 Lonen stijgen sneller dan stijging prijzen  Koopkracht gezinnen  Consumptie gezinnen  Bestedingen   Productie   Werkgelegenheid  Als alle lonen zouden dalen, zodat we een betere concurrentiepositie krijgen tov het buitenland is er een PROBLEEM… De werknemers hebben te weinig koopkracht om geproduceerde goederen te kopen!

  13. Vragers van goederen en diensten zijn; §4.5 Hoge lonen, meer bestedingen blz. 57 - Gezinnen - Bedrijven - Overheid - Buitenland

  14. Breedte-investering Diepte-investering §4.5 Hoge lonen, meer bestedingen blz. 57 Investeringen in dezelfde (soort) kapitaalgoederen waardoor de arbeidsproductiviteit gelijk blijft. Investeringen in modernere kapitaalgoederen waardoor er minder mensen nodig zijn om evenveel of zelfs meer goederen te maken • Arbeidsproductiviteit = • Arbeidsproductiviteit  • Werkgelegenheid  • Werkgelegenheid  Uitbreidingsinvestering of vervangingsinvestering Uitbreidingsinvestering en/ofvervangingsinvestering

More Related