1 / 41

Antistolling in de keten

Antistolling in de keten. Naam spreker Datum. Programma. 0.00 uur Inleiding en doel 0.15 uur Presentatie problematiek en aanbevelingen LESA Antistolling werkwijze trombosedienst 0.25 uur Huidige situatie 0.35 uur Stellingen verantwoordelijkheid 1.05 uur Casuïstiek communicatie

Download Presentation

Antistolling in de keten

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Antistolling in de keten Naam spreker Datum

  2. Programma 0.00 uur Inleiding en doel 0.15 uur Presentatie • problematiek en aanbevelingen • LESA Antistolling • werkwijze trombosedienst 0.25 uur Huidige situatie 0.35 uur Stellingen verantwoordelijkheid 1.05 uur Casuïstiek communicatie 1.35 uur Maken van afspraken 2.05 uur Afsluiting Vul hier uw eigen tijdstippen in.

  3. VOORSTELRONDE

  4. Doel • De deelnemers: • kennen de risico’s en (vermijdbare) schade bij antistollingsmedicatie en de kernpunten van de LESA Antistolling • hebben inzicht in de bestaande situatie bij de trombosezorg in hun dagelijkse praktijk en in de keten • benoemen verbeterpunten voor de trombosezorg in hun praktijk en in de keten • maken afspraken over taken, verantwoordelijkheden en informatie-uitwisseling om de kwaliteit van de lokale (of regionale) ketentrombosezorg te bevorderen

  5. PROBLEMATIEK

  6. Antitrombotische behandeling • Indicaties: • bij (een verhoogde kans op) arteriële trombose • bij (een verhoogde kans op) veneuze trombo-embolie • Medicatie (afhankelijk van indicatie): • trombocytenaggregatieremmer • cumarinederivaat • laagmoleculair heparine • remmer van factor Xa • trombineremmer

  7. Gebruikers in Nederland in 2009 • Trombocytenaggregatieremmers: • ongeveer 1,2 miljoen gebruikers = 7,3% van bevolking • Cumarinederivaten: • bijna 400.000 gebruikers = 2,1% van bevolking • Laagmoleculaire heparines: • 140.000 gebruikers = 0,9% procent van bevolking • Bron: GIPdatabank, www.gipdatabank.nl

  8. Trombosediensten • monitoren van patiënten met cumarinederivaten • ruim 385.000 patiënten in 2009 bij 57 van de 60 trombosediensten in Nederland • 84,3% heeft arteriële indicatie • 15,7% heeft veneuze indicatie • steeds meer langdurige indicaties • een kwart zijn nieuwe patiënten (in 2005 nog een derde) • Bron: Adriaansen en de Bruijn-Wentink (2010)

  9. Problemen bij antistolling • optreden van bloedingen • optreden van trombose • Cumarinederivaten en trombocytenaggregatieremmers behoren tot de belangrijkste geneesmiddelgroepen die leiden tot potentieel vermijdbare (geneesmiddelgerelateerde) ziekenhuisopnames: vooral gastrointestinale of andere bloedingen • Bronnen: HARM-onderzoek (2006), IPCI studie (Sturkenboom en Dieleman, 2006)

  10. Risicofactoren • Therapiegerelateerd • beginfase van antistollingsbehandeling • mate van antistolling • toenemende behandelduur • Patiëntgerelateerd: • hogere leeftijd • verminderde nierfunctie • bloeding in de anamnese • interacties met andere geneesmiddelen • Bron: rapport HARM-Wrestling (2009)

  11. Aanbevelingen HARM-Wrestling • Gericht op: • voorlichting aan patiënt • preventieve medicamenteuze maatregelen • strikte indicatiestelling en vaststellen therapieduur • zorgvuldige monitoring van risicopatiënten • schatting van kans op onregelmatig gebruik • rechtstreekse communicatie tussen betrokken zorgverleners bij farmaceutische zorg van patiënt bij bloedingen, veranderingen in comorbiditeit en interacties met andere geneesmiddelen • genotypering als diagnostische hulpmiddel

  12. Gebrekkige afstemming • onvoldoende informatie voor beslissingen over aanpassen van medicatie • geen formele afspraken met andere zorgverleners over afstemming van behandeling en uitwisseling en overdracht van informatie • ontbreken protocollen of bestaande protocollen verschillen per trombosedienst • praktische problemen bij informatieoverdracht door slechte bereikbaarheid van zorgverleners en patiënt en gebruik van storingsgevoelige communicatiemiddelen • Bronnen: onderzoek IGZ (2010) en onderzoek RIVM (Lambooij en Drewes, 2010).

