1 / 29

Neem je TIJD!

Neem je TIJD!. verleden. toekomst. gisteren. morgen. eergisteren. overmorgen. verleden / vorige week. volgende w. 2 weken geleden. over 2 weken. 3 weken geleden. over 3 weken. V… maand / 1 maand geleden. volgende m. verleden/voRIG j. 1 j. geleden. volgEND j.

chun
Download Presentation

Neem je TIJD!

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript

  1. Neem je TIJD!

  2. verleden toekomst gisteren morgen eergisteren overmorgen verleden / vorige week volgende w. 2 weken geleden over 2 weken 3 weken geleden over 3 weken V… maand / 1 maand geleden volgende m. verleden/voRIG j. 1 j. geleden volgEND j. verleden/vorige eeuw / 1 e. geleden volgenge eeuw

  3. Hij komt nooit te laat altijd

  4. Dat is te laat te vroeg

  5. Is dat een definitief antwoord? voorlopig

  6. Je krijgt het ten vroegste overmogen ten laatste

  7. Hij vertrekt overmorgen is eergisteren vertrokken

  8. Hij is soms afwezig altijd / nooit

  9. Hij zijn aanvankelijk“nee” tenslotte

  10. Voortaan is dat zo Tot nu toe was

  11. Dat gebeurde dikwijls nooit / zelden

  12. Hij zijn aanvankelijk“nee” tenslotte

  13. Dat valt bijna altijd voor bijna nooit = zelden

  14. Hij komt morgenavond is gisterenavond gekomen

  15. verleden toekomst gisteren morgen eergisteren overmorgen verleden / vorige week volgende w. 2 weken geleden over 2 weken 3 weken geleden over 3 weken V… maand / 1 maand geleden volgende m. verleden/voRIG j. 1 j. geleden volgEND j. verleden/vorige eeuw / 1 e. geleden volgenge eeuw

  16. Volgende week vrijdag Verleden week vrijdag

  17. Hij is verledenzaterdagvertrokken Hijvertrektvolgendezaterdag

  18. Datvindt over twee wekenplaats Datheeft twee wekengeledenplaatsgevonden

  19. Datwerd twee maandengeleden al gedaan Datzal over twee maandengedaanworden

  20. Het gebeurdeeergisteren Het zalovermorgengebeuren

  21. Denkaan de toekomst Denkaan het verleden

  22. Wat is de volgendevraag? Wat was de vorigevraag

  23. Over eengoedemaandverhuizen we Eengoedemaandgeledenzijn we verhuisD

  24. Tot nu toe is dat niet toegestaan Vanaf nu

  25. Over veertien dagen geeft hij een antwoord Veertien dagen/twee weken geleden heeft hij…gegeven

  26. Tegenwoordig is dat altijd zo Vroeger/In het verleden was dat

  27. recent Dat is onlangs gebeurd lang geleden

  28. Ze komen in het begin van de week op het einde

More Related