1 / 67

Afstemmen van natuurbeheer op bodem, water, overstromingen…

Afstemmen van natuurbeheer op bodem, water, overstromingen…. Wat is goed en wat niet?. West-Vlaamse Natuurstudiedag, 4 maart 2006. Luc Vertommen (Natuurpunt) en Jan Wouters (INBO). Wat is natuurbeheer?. geheel aan maatregelen. bij toepassing of bewust achterwege laten.

neviah
Download Presentation

Afstemmen van natuurbeheer op bodem, water, overstromingen…

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Afstemmen van natuurbeheer op bodem, water, overstromingen… Wat is goed en wat niet? West-Vlaamse Natuurstudiedag, 4 maart 2006 Luc Vertommen (Natuurpunt) en Jan Wouters (INBO)

  2. Wat is natuurbeheer? • geheel aan maatregelen • bij toepassing of bewust achterwege laten • beïnvloeden van het fysische milieu • op directe of indirecte wijze • voor : • duurzame instandhouding levensgemeenschappen • ontstaan van levensgemeensch. met een hogere natuurwaarde en/of graad van natuurlijkheid

  3. Het begin • Stel: jullie hebben in jullie groep een oog laten vallen op een waterrijk gebied “Waterland”. • Stel: door een gunstige wind verwerven jullie het beheer • Wat nu?

  4. Stappenplan

  5. Stap 1: Gebiedskennis opbouw • Graaf in het verleden • Bestudeer basiskaarten • geologische kaart • bodemkaart • Bestudeer historische kaarten • Ferraris, Vandermaelen, … • Andere bronnen: Atlassen (Floradatabank,…), oude excursieverslagen, • Interview oude gebruikers … Voormalige abiotiek en biotiek

  6. Stap 1: Gebiedskennis opbouw • Spit het actuele uit • Abiotiek • Biotiek • Connectiviteit

  7. Stap 1: Gebiedskennis opbouw • Spit het actuele uit • Abiotiek • Directe wijze • Indirecte wijze • Biotiek • Connectiviteit

  8. Stap 1: Gebiedskennis opbouw (actuele abiotiek) • Direct • Geologie • Bodem (textuur, profiel) • Waterhuishouding • Voedselrijkdom • Zuurtegraad/Geleidbaarheid • Water- en Bodemkwaliteit

  9. Stap 1: Gebiedskennis opbouw (actuele abiotiek) • Direct • Geologie: praktisch ongewijzigd • Bodem (textuur, profiel): te controleren • Waterhuishouding: meten/berekenen • te velde • simulaties (computermodellen)

  10. Stap 1: Gebiedskennis opbouw (actuele abiotiek) • Direct • Geologie: praktisch ongewijzigd • Bodem (textuur, profiel): te controleren • Waterhuishouding: meten/berekenen • te velde: • bodemprofiel : indicaties voor verdroging, vernatting, soms trofie • peilbuizen: grondwater • peillatten: oppervlaktewater • meetgoten: debieten (specialistenwerk) • overstromingen: plaats en periode • simulaties (computermodellen)

  11. Stap 1: Gebiedskennis opbouw (actuele abiotiek) • Direct • Geologie: praktisch ongewijzigd • Bodem (textuur, profiel): te controleren • Waterhuishouding: meten/berekenen • Voedselrijkdom: veelal specialistenwerk • via biomassa bijv. benaderend via aantal afgevoerde hooibalen, door steekproeven (arbeidsintensief), directe schatting • via nutriëntenanalyse van vegetatie en bodem (C, N, P, K) limiterende elementen (via verhoudingen C/N, fosfaatverzadiging) door grondontleding

  12. Stap 1: Gebiedskennis opbouw (actuele abiotiek) • Direct • Geologie: praktisch ongewijzigd • Bodem (textuur, profiel): te controleren • Waterhuishouding: meten/berekenen • Voedselrijkdom: veelal specialistenwerk • Zuurtegraad/Geleidbaarheid: rel. gemakkelijk te meten, maar variabel