  13. Maatregelen IGZ • maken en implementeren van afspraken op initiatief van de trombosediensten in samenwerking met de andere partners in de keten van de trombosezorg • ontwikkelen van landelijk modelovereenkomst met als onderdeel een communicatieprotocol op basis waarvan de regio samenwerkingsafspraken kan maken • realisatie van een 'case-manager' per patiënt met trombosemedicatie die als coach of regisseur voor de patiënt optreedt op basis van de KNMG handreiking 'Verantwoordelijkheidsverdeling bij samenwerking in de zorg'

  14. LESA Antistolling (2011) • hulpmiddel bij voorkomen van vermijdbare bloedingen en trombose • beschrijving van taken en verantwoordelijkheden van huisarts, apotheker, trombosedienstarts en tandarts • onderscheid tussen taken en verantwoordelijkheden bij gebruikers van cumarinederivaten en bij gebruikers van andere antistollingsmedicatie • onderscheid in nieuwe en bestaande patiënten en patiënten die stoppen met de medicatie

  15. Werkwijze regionale/lokale trombosedienst

  16. Informatieoverdracht: bij nieuwe patiënten • Vul hier de werkwijze van uw eigen trombosedienst in.

  17. Informatieoverdracht: bij wijzigingen/stoppen van medicatie • Vul hier de werkwijze van uw eigen trombosedienst in.

  18. Voorlichting aan de patiënt • Vul hier de werkwijze van uw eigen trombosedienst in.

  19. HUIDIGE SITUATIE

  20. STELLINGEN VERANTWOORDELIJKHEID

  21. Stelling 1 • De initiërend voorschrijver van een cumarinederivaat meldt de patiënt schriftelijk aan bij de trombosedienstarts.

  22. Stelling 2 • De initiërend voorschrijver van een cumarinederivaat bewaakt de duur van de behandeling.

  23. Stelling 3 • De trombosedienstarts geeft de patiënt of diens wettelijke vertegenwoordiger alle relevante informatie over de behandeling met een cumarinederivaat.

  24. Stelling 4 • De trombosedienstarts past het antistollingsbeleid aan na een ingreep.

  25. Stelling 5 • De apotheker controleert op interacties tussen een cumarinederivaat en andere geneesmiddelen.

  26. Stelling 6 • De apotheker controleert de noodzaak van maagprotectie bij patiënten met antistollingsmiddelen.

  27. Stelling 7 • De tandarts vermijdt mandibulair blok verdoving bij patiënten met een cumarinederivaat.

  28. Stelling 8 • De tandarts schrijft tijdig een recept uit voor tranexaminezuur mondspoeling.

  29. Stelling 9 • De verpleging en verzorging geven signalen van een bloeding bij patiënten met antitrombotische medicatie door aan de huisarts en trombosedienst.

  30. Stelling 10 • De verpleging en verzorging geven signalen van onregelmatig gebruik van geneesmiddelen bij patiënten door aan de huisarts, apotheker of trombosedienst.

  31. CASUÏSTIEK COMMUNICATIE

  32. Casus 1: mevrouw Vissers (69 jaar) • opname door hemodynamische instabiliteit door atriumfibrilleren • nu thuis, vanavond herstart hulp thuiszorg bij innemen medicatie • medicatie: • acenocoumarol 1 mg op geleide trombosedienst • metoprolol mga 100 mg 1dd1 digoxine 0,125 mg 1dd1 • glucosaminesulfaat 2 g 1dd1 ibuprofen 400 mg zn 1 • metformine 500 mg 2dd1 nitrofurantoïne 50 mg 1dd1 pantoprazol 20 mg 1dd1 simvastatine 40 mg an 1 • temazepam 10 mg an 1 • licht dementerend, houdt van glaasje wijn, volgende week afspraak bij tandarts • Wat overlegt of communiceert u doorgaans met wie? • Welke informatie ontvangt u doorgaans van wie? • Welke (andere) informatie zou u willen ontvangen en van wie?

  33. Casus 2: meneer Pasmans (75 jaar) • trombosebeen (drie maanden geleden) • medicatie: • fenprocoumon op geleide van trombosedienst (INR stabiel) • acetylsalicylzuur 80 mg 1dd1 isosorbidedinitraat 5 mg zn 1 sl • metoprolol retard 100 mg 1dd1 rosuvastatine 10 mg 1dd1 • sinds vorige week Baxterzakjes, toediening alle medicatie door verzorging • cholesterolgehalte onvoldoende onder controle; voorstel praktijkondersteuner: verhogen D van rosuvastatine • opgeroepen voor jaarlijkse griepprik • Wat overlegt of communiceert u doorgaans met wie? • Welke informatie ontvangt u doorgaans van wie? • Welke (andere) informatie zou u willen ontvangen en van wie?

  34. MAKEN VAN AFSPRAKEN

  35. Afspraak 1 • Afspraak • Actie • Resultaatdoelstelling • Vul hier uw eigen voorstel in.

  36. Afspraak 2 • Afspraak • Actie • Resultaatdoelstelling • Vul hier uw eigen voorstel in.

  37. Afspraak 3 • Afspraak • Actie • Resultaatdoelstelling • Vul hier uw eigen voorstel in.

  38. Vervolgafspraken • afspraken opnemen in verslag • vaststellen datum voor evaluatie van afspraken • rondsturen van verslag (ook naar relevante afwezigen)

  39. Bedankt voor uw aandacht!

  40. Disclaimer • NEO/LVG en het Instituut voor Verantwoord Medicijngebruik (IVM) hebben de grootst mogelijke zorg besteed aan de totstandkoming van deze presentatie. NEO/LVG en het IVM zijn niet verantwoordelijk en aansprakelijk voor wijzigingen en toevoegingen aan de presentatie door de gebruiker. • Aan de inhoud van de presentatie kunnen geen rechten ontleend worden. NEO/LVG en het IVM zijn niet aansprakelijk voor directe of indirecte schade die het gevolg is van het gebruik van de informatie die door middel van deze presentatie is verkregen.

More Related