1 / 85

College Griekse kolonisatie in het Zwarte Zeegebied

College Griekse kolonisatie in het Zwarte Zeegebied. Dinsdag 9 oktober 2007. Pontos Axeinos (niet gastvrije zee) Pontos Euxinus (gastvrije zee) Ovale vorm (door Herodotus vergeleken met een Scythische boog) 423.000 km2 Rivieren: Donau, Dnjester and the Dnjeper

adair
Download Presentation

College Griekse kolonisatie in het Zwarte Zeegebied

An Image/Link below is provided (as is) to download presentation Download Policy: Content on the Website is provided to you AS IS for your information and personal use and may not be sold / licensed / shared on other websites without getting consent from its author. Content is provided to you AS IS for your information and personal use only. Download presentation by click this link. While downloading, if for some reason you are not able to download a presentation, the publisher may have deleted the file from their server. During download, if you can't get a presentation, the file might be deleted by the publisher.

E N D

Presentation Transcript


  1. College Griekse kolonisatie in het Zwarte Zeegebied Dinsdag 9 oktober 2007

  2. Pontos Axeinos (niet gastvrije zee) • Pontos Euxinus (gastvrije zee) • Ovale vorm (door Herodotus vergeleken met een Scythische boog) • 423.000 km2 • Rivieren: Donau, Dnjester and the Dnjeper • Eilanden: Leuke en Berezan

  3. Maximum afstand oost-west afstand is 1175 km • Afstand tussen het meest zuidelijke punt van de Krim en het meest noordelijke deel van de Turkse zuidkust is 257 km. • Kust bergen, bossen, kliffen, moerassen • Zwarte Zee laatste deel van Tethys Zee, 250 miljoen jaar geleden. • Doorbraak naar Middelandse Zee ongeveer 6000 to 8000 jaar geleden.

  4. Het klimaat van de Zwarte Zee mediterraan in de zomer maar koud en stormachtig in de winter. Onverwachte stormen kunnen ieder moment opsteken. • Zwarte Zee in sommige periodes soms bevroren zoals in 5e, 7e, 9e en 11e eeuw n. Chr. • Geen leven beneden 150 tot 200 meter onder zeeoppervlakte, geen zuurstof. 180 vissoorten, dolfijnen en robben.

  5. Griekse kolonisatie sterke invloed op het milieu, houtkap veroorzaakte klimaatsverandering en zeeniveauverandering. • Tussen 4e en 1e eeuw v. Chr., zeeniveau ong. 2 meter lager dan vandaag (Phanagorische regressie) • Bijv. in Olbia, van oorspronkelijke 55 ha, nu 20 ha onder water. • Bij droog klimaat, nomaden naar het westen (Scythen in 5e eeuw), bij nat klimaat beweging naar oosten (Kelten).

  6. Laat Paleolithisch 15000-10000 v. Chr. Bijv. bij Sinop • Tijdens neolithicum en chalcolithicum, overeenkomst cultuur west- en zuidkust Zwarte Zee • Vroeg Brons, invasie uit het noorden, gedomesticeerde paarden, ruw “cordware” aardewerk.

  7. Myceners niet verder noordelijk dan Vardar vallei in Macedonie in het westen en Rhodos en Kos in het oosten. Pas laat op Chios, LH IIIC (1190-1050). • Myceens materiaal in Troje, maar geen bewijs van contacten met de Zwarte Zee. • Tijd Myceense expansie te kort om handel met Zwarte Zee te ontwikkelen en handelssysteem in laat Bronstijd georienteerd op paleishandel.

  8. Honderden stenen ankers langs westelijke en noordelijke Zwarte Zeekust, niet te dateren, geen late bronstijd maar Archaïsch (Arianus, tempel van Phasis) of middeleeuws (Ashkelon)

  9. Westkust nog steeds dicht bevolkt in vroege IJzertijd, hoewel afname door volksverhuizingen, kleiner aantal nederzettingen. • Crematiegraven, zoncultus maar geen verwoestingslaag. Culturele contacten met Troje VIIb2. • Hallstatt B/C Babadag I, II en III cultuur (genoemd naar Roemeense site). 11e tot 7e eeuw. • Babadag cultuur verdwenen ten tijde van de Griekse kolonisatie.