  13. Stap 1: Gebiedskennis opbouw (actuele abiotiek) • Direct • Geologie: praktisch ongewijzigd • Bodem (textuur, profiel): te controleren • Waterhuishouding: meten/berekenen • Voedselrijkdom: veelal specialistenwerk • Zuurtegraad/Geleidbaarheid: rel. gemakkelijk te meten, maar variabel • Water- en Bodemkwaliteit: specialistenwerk • nagaan of er geen recente onderzoeken gebeurd zijn • water: website en publicaties VMM • bodem: Databank ondergrond Vlaanderen: http://dov.vlaanderen.be/ BLIJF OPVOLGEN

  14. Stap 1: Gebiedskennis opbouw • Spit het actuele uit • Abiotiek • Directe wijze • Indirecte wijze (via biologische gegevens) Opgelet ! link met abiotiek is vaak niet zo eenduidig veel misverstanden • Biotiek • Connectiviteit

  15. Stap 1: Gebiedskennis opbouw (actuele abiotiek) • Indirect • Gebruik van indicatoren: duiden vooral op wijzigingen en verstoringen • voorbeeld Indicatortabellen Staatsbosbeheer • Gebruik van Ellenberggetallen: inschatting van bijv. vochtgraad, zuurtegraad en voedselrijkdom • bijvoorbeeld via Floradatabank: http://flora.instnat.be/flora/

  16. Stap 1: Gebiedskennis opbouw • Spit het actuele uit • Abiotiek • Biotiek • Connectiviteit

  17. Stap 1: Gebiedskennis opbouw • Spit het actuele uit • Abiotiek • Biotiek • Best gebiedsspecifiek onderzoek (karteringen,…) • Ook meer algemene gebiedsinventarisaties bijv. Biologische waarderingskaart, atlasgegevens • Connectiviteit

  18. Stap 1: Gebiedskennis opbouw • Spit het actuele uit • Abiotiek • Biotiek • Connectiviteit • een gebied staat nooit alleen: hoe verhoudt het gebied zich t.a.v. zijn omgeving m.b.t. de er voorkomende levensgemeenschappen en soorten ?

  19. Stap 1: Gebiedskennis opbouw • Spit het actuele uit • Abiotiek • Biotiek • Connectiviteit • een gebied staat nooit alleen: hoe verhoudt het gebied zich t.a.v. zijn omgeving m.b.t. de er voorkomende levensgemeenschappen en soorten ? Huidige abiotiek, biotiek, connectiviteit

  20. Stap 2 : Vorm een gebiedsvisie • hulpmiddel: sterktezwakte-analyse • sterkere punten van het gebied • zwakkere punten • kansen of ontwikkelingsmogelijkheden • bedreigingen of knelpunten • stel op basis van deze analyse streefbeelden op • niet per se teruggaan naar het historisch beeld (als dit al mogelijk is) • spelregel: min. behoud van • abiodiversiteit • biodiversiteit (verscheidenheid van het leven) • connectiviteit

  21. Stap 2 : Vorm een gebiedsvisiebehoud van abiodiversiteit • Wat is abiodiversiteit? • het natuurlijke gamma aan abiotische factoren alsook de natuurlijke processen die hierop van toepassing zijn • strikt genomen onderdeel van biodiversiteit • Waarom dan nodig? • fysisch milieu heeft een natuurbehoudswaarde an sich • niet altijd hand in hand met behoud biodiversiteit, nl. wanneer de baten zich op verschillende schaalniveaus (tijd, ruimte) afspelen • soortenrijk orchideeëngrasland laten natuurlijk overstromen ? • overstuiving van een prachtige duinpanne weren? • goed ontwikkeld laagveen laten evolueren naar een geïsoleerd hoogveentje? • Behoud abiodiversiteit wil niet zeggen dat men van het fysisch milieu moet afblijven • cfr. behoud biodiversiteit • behoud van halfnatuurlijke levensgemeenschappen

