1 / 39

Aflezen van analoge en digitale meetinstrumenten

Aflezen van analoge en digitale meetinstrumenten. Digitaal instrument. Analoog instrument. Uitleg gebruik animatie. Als deze groene toetsen in beeld komen gebruik je…… …….deze toetsen op je toetsenbord. Verder gebruik je alléén de linkermuistoets om ergens op te klikken.

iram
Download Presentation

Aflezen van analoge en digitale meetinstrumenten

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Aflezen van analoge en digitale meetinstrumenten Digitaal instrument Analoog instrument

  2. Uitleg gebruik animatie. Als deze groene toetsen in beeld komen gebruik je…… …….deze toetsen op je toetsenbord. Verder gebruik je alléén de linkermuistoets om ergens op te klikken. Bijvoorbeeld: VERDER of MAAK EEN KEUZE Deze animatie is ontworpen door Inno van Dijk uit Zevenaar Ga je gang VERDER

  3. Aflezen van meetinstrumenten Digitaal instrument Analoog instrument Klik met de linkermuisknop op het instrument dat je wilt bekijken. Klik HIER als je de les nog moet maken.

  4. Analoog aflezen Enkele voorbeelden van analoge aflezingen. Analoge meetinstrumenten zijn altijd herkenbaar aan de wijzer. VERDER

  5. Analoog aflezen Als je weet hoe de schaalverdeling van een liniaal werkt kun je andere schaalverdelingen ook aflezen. Hieronder een stukje van een liniaal. 0 1 2 3 4 5 10 gelijke stukjes (schaaldeeltjes) De afstand tussen twee getallen is hier telkens één en verdeeld in 10 kleine schaaldeeltjes Dit is een decimale schaalverdeling. Dat wil zeggen dat delen van de schaal (tussen twee getallen) zijn opgedeeld in 10 gelijke stukjes. Tel maar uit. VERDER

  6. Analoog aflezen Elk schaaldeel is het tiende waard van het deel tussen twee getallen, ziegroene streep. Hieronder is de afstand tussen 2 getallen telkens 1.Één schaaldeel is dan 1 : 10 = 0,1 0 1 2 3 4 5 Dit is één schaaldeel Maar dit ook Bij een liniaal zeg je dan dat elke 1 cm verdeeld is in 10 mm. Elk stuk van 1 cm is verdeeld in 10 schaaldeeltjes van 1 mm VERDER

  7. Analoog aflezen 0 1 2 3 4 5 Je leest altijd af vanaf het cijfer 0 VERDER

  8. Analoog aflezen 0 1 2 3 4 5 Deze afstand is dus 30 stukjes van 1 mm of 3 stukjes van 1 cm ofwel 30 schaaldelen van 1 mm of 3 schaaldelen van 1 cm = 3 cm VERDER

  9. Analoog aflezen 0 1 2 3 4 5 De afstand is nu 43 stukjes van 1 mm ofwel 4 stukjes van 1 cm en 3 stukjes van 1 mm = 4,3 cm. VERDER

  10. Analoog aflezen Je ziet de schaalverdeling is veranderd. V 0 2 4 6 8 10 schaaldeeltje De waarde tussen twee getallen is nu 2. De waarde van elk schaaldeeltje tussen twee getallen is nu: 2 : 10 = 0,2. Bij een Voltmeter dus 0,2 V. VERDER

  11. Analoog aflezen V 0 2 4 6 8 10 • De aflezing van de pijl is nu: • 0 tot 2 (groene streep) = 2 V • schaaldelen=5 x 0,2= 1 V • Samen dus 2 + 1 = 3 V VERDER

  12. Analoog aflezen Nog een voorbeeld V 0 2 4 6 8 10 De aflezing van de pijl is nu: 3 grote schaaldelen van elk 2V= 6 V 3 kleine schaaldelen=3 x 0,2= 0,6 V Samen dus 6 + 0,6 = 6,6 V VERDER

  13. Analoog aflezen Niet alle schalen zij decimaal. V 0 2 4 6 8 10 Bij deze schaalverdeling is de afstand tussen twee getallen 2 en verdeeld in 10 stukjes. Dit lijkt dus decimaal maar de afstand tussen 2 en 3 is maar verdeeld in vijf stukjes (schaaldelen). De manier van berekenen blijft hetzelfde. VERDER

  14. Analoog aflezen De afstand tussen twee getallen is hier telkens 4. De rode streep is daar de helft van, dus 2. V 0 4 8 12 16 20 Elk klein schaaldeel (zie groene blokje) is dan: 2 V : 4 = 0,5 V VERDER

