1 / 36

Hoe leert een kind lezen?

Is fonologisch decoderen echt noodzakelijk voor het verwerven van orthografische representaties tijdens stillezen? Een toets van de self-teaching hypothese. Masterscriptie Daniëlle Bitter Begeleid door Dr. P.F. de Jong. Hoe leert een kind lezen?. Fonologisch decoderen (p/au/s  paus)

anneke
Download Presentation

Hoe leert een kind lezen?

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. Is fonologisch decoderen echt noodzakelijk voor het verwerven van orthografische representaties tijdens stillezen? Een toets van de self-teaching hypothese.Masterscriptie Daniëlle BitterBegeleid door Dr. P.F. de Jong

  2. Hoe leert een kind lezen? Fonologisch decoderen (p/au/s  paus) Opdoen van orthografische representatie in geheugen Snelle en efficiënte woordherkenning

  3. Hoe leert een kind lezen? Fonologisch decoderen (p/au/s  paus) Opdoen van orthografische representatie in geheugen Snelle en efficiënte woordherkenning

  4. Hoe leert een kind lezen? Fonologisch decoderen (p/au/s  paus) Opdoen van orthografische representatie in geheugen Snelle en efficiënte woordherkenning

  5. Voorbeeld Sommige kinderen zijn bang voor clowns, anderen vinden ze grappig. Brog is een leuke clown. Hij heeft net als alle andere ook een rode neus. Brog draagt ook hele grote schoenen. Op zijn hoed heeft hij een pleik, een hele grote groene. Die pleik lijkt een beetje op een bloem. (Uit: Van Setten, 2006)

  6. Orthografische representaties Was het: Broch of Brog pleik of plijk

  7. Opdoen van orthografische representaties Hoe leert een kind van elk woord een orthografische representatie? Aangeleerd door leerkracht? Woordbeeld opdoen uit omliggende tekst? Waarschijnlijker dat een kind zichzelf leert lezen. Share’s self-teaching hypothese

  8. Opdoen van orthografische representaties Hoe leert een kind van elk woord een orthografische representatie? Aangeleerd door leerkracht? Woordbeeld opdoen uit omliggende tekst? Waarschijnlijker dat een kind zichzelf leert lezen. Share’s self-teaching hypothese

  9. Opdoen van orthografische representaties Hoe leert een kind van elk woord een orthografische representatie? Aangeleerd door leerkracht? Woordbeeld opdoen uit omliggende tekst? Waarschijnlijker dat een kind zichzelf leert lezen. Share’s self-teaching hypothese

  10. Opdoen van orthografische representaties Hoe leert een kind van elk woord een orthografische representatie? Aangeleerd door leerkracht? Woordbeeld opdoen uit omliggende tekst? Waarschijnlijker dat een kind zichzelf leert lezen. Share’s self-teaching hypothese

  11. Share’s self-teaching hypothese Door fonologisch decoderen leert een kind zelfstandig de associatie tussen de gesproken en de geschreven vorm van een nieuw woord. Sterke relatie tussen fonologisch decoderen van pseudo-woorden en orthografisch leren. (Share, 1999; Cunningham, 2002; Bowey en Muller, 2005; Cunningham, 2006; Nation, et al., 2007) Volgens Share is het self-teaching mechanisme de enige manier om orthografische representaties van woorden te verwerven c.q. te leren lezen.

  12. Share’s self-teaching hypothese Door fonologisch decoderen leert een kind zelfstandig de associatie tussen de gesproken en de geschreven vorm van een nieuw woord. Sterke relatie tussen fonologisch decoderen van pseudo-woorden en orthografisch leren. (Share, 1999; Cunningham, 2002; Bowey en Muller, 2005; Cunningham, 2006; Nation, et al., 2007) Volgens Share is het self-teaching mechanisme de enige manier om orthografische representaties van woorden te verwerven c.q. te leren lezen.

  13. Share’s self-teaching hypothese Door fonologisch decoderen leert een kind zelfstandig de associatie tussen de gesproken en de geschreven vorm van een nieuw woord. Sterke relatie tussen fonologisch decoderen van pseudo-woorden en orthografisch leren. (Share, 1999; Cunningham, 2002; Bowey en Muller, 2005; Cunningham, 2006; Nation, et al., 2007) Volgens Share is fonologisch decoderen de enige manier om orthografische representaties van woorden te verwerven c.q. te leren lezen.