  22. Stap 2 : Vorm een gebiedsvisie • hulpmiddel: sterktezwakte-analyse • stel op basis van deze analyse streefbeelden op • stel zo concreet mogelijke (= toetsbare) doelstellingen op • liefst zo breed mogelijk: zowel t.a.v. abiodiversiteit, biodiversiteit en de connectiviteit

  23. Stap 2 : Vorm een gebiedsvisieSleutelen aan de waterhuishouding • Vermijdt ‘onbewust’ met waterhuishouding spelen: • poel in kwelzone • verbossen lokale infiltratiezone • Spelen met water = vaak spelen met vuur • waterhuishouding, pH, trofie en beheer hangen samen • ontbrekende kennis identificeren

  24. Stap 2 : Vorm een gebiedsvisieSleutelen aan de waterhuishouding • enkele effecten van beheer en waterhuishouding op • fosfaatbeschikbaarheid • kwel : P (tenzij het de mineralisatie doet stijgen bijv. zure bodems) • overstromingsduur : P • ruig laten : P • winterbegrazen : P • maaien : P vrijwel indifferent (op lange termijn ) • mais als omvormingsbeheer : P vrijwel indifferent • afgraven bovenste bodemlaag : P • drainage : P

  25. Stap 2 : Vorm een gebiedsvisieSleutelen aan de waterhuishouding • enkele effecten van beheer en waterhuishouding op • nitrificatie en denitrificatie • drainage : N • vernatten: N , maar van nitraat naar ammonium, ook minder denitrif. • frequentie peilschommeling in bodemlaag rijk aan O.M. : N • begrazing : verhoogt mineralisatie: N , maar ook invloed op totaal N: • bicarbonaatbuffer • kwel : buffer • opstuwen : buffer uitz. zijwaartse toevoer grondwater (lokale systemen) • denitrificatie : buffer • sulfide-sulfaatcyclus • overstromingsduur : verzuring • snel afbreekbaar org. materiaal : verzuring

  26. Stap 3: Stel een doe-plan op = Wat willen/kunnen we doen om de visie te realiseren? • realistisch: • hou rekening met mensen en middelen • maak een onderscheid tussen eenmalige ingrepen, herstelbeheer (korte termijn) en instandhoudingsbeheer (lange termijn) • duidelijk, ook voor derden • incl. monitoring • incl. beheersinfrastructuur • incl. openstelling • contacteer deskundigen / bezoek referentiegebieden

  27. +/- 30 cm Voorbeeld maatregel waterhuishouding • Laantjes • Wat ze zijn • Wat ze doen • Oppervlakkige drainage • Snellere regenwaterafvoer • Kwel raakt minder hoog in zomer • Beter beheerbaar zonder structuurschade • Wat het effect is • Schraler (vooral P) • Zelfontzurend • Herstellen mineralenaanvoer/bicarbonaatbuffer niet • Toets aan doelstelling

  28. Stap 4: De voorbereiding • = Nog eventjes geduld • Registreer de uitgangssituatie: • dia’s/foto’s • meet reeds de doelstellingen • Voer waar nodig detailonderzoek uit: • bijv. is er wel een zaadbank en zo ja waar? • Experimenteer bij arbeidsintensieve en/of dure ingrepen als het kan eerst eens in het klein: • verschil tussen theorie – praktijk • er blijven altijd een aantal onzekerheidsfactoren bestaan • Vergunningen • Communiceer (buurt, overheden,…) • Bij uitbesteding: kies de juiste aannemer

  29. Stap 5: De uitvoering • In principe niet veel aan toe te voegen, verwacht toch altijd iets onverwachts • Foto’s

  30. Stap 6: De evaluatie • Volg de evolutie op a.h.v. de doelstellingen • Maak een fiche op van de uitgevoerde werken • houd het eenvoudig: • Wie heeft het gepland en uitgevoerd • Wat werd gedaan • Waar werd gewerkt (plaats en natuurtype) • Waarom wou men dit doen • Welke resultaten zijn er (abiotiek, biotiek, connectiviteit) • Zijn er suggesties • geef het a.u.b. door • natuurontwikkelingsdatabank (INBO) • zie ook “Natuurontwikkeling in Vlaanderen: Een stand van zaken en vuistregels voor de praktijk” (Van Uytvanck, J. & Decleer, K, 2004.) : http://www.inbo.be/docupload/1503.pdf • Stuur waar nodig en waar het kan bij