  15. Analoog aflezen Een voorbeeld. V 0 4 8 12 16 20 De wijzer wijst nu tussen 8 en 12 aan dus 8 V en nog iets meer. Elk schaaldeel is hier 4 V : 8 = 0,5 V. Tussen 8 en de pijl zitten 6 van deze schaaldelen dus 6 x 0,5 volt = 3 V. Samen dus 8 V + 3 V = 11 V VERDER

  16. Analoog aflezen Even oefenen. V 0 4 8 12 16 20 Klik met de linkermuisknop op het juiste antwoord. Hoeveel volt wijst de wijzer aan? 14,3 V 14,6 V 15,5 V

  17. Analoog aflezen De uitwerking V 0 4 8 12 16 20 Dat was niet goed. De spanning 12 V en nog iets= 12 V Elk schaaldeel is 4 : 8 = 0,5 V; 7 schaaldelen (rode pijl) elk 0,5 V = 3,5 V Samen dus 15,5 V. VERDER

  18. Analoog aflezen Loop deze les nog eens zeer aandachtig door. Klik met de linkermuistoets op de rode knop>>>>>

  19. Analoog aflezen De uitwerking V 0 4 8 12 16 20 Dat was goed. De spanning 12 V en nog iets= 12 V Elk schaaldeel is 4 : 8 = 0,5 V 7 schaaldelen (rode pijl) elk 0,5 V = 3,5 V Samen dus 15,5 V. VERDER

  20. Analoog aflezen Sommige meetinstrumenten, zoals universeelmeters, zijn voorzien van meerdere schaalverdelingen. Hieronder een voorbeeld van een ampéremeter met vier verschillende schaalverdelingen. De groene pijlen wijzen naar de schaalverdelingen voor wisselstroom de rode naar de schaalverdeling voor gelijkstroom. De bovenste twee zijn voor: 0 tot 2 A. De onderste twee zijn voor: 0 tot 5 A. Op deze manier heb je eigenlijk 4 ampéremeters in één. VERDER

  21. Analoog aflezen Hieronder een voorbeeld van een meetinstrument met twee schaalverdelingen. 0 3 6 9 12 15 0 9 18 27 Bij zo’n meetinstrument moet je eerst bepalen welke schaalverdeling je moet kiezen . Deze schaalverdeling is van een instrument voor meerdere spanningen. Het verschil kan ook te maken hebben met een andere spanningssoort. In dit geval kun je met de bovenste schaal 0 tot 30 en de onderste schaal 0 tot 60 aflezen. De getekende wijzer wijst in de bovenste schaal 3,3 aan. Bij 0 tot 30 V is dat dan 3,3 V. In de onderste schaal geeft de wijzer tussen 6,3 en 7,2 aan. Controleer dit maar. VERDER

  22. Analoog aflezen 0 3 6 9 12 15 0 9 18 27 Bij een analoge universeelmeter kan dezelfde schaal als 0-30 ook worden gebruikt voor bijvoorbeeld 0-150 V. De werkelijke aanwijzing is dan vijf maal zo groot dus geen 3,3 maar 16,5 V. Analoge universeelmeters worden niet veel meer gebruikt. We gaan er hier dan ook niet verder op in. Nu eerst een paar oefeningen. VERDER

  23. Analoog aflezen De wijzer wordt met een rode lijn aangegeven. De bovenste schaal is voor meten van 0 tot 30 V de onderste schaal voor 0 tot 60 V. 0 3 6 9 12 15 0 9 18 27 Gegeven: de meter staat afgesteld op 0 tot 30 V. Hoeveel volt wijst de wijzer ongeveer aan? Klik met de linkermuisknop op het juiste antwoord. Tussen de 4,8 en 5,1 V Tussen de 9 en de 10 V Precies 9,9 V

  24. Analoog aflezen Dat was niet goed. Probeer het nog eens. Let op! Welke schaal moet je gebruiken? Hoeveel is één schaaldeeltje? Klik met de linkermuistoets op de rode knop>>>

  25. Analoog aflezen 0 3 6 9 12 15 0 9 18 27 Dat was goed. Je moest de bovenste schaal gebruiken. Elk schaaldeeltje is daarbij 0,3 V. Na de 3 komen er 6 kleine schaaldelen van 0,3 V. De wijzer staat dus direkt ná 4,8 V en vlak vóór de 5,1 V. De onderste schaal geeft wel precies 9,9 V aan maar deze schaal mocht je niet gebruiken. VERDER

