1 / 37

Hypertensie: geen, goede, of betere medicatie?

Hypertensie: geen, goede, of betere medicatie?. Richard Koopmans Internist AzM 4 oktober 2007. Waar ga ik het over hebben?. Waarom - en hoe - behandelen we hoge RR Wat zijn de redenen om te kiezen voor een bepaald anti-hypertensivum

dunn
Download Presentation

Hypertensie: geen, goede, of betere medicatie?

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Hypertensie:geen, goede, of betere medicatie? Richard Koopmans Internist AzM 4 oktober 2007

  2. Waar ga ik het over hebben? • Waarom - en hoe - behandelen we hoge RR • Wat zijn de redenen om te kiezen voor een bepaald anti-hypertensivum • Welke medicijnen moet je zeker niet gebruiken in de zwangerschap en wat zijn daarvan de risico’s • Hoe zit het met calcium-antagonisten

  3. SUNSET studie: wie hebben er hypertensie in Nederland?

  4. Indicatie tabel bloeddruk en cholesterol

  5. Anti-hypertensiva • Beta-blokkers: bv metoprolol • Diuretica: bv HCl thiazide • Calcium-antagonisten: bv nifedipine • ACE-remmers: bv lisinopril • AT1-R blokkers: bv losartan

  6. Cochrane review over hypertensie in de zwangerschap

  7. 46 trials (4282 vrouwen)conclusies: • Anti-hypertensiva versus placebo: 50% lager risico op ernstige hypertensie, maar (pre-) eclampsie en gezondheid van de baby maakt niet uit

  8. 24 trials (2949 vrouwen) conclusies: • Calcium blokkers – hydralazine: CCA verlagen RR beter • Ketanserine – hydralazine: hydralazine verlaagt RR beter • Labetolol – diazoxide: labetolol geeft meer hypotensie

  9. Indeling FK A - veelgebruikt, geen schade aan foetus B - weinig gebruikt, geen schade (B1-B3: is er bij dieren relevante schade?) C - niet teratogeen, maar farmacologische effect is schadelijk D - teratogeen, apart vermelden of ook farmacologisch effect schadelijk

  10. Indeling van risico uit Farmacotherapeutisch Kompas • Lastig voor de praktijk, gaat er vanuit dat je vrijwel altijd medicatie moet vermijden • Reden: hoe wordt onze kennis verkregen van teratogeniciteit? • Dit leidt tot erg veel onzekerheid, niet alleen in NL

  11. Schadelijke werking op de foetus • Misvormingen (teratogeen) • Farmacologische effecten (apneu, uterus-contracties, bradycardie, etc) • Belangrijk: hoe groot is het risico tov controle = vrouwen die niets of een ander anti-hypertensivum gebruiken

  12. Anti-hypertensiva • Beta-blokkers: bv metoprolol C • Diuretica: bv HCl thiazide C • Calcium-antagonisten: bv nifedipine B3 • ACE-remmers: bv lisinopril B3 • AT1-R blokkers: bv losartan D

  13. Tweede keusanti-hypertensiva • Alpha-blokkers: bv hydralazine B3 • Centraal werkende middelen: bv alpha-methyldopa A • Alpha- + beta-blokkers: labetolol C

  14. Case-control studie (en cohort) • Je zoekt mensen met de aandoeningen (bv een vrouw die een kind met een hartafwijking heeft) en vergelijkt met een vrouw die een gezond kind heeft gekregen (confounder=ziekte!) • Of je zoekt een groep vrouwen die een middel hebben genomen en vergelijkt ze met een groep die het middel niet hebben genomen

  15. COHORT STUDIE

  16. Risk of Major Congenital Malformations among Study Infants According to Fetal Exposure to Antihypertensive Medications during the First Trimester Alone % cong afw 7% 2% 2.5% Cooper W et al. N Engl J Med 2006;354:2443-2451

  17. Onderzoek over calcium antagonisten

  18. COHORT STUDIE

  19. Birth defects 2/66 0/72

  20. CASE-CONTROL STUDIE

  21. Maand 1 Maand 2-3 Maand 4-9 Totaal OR 0.8-2.6 OR 0.9-2.2 OR 1.0-1.2 OR 1.0-1.3 Wat kwam er uit?

  22. Conclusie • Blijf terughoudend met medicatie • Maak als het wel moet een realistische risicoafweging • Calcium antagonisten, met name nifedipine, gelden als relatief veilig

  23. Chronische milde hypertensie- buiten de zwangerschap • 10-jaars risico op hartinfarct en beroerte • Samenstelsel van RR, cholesterol, roken, DM, etc • Jonge vrouwen hebben laag risico

  24. Alternative Analyses of Risk of Major Congenital Malformations among Study Infants with Fetal Exposure to ACE Inhibitors during the First Trimester Alone Cooper W et al. N Engl J Med 2006;354:2443-2451

  25. Characteristics of Infants Born with Major Malformations after Fetal Exposure to ACE Inhibitors during the First Trimester Alone Cooper W et al. N Engl J Med 2006;354:2443-2451

  26. Distribution of Maternal Characteristics According to the Presence or Absence of Fetal Exposure to Antihypertensive Medications during the First Trimester Alone Cooper W et al. N Engl J Med 2006;354:2443-2451

  27. Dus: chronische milde hypertensie in de zwangerschap • Behoeft op zich misschien geen behandeling, maar: • Meer risico op ernstige hypertensie met complicaties in de zwangerschap als je de chronische hypertensie niet behandelt???? • Als dat zo is: welke behandeling (welk medicament) vermindert dat risico?

  28. Wat bepaalt onderscheid 1e en 2e keus? • Is er lange termijn-onderzoek dat aantoont dat een behandelde groep na jaren behandelen minder CVA’s en hartinfarcten krijgt? • Daarbij spelen bijwerkingen een zekeren rol, want die bepalen de therapietrouw • De 1e keus middelen zijn even effectief, maar verschillen in bijwerkingen

  29. Rates of Hospitalization among Pregnant Women with Severe Nausea and Vomiting and Numbers of Prescriptions for Bendectin and Diclectin in North America, 1979 through 1989 Koren G et al. N Engl J Med 1998;338:1128-1137

  30. Indeling kwaliteit studies • RCT • Cohort studie • Case-control studie • Case-report

  31. Case-report • Vooral goed bij aandoeningen die zeer zeldzaam zijn • Bv focomelie • Kan niet een geringe verhoging van het risico aantonen • Bv lastig bij 2x verhoogd risico op hartafwijkingen (basisrisico circa 1%)

More Related