  31. Illustraties

  32. Abiotische kansrijkdom: natuurlijke processen (meandering, …) foto K. Decleer

  33. Abiotische kansrijkdom: natuurlijke processen (meandering) foto K. Decleer

  34. Abiotische kansrijkdom: natuurlijke processen (spontane bosontwikkeling) foto K. Decleer

  35. Abiotische kansrijkdom: natuurlijke processen (vorming van slikken en schorren) foto K. Decleer

  36. Eenmalige natuurontwikkelingsmaatregelen in het Vinne in het kader van een natuurinrichtingsproject: kappen populieren, afvoeren ruimingswallen (hier te zien op de foto) foto VLM

  37. Eenmalige natuurontwikkelingsmaatregelen in het Vinne in het kader van een natuurinrichtingsproject: de eerste resultaten zijn er veelbelovend; de intensieve voorbereiding werpt haar vruchten af. foto VLM

  38. Eenmalige natuurontwikkelingsmaatregelen in het Vinne in het kader van een natuurinrichtingsproject: Als je dit vergelijkt met foto 6 (ref.punt is de hoeve), zie je welke metamorfose het gebied heeft ondergaan. foto VLM

  39. In de Daknamse meersen heeft men open water gecreeerd door te graven (soort “badkuipen”), met de intentie de verlandingsgemeenschappen meer kansen te geven. Dat dit loont, toont de volgende dia foto J. Van Uytvanck

  40. Verlandingsvegeta-tie met Riet en Grote egelskop. In het water: veel kranswieren. Hier en daar zie je een bloeiwijze van het groot blaasjeskruid. Op de achtergrond waterviolier. foto J. Van Uytvanck

  41. Een mooie vochtgradiënt. Geleidelijke overgangen zijn kansenrijke milieus omdat ze een ruim aanbod van milieufactoren geven. foto J. Van Uytvanck

  42. Poelen, een lust voor het oog en het oor foto J. Van Uytvanck

  43. Hier heeft men eerder onbewust een poel gekregen, een plagplek was de bedoeling foto J. Van Uytvanck

  44. Hier wou men zeer duidelijk een poel. We hebben het niet zozeer op de getoonde plek, maar in dergelijke licht hellende gebieden, bestaat de kans dat men de poelen zal willen graven op de kwel- of bronniveaus. foto J. Van Uytvanck

  45. Sommige natuur is maakbaar: een doorsnee wei omgetoverd tot wetland. foto J. Van Uytvanck

  46. Deze plek werd vrij grotendeels geplagd: bedoeling was nat schraalgrasland. Het resultaat was niet echt zoals verhoopt: vooral pitrus vond er zijn weg. Een mogelijke verklaring is dat door verdroging de beschikbaarheid van N en P vergrootte. foto J. Van Uytvanck

  47. Interne eutrofiering door vernatting (overstroming) eventueel gecombineerd met begrazing. foto J. Van Uytvanck

  48. Een kleinschalige waterzuiveringsinstallatie: bovenaan rietpercolatieveld (veel N-verwijdering, deels P-), onderaan een filter met ijzerrijk materiaal (P-verwijdering). In het geval hier gaat het om rioolwater. Natuurlijke processen in het klein ‘nagebootst’. VLM

  49. Hier werden ondiepe greppels gegraven en hersteld voor het afvoeren van regenwater foto J. Van Uytvanck

  50. De bedoeling van de greppels is ontwikkelingskansen bieden aan soortenrijk dottergrasland (waterkruiskruid - grote ratelaar – echte koekoeksbloem) foto J. Van Uytvanck

More Related