  14. Fonologisch decoderen uitschakelen Paradigma: Pseudo-woorden stillezen. Lexicale decisie: echt woord of nep woord? Condities: • normaal • articulatorische suppressie Nameting: • leestaak • orthografische keuzetaak • spellingtaak

  15. Fonologisch decoderen uitschakelen Paradigma: Pseudo-woorden stillezen. Lexicale decisie: echt woord of nep woord? Condities: • normaal • articulatorische suppressie Nameting: • leestaak • orthografische keuzetaak • spellingtaak

  16. Fonologisch decoderen uitschakelen Paradigma: Pseudo-woorden stillezen. Lexicale decisie: echt woord of nep woord? Condities: • normaal • articulatorische suppressie Nameting: • leestaak • orthografische keuzetaak • spellingtaak

  17. Fonologisch decoderen uitschakelen Paradigma: Pseudo-woorden stillezen. Lexicale decisie: echt woord of nep woord? Condities: • normaal • articulatorische suppressie Nameting: • leestaak • orthografische keuzetaak • spellingtaak

  18. Articulatorische suppressie Kyte en Johnson (2006): • Hardopleesconditie; • Stilleesconditie met articulatorische suppressie.

  19. Articulatorische suppressie Kyte en Johnson (2006): • Hardopleesconditie; • Stilleesconditie met articulatorische suppressie. Conclusie: bewijs voor rol fonologisch decoderen tijdens stillezen volgens de self-teaching hypothese.

  20. Articulatorische suppressie Kyte en Johnson (2006): • Hardopleesconditie; • Stilleesconditie met articulatorische suppressie. Conclusie: bewijs voor rol fonologisch decoderen tijdens stillezen volgens de self-teaching hypothese. Kritiek: 1) Ook in suppressieconditie orthografisch geleerd; 2) De condities waren niet vergelijkbaar!

  21. Huidige onderzoek Opzet volgens onderzoek Kyte en Johnson (2006). Overeenkomst: • Pseudo-woorden; • Articulatorische suppressie. Verschil: • Alleen stillezen; • Condities beter aan elkaar gelijk gehouden; • 3 experimentele condities: - stilleesconditie (standaard); - stilleesconditie met articulatorische suppressie; - stilleesconditie met tapping.

  22. Huidige onderzoek • Vraagstelling: ‘Wat is de rol van fonologisch decoderen bij stillezen?’ • Voorspelling: In de suppressieconditie wordt de minste hoeveelheid orthografische kennis opgedaan, door het onderdrukken van het fonologisch decoderen. De hoeveelheid orthografisch leren in de andere twee condities zullen weinig van elkaar verschillen, ondanks de 2e taak in de tappingconditie.

  23. Orthografische keuzetaak In elke conditie werd ver boven kansniveau orthografische kennis opgedaan. Is dit volgens de voorspelling?

  24. Orthografische keuzetaak Conclusie:

  25. Orthografische keuzetaak Conclusie: Sterke trend richting minder orthografisch leren in suppressieconditie.

  26. Orthografische keuzetaak Conclusie: Sterke trend richting minder orthografisch leren in suppressieconditie. Desondanks toch orthografisch geleerd in suppressieconditie.

  27. Orthografische keuzetaak Conclusie: Sterke trend richting minder orthografisch leren in suppressieconditie. Desondanks toch orthografisch geleerd in suppressieconditie. Ook orthografisch leren zonder fonologisch decoderen.

  28. Leestaak Voorspelling in tabelvorm Van welke spelling wordt er orthografische kennis opgedaan? Is dit conditie-afhankelijk?

  29. Leestaak Is dit volgens de voorspelling? Woorden per seconde

  30. Extra analyse leestaak Woorden uit suppressieconditie vergeleken met volkomen nieuwe woorden.

  31. Extra analyse leestaaknieuw vs. suppressieconditie Vergelijking met homofone spelling: Geen verschil in leessnelheid nieuwe pseudo-woorden en homofone spelling. Vergelijking met targetwoorden: Bijna significant verschil in leessnelheid nieuwe pseudo-woorden en targetspelling. Hoe is dit te verklaren?

  32. Extra analyse leestaaknieuw vs. suppressieconditie Verklaring verschil homofonen en nieuwe pseudo-woorden:

  33. Extra analyse leestaaknieuw vs. suppressieconditie Verklaring verschil targets en nieuwe pseudo-woorden:

  34. Vraagstelling Is fonologisch decoderen echt noodzakelijk voor het verwerven van orthografische representaties tijdens stillezen?

  35. Conclusie Nee, want uit dit onderzoek blijkt dat orthografische representaties ook verworven worden zonder gebruik te maken van fonologisch decoderen. Visuele representaties blijken ook een rol te spelen. De beschikking hebben over zowel een fonologische als een visuele representatie geeft het meeste voordeel in leessnelheid.

  36. Is fonologisch decoderen echt noodzakelijk voor het verwerven van orthografische representaties tijdens stillezen? Een toets van de self-teaching hypothese.Masterscriptie Daniëlle BitterBegeleid door Dr. P.F. de Jong

More Related