  26. Analoog aflezen De wijzer wordt met een rode lijn aangegeven. De bovenste schaal is voor meten van 0 tot 30 V de onderste schaal voor 0 tot 60 V. 0 3 6 9 12 15 0 9 18 27 Gegeven: de meter staat afgesteld op 0 tot 60 V. Hoeveel volt wijst de wijzer ongeveer aan? (klik met de linker muisknop op het juiste antwoord) Tussen de 15,3 en 16,2 V Tussen de 7,5 en 8,1 V Precies 7,8 V

  27. Analoog aflezen Dat was niet goed. Probeer het nog eens. Let op! Welke schaal moet je gebruiken? Hoeveel is één schaaldeeltje? Klik met de linkermuistoets op de rode knop >>>

  28. Analoog aflezen 0 3 6 9 12 15 0 9 18 27 Dat was goed. Je moest de onderste schaal gebruiken. Elk schaaldeeltje is daarbij 0,9 V. Na de 9 V komen nog eens 6 schaaldelen van 0,9 V Totaal dus 9 V + 6x0,9 V = 9 V + 6,3 V= 15,3 V De wijzer staat direct ná de 15,3 V en vlak vóór de 16,2 V. De bovenste schaal wees precies 7,8 V aan maar deze mocht je niet gebruiken. VERDER

  29. Analoog aflezen De wijzer wordt met een rode lijn aangegeven. De bovenste schaal is voor meten van 0 tot 30 V de onderste schaal voor 0 tot 60 V. 0 3 6 9 12 15 0 9 18 27 Tussen de 13,2 en 13,5 V Tussen de 26,1 en de 27 V Tussen de 26,4 en de 27 V Gegeven: de meter staat afgesteld op 0 tot 30 V. Hoeveel volt wijst de wijzer ongeveer aan? (klik met de linkermuisknop op het juiste antwoord)

  30. Analoog aflezen Dat was niet goed. Probeer het nog eens. Let op! Welke schaal moet je gebruiken? Hoeveel is één schaaldeeltje? Klik met de linkermuistoets op de rode knop>>>

  31. Analoog aflezen 0 3 6 9 12 15 0 9 18 27 Dat was goed. Je moest de bovenste schaal gebruiken. Elk schaaldeeltje is daarbij 0,3 V. De wijzer staat 4 streepjes rechts van 12 Volt dus tussen 12 Volt plus 4x 0,3 Volt = 13,2 Volt en 13,5 Volt in. VERDER STOP Klik nu op VERDER om de digitale aflezing ook te bekijken. Klik op STOP om deze les te stoppen.

  32. Digitaal aflezen Enkele voorbeelden van een digitale uitlezing. Digitale instrumenten zijn herkenbaar aan het display met cijfers. VERDER

  33. Digitaal aflezen Voorbeeld van een vier-cijferig display De meter staat ingesteld op: Spanning (V van volt) DC (Direct Current) ofwel gelijkspanning. De meter bepaalt zelf welke schaalverdeling nodig is. VERDER Er staat nu nul komma nul nul nul ofwel gewoon 0.

  34. Digitaal aflezen Een viertal voorbeelden hoe je moet aflezen. De meter staat ingesteld op Ω dus op het meten van weerstand. Op het display staat 1,8 De weerstand is dus 1,8 Ω VERDER

  35. Digitaal aflezen Op het display staat 62.55 V DC de gelijkspanning is dus 62,55 V. De meter staat ingesteld op V dus op het meten van gelijkspanning VERDER

  36. Digitaal aflezen Op het display staat 238.6 V AC (alternating current). De wisselspanning is dus 238,6 V. De meter staat ingesteld op V~ dus op het meten van wisselspanning VERDER

  37. Digitaal aflezen Op het display staat 2.718 kΩ De weerstand is dus 2,718 kΩ ofwel 2718 Ω. De meter staat ingesteld op Ω dus op het meten van weerstand VERDER

  38. Digitaal aflezen Je weet nu: Wat het verschil is tussen digitale en analoge aflezing Waaraan je een digitaal of analoog instrument kunt herkennen Wat een schaalverdeling is met schaaldelen Wat een decimale schaalverdeling is Wat een display is Waarom analoge instrumenten vaak meerdere schaalverdelingen hebben Maak een keuze en klik met de linkermuisknop op één van de mogelijkheden: Alles opnieuw Alléén digitaal aflezen opnieuw Stoppen

  39. Einde Einde van deze animatie. Ga nu weer verder met je boek. Deze animatie is gemaakt door I J TH M van Dijk

More Related