  10. Kolonisatie = migratie • Migratie naar Ionië, 11e-10e eeuw v. Chr. • Meerdere oorzaken, overbevolking, hongersnood, etc. • Iedere polis had eigen reden • Thera-Cyrene overbevolking (Herodotus) alleen jonge mannen

  11. Kolonisatie of migratie naar Zwarte Zee kust: • Cimmerische invallen • Ontvolking door volksverhuizing van westelijke en noordelijke Zwarte Zeekust • Stationering Ionische en Carische huurlingen in Abydos aan Hellespont • Vernietiging handelsroutes over land • Verwoesting chora Ionische steden door Cimmeriers, Scythen, Lydiërs en Perzen

  12. Cimmeriërs: bronnen Herodotus en Assyrische koningsarchieven (Akkadisch) Naam Cimmeriërs Gi-mi-ra-ra, betekent nomaden • Cimmeriërs archeologisch moeilijk te detecteren. Afkomstig uit noordpontisch gebied, Ha-B/C groepen, verwant aan de Thraciërs • Tussen 714 (oostelijke groep) en 600 BC invallen via oostelijke en westelijke Zwarte Zeekust in het Nabije Oosten • Eerste confrontatie in 713 BC. Sennacherib, zoon van Sargon II. Sargon II stierf in 709 in slag tegen de Cimmeriërs, evenals de Urartische koning Rusa I in 707, de Phrygische koning Midas tussen 696 en 676 (verwoesting Gordion, discussie C14) en de Lydische koning Gyges rond 650. • Lydische koning Gyges stationeert Ionische en Carische huurlingen in Abydos tegen nieuwe groep Thraco-Cimmeriërs (Trerer) (grafveld bij Varna) • Nu snel nieuwe kolonies in Propontis. Miletos stichtte Abydos, Procennos en Cyzicus, Samos, Bisanthe en Perinthos; Megara, Chalcedon en Byzantium; Phocaea stichtte Lampsacus. Alle reeds bestaande nederzettingen. Cyzicus was de eerste kolonie voor de handel met de Propontis. Proconnesos was al een Milesische stad gedurende de Lydische koning Sadyattes, zoon van Gyges

  13. Resultaat Cimmerische en Scythische invallen: val van Phrygische en Urartische rijken, verzwakking van Lydische en Assyrische rijken. Dit veranderde de politieke en economische situatie drastisch. • Voortdurende aanvallen op de chora van de Griekse steden aan de Ionische kust veroorzaakte een migratie van Ionische en Carische bevolkingsgroepen. • Veel Carische namen aan de Zwarte Zeekust.

  14. Pre-koloniale kennis van het Zwarte Zeegebied van de Grieken: • Seamos en Kromna aan zuidkust genoemd in Ilias, Chalybes worden ook genoemd als metaalbewerkers in de llias. De 8e eeuwse Milesische dichter Arctinus noemde het eiland Leuke. Hesiodus wist van het bestaan van de rivieren Ister en Phasis • De Spartaanse dichter Alcaeus noemde Achilles al de heer van de Scythische landen en Eumelos van Corinthe noemde Borysthenis, Colchis en Sinope.

  15. Pre-koloniaal • Altijd kennis voorafgaand aan migratie/kolonisatie. Zie Spanje, Zuid-Italië • Theoretisch mogelijk: Bezoek van Zwarte Zeegebied door Ionische schepen in pre-koloniale periode • Vroegste Griekse materiaal, oost-Grieks Middle Wild Goat style I en II en Middle Rhodian ware, c. 630 BC. In zuid Rusland buiten gebied van latere kolonies • Vroegste materiaal uit gebied tussen Don en Donets, ong. 250 km van de Zwarte Zee: o.a. een subgeometrische oost-Griekse cup, vroege amforen uit Chios. Mogelijk afkomstig uit de vroege Ionische kolonie bij Taganrog • Bug regio en vlakbij Kiev: Rhodisch aardewerk van ong. 630 BC • Midden Dnieper: Middle Wild Goat style II • Berezan voornamelijk zuid-Ionisch materiaal, in binnenland noord-Ionisch, mogelijk locaal • Meeste materiaal zo dicht bij vroegste kolonisatie gedateerd, dat een echte pre-koloniale fase niet te bewijzen is

  16. Kolonisatie-model • Volgens Jan Bouzek zijn de volgende theoretische fases bij kolonisatie: • Onregelmatige bezoek van schepen • Handel met inheemse bevolking aan de kust • Reguliere marktplaatsen • Emporia, beschermd of getolereerd door de locale elite • Kolonisatie, bescherming van de nederzetting tegen rivaliserende Griekse steden • Volledige kolonisatie waarbij vrouwen uit de moederstad overkomen

  17. Kolonisatie Miletos in Zwarte Zee gebied • Seneca (IHelv 7.2), 75 Milesische kolonieën. • Plinius de Oude (HN 5.112), 90 kolonieën. • Vormen van bestaan: • Metaalbewerking • Landbouw • Visserij

  18. Eerste Ionische kolonieën in Zwarte Zeegebied: • Apollonia Pontica • Histria • Orgamme • Berezan • Taganrog • Sinope/Amisos ?

More Related