1 / 54

Onderzoek onder Nederlandse bevolking

Zwitserleven Pensioenbarometer 2006. Onderzoek onder Nederlandse bevolking. Door Adriaan Eecen / Richard Faas. Agenda. Onderzoeksopzet Resultaten Belangrijkste conclusies. Onderzoeksopzet. Onderzoeksopzet. Onderzoeksdoel:

keitha
Download Presentation

Onderzoek onder Nederlandse bevolking

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Zwitserleven Pensioenbarometer 2006 Onderzoek onder Nederlandse bevolking Door Adriaan Eecen / Richard Faas

  2. Agenda • Onderzoeksopzet • Resultaten • Belangrijkste conclusies

  3. Onderzoeksopzet

  4. Onderzoeksopzet • Onderzoeksdoel: • Inzicht krijgen in de pensioenbeleving van de Nederlandse consument • Vergelijking resultaten met uit meting 2004 en 2005 • Doelgroep: • werkenden, betaalde baan van 15 uur of meer per week • leeftijd 18 - 65 jaar • Methode: TNS NIPObase • Veldwerkperiode: 23 oktober tot en met 7 november

  5. Resultaten: Houding t.o.v. pensioen

  6. Net als in 2005 vindt ruim de helft (58%) van de werkenden dat pensioenfonds/-verzekeraar weet wat de consument nodig heeft op het gebied van pensioen; Er is sprake van een lichte groei van instemmers met de stelling

  7. Meerderheid werkenden vindt het belangrijk dat de AOW op het huidige niveau gehandhaafd blijft; Situatie ongewijzigd

  8. Tweederde van de werkenden heeft weinig vertrouwen in de overheid wat betreft pensioenen Stelling: Ik heb vertrouwen in de overheid als het gaat om pensioenen

  9. Helft werkenden heeft vertrouwen in werkgevers wat betreft pensioenen; In de loop der jaren lijkt er steeds meer vertrouwen te komen in de werkgevers Stelling: Ik heb vertrouwen in werkgevers als het gaat om pensioenen

  10. Bijna driekwart van de werkenden heeft geen vertrouwen in politieke partijen wat betreft pensioenen Stelling: Ik heb vertrouwen in politieke partijen als het gaat om pensioenen

  11. 68% van de werkenden is niet goed op de hoogte van de actualiteiten rondom het onderwerp pensioen; Het percentage is licht gestegen sinds 2004

  12. Helft werkenden verdiept zich in informatie over eigen pensioenvoorziening; geen significante verandering t.o.v. 2005

  13. Ruim tweederde van de werkenden vindt dat solidariteit de peiler moet blijven onder onze oudedagsvoorziening Stelling: Solidariteit moet de peiler blijven onder onze oudedagsvoorziening

  14. Grote meerderheid is van mening dat de belasting- dienst ieder jaar zou moeten informeren over de pensioensituatie Stelling: De belastingdienst zou mij ieder jaar moeten informeren over mijn pensioensituatie en over hoeveel ik nog belastingvrij kan sparen

  15. Werkgever ook in 2006 de belangrijkste informatiebron voor pensioen-informatie

  16. Resultaten: Eigen pensioensituatie

  17. Een grote meerderheid neemt deel aan een bedrijfspensioenregeling

  18. Middelloon- en eindloonregeling komen het meest voor; Steeds meer werkenden weten niet precies wat voor een soort bedrijfspensioenregeling men heeft  communicatie gewenst

  19. Kwart werkenden heeft ook in 2006 geen aanvullende pensioenregeling getroffen

  20. Resultaten: Pensioenverwachtingen

  21. 29% van de werkende bevolking weet hoeveel geld men per maand gaat krijgen als men stopt met werken; Het pensioenbewustzijn zou meer gestimuleerd moeten worden Stelling: Ik weet precies hoeveel geld ik per maand ga krijgen als ik stop met werken

  22. Net als in 2005 verwacht bijna 40% van de werkende bevolking dat het toekomstig eigen pensioen aan de lage kant zal zijn

  23. Gemiddelde leeftijd waarop men wil stoppen blijft 60 jaar

  24. Gemiddelde leeftijd waarop men denkt te kunnen stoppen met werken zowel in 2005 als in 2006: 63 jaar

  25. Van de werkenden is 45% bereid om maandelijks een bedrag tussen 1 en 150 euro extra te betalen om het gewenste pensioen te krijgen

  26. Eenderde van de werkenden besteedt het geld nu al extra aan het pensioen

  27. Ruim 50% van de werkenden overweegt het om langer te blijven werken om een beter pensioen over te houden

  28. Ruim 30% van de werkenden zou kiezen voor pensioen in natura, indien deze zou bestaan; Voor bijna de helft is het (zeer) onwaarschijnlijk

  29. Levensloop

  30. Slechts 6% van de werkenden neemt deel aan de levensloopregeling

  31. De grootste reden waarom men niet deel neemt aan de levensloopregeling is gebrek aan interesse

  32. Vertrouwen in de toekomst

  33. 38% van alle werkenden verwacht dat er geen AOW meer is als men zelf 65 wordt

  34. De overheid wordt minder gezien als aangewezen instantie voor oplossingen op het gebied van pensioen; De rol van de werkgever en de eigen verantwoordelijkheid neemt toe

  35. Werkenden vinden de overheid, t.o.v. 2005, minder verantwoordelijk voor de hoogte van het pensioen; Eenderde deel wijst nog steeds naar zichzelf

  36. Banken en ‘bij mezelf’ meest aangewezen ‘instanties’ om geld weg te leggen voor later

  37. 40% van de werkenden denkt dat de situatie na het 65ste jaar zal verslechteren; Men denkt dat bijna de helft van de 65-plussers in Nederland niet goed kan rondkomen

  38. Ruim eenderde van de ondervraagden is bang om na het 65ste jaar niet goed rond te kunnen komen

  39. Kennistest

  40. Net als een jaar geleden vindt een overgrote meerderheid van de werkende bevolking de AOW aan de lage kant

  41. Overgrote meerderheid werkende bevolking vindt dat de overheid wettelijk moet regelen dat de pensioen-uitkering jaarlijks aan de inflatie wordt aangepast

  42. 42% van de werkenden zou meer geinformeerd willen worden over pensioenen

  43. Het liefst wordt men geinformeerd door middel van een jaarlijkse brief van de verzekeraar/pensioenfonds; Een gratis check van de financiele situatie is tevens gewenst

  44. Maatregelen kabinet

  45. Volgens de werkenden behartigen de PvdA, het CDA en de SP de belangen van de AOW-ers en toekomstig gepensioneerden het best

  46. Indien de overheid een overschot zou hebben op de begroting dan vinden de werkenden dat er allereerst geinvesteerd moet worden in de gezondheidszorg

  47. De fiscalisering van de AOW scoort, op een schaal van 1 tot 10, een ruime onvoldoende met een gemiddeld cijfer 4,1

  48. De invoering van de levensloopregeling werd in 2005 beoordeeld met een gemiddeld cijfer 6,3, in 2006 met een 4,5; Er is duidelijk sprake van een deceptie na het ‘optimisme’ van weleer

  49. De werkende bevolking beoordeelt de maatregel om mensen te stimuleren tot hun 65e door te werken met een 5,3; In 2005 gaf men gemiddeld een 4,8

  50. Belangrijkste conclusies

More Related