1 / 6

Indexcijfers

Indexcijfers definitie: verhoudingsgetallen waarbij het (zelf)gekozen basisjaar indexcijfer 100 krijgt en alle andere jaren naar verhouding verrekend worden. indexcijfers zijn geen percentages! voordeel: je kunt snel de ontwikkeling zichtbaar maken van datgene wat je in indexcijfers uitdrukt.

Download Presentation

Indexcijfers

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Indexcijfers • definitie: verhoudingsgetallen waarbij het (zelf)gekozen basisjaar indexcijfer 100 krijgt en alle andere jaren naar verhouding verrekend worden. • indexcijfers zijn geen percentages! • voordeel: je kunt snel de ontwikkeling zichtbaar maken van datgene wat je in indexcijfers uitdrukt

  2. Voorbeeld 1 De prijs van een bepaald type auto bedraagt in 2006 € 28.300. Het basisjaar was 2004 met een bijbehorende prijs van € 25.000. Wat is het indexcijfer voor 2006? Methode 1: 25.000 = 100 28.300 = ? Kruistabel! (100 x 28.300)/25.000 = 113,2 Methode 2: 25.000 = 100 250 = 1 28.300/250 = 113,2 Er zijn nog wel meer berekeningswijzen. Wellicht weet jij een betere of snellere manier. Kies je eigen manier en blijf daarbij!

  3. Moet je altijd het basisjaar weten?............................ Nee! Voorbeeld 2: • Bereken de ontbrekende indexcijfers • 1.122 = 136……………………(1122/136) x 100 = 825 leerlingen • dus 825 leerlingen is het aantal leerlingen in het basisjaar en krijgt dus indexcijfer 100 (1960 dus) • 825 = 100 • 8,25 = 1 • (987/8,25) x 100 = 119,6 (1970 dus!)

  4. Er is een verband tussen afzet, verkoopprijs en omzet • Afzet x verkoopprijs = omzet • Omzet/afzet = verkoopprijs • Omzet/verkoopprijs = afzet Voorbeeld 3: Bereken de waarden van A t/m I, zo mogelijk in 2 decimalen nauwkeurig.

  5. B = 8.000 x 13,50 = 108.000 • 108.000 = index 135….. Index 100 = € 80.000 • E = (136.800/80.000) x 100 = 171,00 • I = (80.000/100) x 212,16 = € 169.728 • C = (9.600/8.000) x 100 = 120,00 • F = (8.000/100) x 132,6 = 10.608 • D = 136.800/9.600 = € 14,25 • € 14,25 = 118,75……………€ 12 = index 100 • A = (13,50/12) x 100 = 112,50 • G = 169.728/10.608 = € 16 • H = (16/12) x 100 = 133,33

  6. Bereken de procentuele verandering in 2010 t.o.v. 2008 m.b.t de afzet. • *Maakt het uit of ik van de afzetcijfers uitga of de afzetindexcijfers?......Nee! • Procentuele verandering?............ ((N-O)/O) x 100% • afzetcijfers……. (10.608 – 8.000)/8.000 = 0,326 x 100% = 32,6% stijging • afzetindexcijfers…….. (132,6 -100)/100 = 0,326 x 100% = 32,6 stijging • Bereken de procentuele verandering van de omzet in 2009 t.o.v. 2010 • omzetcijfers….(136.800 – 169.728)/169.728 = - 0,194 x100% = 19,4% daling • omzetindexcijfers……. (171,00 – 212,16)/212,16 = - 0,194 x 100% = 19,4% daling

More Related