1 / 14

Kinderarmoede: iedereen expert, iedereen alert

Kinderarmoede: iedereen expert, iedereen alert. I. Armoede: een multi -dimensioneel prob leem ?. Ondergesneeuwde definitie van armoede: een gebrek aan zowel materiële als immateriële of sociale maatschappelijke hulpbronnen ( Bouverne -De Bie, 2003; Lister , 2004)

fagan
Download Presentation

Kinderarmoede: iedereen expert, iedereen alert

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Kinderarmoede: iedereen expert, iedereen alert

  2. I. Armoede: een multi-dimensioneel probleem? • Ondergesneeuwde definitie van armoede: een gebrek aan zowel materiële als immateriële of sociale maatschappelijke hulpbronnen (Bouverne-De Bie, 2003; Lister, 2004) • “Armoede is een samengaan van een • gebrek aan voldoende middelen, • maatschappelijk uitgesloten worden, en • meervoudige deprivatie” (Engbersen, 1995) • verantwoordelijkheden welvaartsstaat en sociaal beleid dat vorm geeft aan de relatie tussen individu en samenleving, of burgerschap, Lister, 2007)

  3. I. Armoede: een multi-dimensioneel probleem? Dominante definitie van armoede in Vlaanderen: “Een netwerk van sociale uitsluitingen dat zich uitstrekt over meerdere gebieden van het individuele en collectieve bestaan. Het scheidt de armen van de algemeen aanvaarde leefpatronen van de samenleving. Deze kloof kunnen ze niet op eigen kracht overbruggen” (Vranken, 2006) .

  4. I. Armoede: een multi-dimensioneel probleem? “Vergeten we daarbij niet dat het juist de cumulatie en verwevenheid van die ongelijkheden en uitsluitingen is, die de eigenheid van armoede uitmaken. (…) Belangrijk hierbij is de machteloosheid van de armen. Ze kunnen de kloof met de rest van de samenleving niet op eigen kracht overbruggen: ze hebben daartoe hulp nodig. Daar ligt de rol van het overheidsbeleid en van de welzijnssector…” (Vranken, 2007: 37)

  5. II. Psychologisering? • Psychologisch mechanisme: verinnerlijking van gevoelens van machteloosheid (‘psychology of powerlessness’) (Van Regenmortel, 2002) • Empowerment is viewed as a process: the mechanismbywhichpeoplegainmastery over theirlives(Van Regenmortel, 2002) • Cf. politics of recognitionand respect (Lister, 2002) • Cf. psycho-socialdimensions of welfare (Froggett, 2002, zie les Joris Beaumon en Thomas Maeseele)

  6. II. Psychologisering? Belangrijkonderscheidtussenstrategieën van armoedebestrijding: • herverdeling of ‘politics of redistribution’ (cf. tekortaanmateriëlemaatschappelijkehulpbronnenleidt tot bescherming en herverdeling) • erkenning of ‘politics of recognition’ (cf. tekortaanimmateriële/socialehulpbronnenleidt tot empowerment) (Fraser, 1996; Lister, 2004)

  7. II. Psychologisering? “We increasingly encounter a second type of social justice claim in the “politics of recognition’’. (…) The discourse of social justice, once centred on distribution, is now increasingly divided between claims for redistribution, on the one hand, and claims for recognition, on the other. Increasingly too, recognition claims tend to dominate. (…)” (Fraser, 1996)

  8. II. Psychologisering? “In doing so, they leave the agenda to be set by people whose power has been so much taken for granted that they do not even think of themselves as a distinct social group” (Phillips, 2004: 36-37) …the logic of individual empowerment operates in the name of making the social change on their own, in the name of making themselves free (Baistow 2000) Cf. ‘The Will to Empower’, Cruikshank, 1999; ‘The Myth of Empowerment’, Becker, 2005

  9. II. Psychologisering? • Verantwoordelijkheidindividuofsamenleving? • Risico’s: • individualisering en responsabiliseringindividu en de-responsabiliseringsamenleving • culpabilisering van individuénsamenleving • Vb. Risico van opvoedingsondersteuning ten aanzien van ouders, omdatze de kinderennietgoedopvoeden: armoedeprobleemwordtgedefinieerdalsopvoedingsprobleem, geenaandachtvoorstructureledimensieswaarin het gezinleeft

  10. III. Bestrijding vancultuur van het zwijgen Cultuur van het zwijgen (Freire, 1972) • Sterkemarginalisering, geringemaatschappelijkeinvloed • Berusting in eigensituatie • Apathie vooracties die dezesituatiekunnenveranderen • geeneigenschapvan alleenmensen in armoede (individualiserend), ook niet-armenontwikkelendergelijkcultuurpatroon (collectievecultuur van hetzwijgen)

  11. III. Bestrijding van cultuur van het zwijgen Cultuur van het zwijgen (Freire, 1972) verwijst naar processen van samen-leven: • via ‘cultuur van hetzwijgen’ zijnmensen in armoedeookproducenten van armoede (gesocialiseerd in ‘armoede’) • geeneigenschap van mensen in armoede, maar gevolg van de socialisatie in armoede en socialisatieprocessen: ookniet-armenzijnproducenten van armoede! • Impliceert shift van doelgroepspecifieknaaralgemeensociaalbeleid!

  12. III. Armoedebestrijding: culturele actie • Hetbevragen van de bestaandewerkelijkheid op haarmenselijkewaardigheid (humaniserendperspectief) • Hetbevragen van maatschappelijkeevidenties: impliceerteencollectief en tegensprekelijkproces • Erkenning van mensen in armoedealsmede-actor‘Ik kan niet vooranderendenken, ik kan niet zonderanderendenken, evenminkunnenanderenvoormijdenken’ (Freire)

  13. III. Armoedebestrijding: culturele actie Armoedebestrijding omvat: • maatregelen die de bestaanscondities van mensen verbeteren (cf. armoede is een gebrek aan middelen) – algemeen sociaal beleid van bescherming en herverdeling • die structureel bepaalde processen van sociale uitsluiting tegen gaan (cf. armoede is sociale uitsluiting), • die de ‘cultuur van het zwijgen’ doorbreken (cf. armoede is socialisatie in een cumulatie van uitsluitingen)

  14. IV. Implicaties voor de bestrijding van kinderarmoede • Verantwoordelijkheid individu (cf. zelfredzaamheid) én samenleving • Gerelateerde rechten van kinderen én ouders (cf. economische afhankelijkheid van kinderen) • Responsabilisering van de samenleving (cf. Society Case ‘Ongelijkheid begint in de wieg’, Vandenbroeck, 2013, VLAS): • (1) bescherming en herverdeling van maatschappelijke hulpbronnen (materieel en immaterieel (sociaal/macht) • (2) tewerkstelling • (3) kwaliteitsvolle basisvoorzieningen

More Related